Boek leren van kunst:
DEEL 1: WAAROM?
Dit boek gaat over wat ons als mens mens maakt: het vermogen om de wereld om ons heen
te scheppen. Deze drang tot het vorm geven van de wereld om ons heen is de meest
voedende bron tot leren en leven. Vanaf het moment dat we geboren worden, willen we de
wereld om ons heen vergroten. In contact met anderen om ons heen kunnen we ons dingen
verbeelden die we nog niet doen of weten, maar wel al diep van binnen begrijpen.
FUNDAMENTEN EN ROUTEPLANNER:
Dit boek gaat over creativiteit, de prachtige en krachtige motor voor leren en leven. Het wil
je inspireren, informeren, uitdagen en verwarren. Creativiteit is een grondhouding die we
allemaal in ons leven dragen, en die we in ons huidige onderwijssysteem vaak ver weg weten
te stoppen. Dat geldt voor ons eigen creatieve vermogen maar ook voor de creativiteit van
de leerlingen.
Creativiteit is niets iets wat je kinderen aanleert, het is geen lineair leertraject. Maar ze leren
het wel snel af leren met daarin de zoektocht naar het juiste antwoord en niet het leren
om het onderzoek zelf. Alles terugbrengen naar één punt, heel handig in het leven maar als
convergentie niet begeleid wordt door divergentie gaat het mis. Creativiteit kun je snel
afleren, als je vooral leert toetsen te maken.
- Openheid
Als je de resultaten van D21 goed leest, dan is het centrale antwoord op de onderzoeksvraag
in één woord samen te vatten: openheid. Uit onderzoek blijkt steeds weer dat scholen die op
deze drie niveaus (waarom, wat en hoe) verbindingen weten te leggen, zich positief kunnen
onderscheiden. Deze scholen lijken zich goed te kunnen verhouden tot de formele eisen aan
het onderwijs en geven daarnaast ruimte voor de vele manieren waarop kinderen informeel
leren op school en gedurende hun leven. Het gaat ook om de openheid van de leerkracht,
een open niet-oordelende, vragende houding geeft ruimte om iets nieuws te laten ontstaan
en dus aan creativiteit.
Uit onderzoek blijkt dat een sterke verbinding tussen je visie (waarom), de werkelijke
leeropbrengsten (wat) en de manier waarop je daar komt (hoe) zorgt voor kwalitatief sterk
onderwijs.
,DEEL 2: WAT?
21-EEUWSE VAARDIGHEDEN EN CREATIVITEIT
- Vaardig, waardig en aardig
Het onderwijs aan onze kinderen moet hun de ruimte geven om zich te ontwikkelen tot
volwassenen die vaardig, waardig en aardig zijn. Deze driewoorden schetsen de drie
hoofddoelen van basisonderwijs in het algemeen:
Kennisontwikkeling
Maatschappelijke vorming
Persoonsvorming
- Een maatschappij in transitie
21-eeuwse onderwijs is onderwijs dat de leerling wil voorbereiden op het functioneren in de
huidige maatschappij en de toekomstige maatschappij.
Wicked problems: door de globalisering van de wereld zijn problemen in de wereld vaak
groot en veelomvattend. Deze problemen worden wicked problems genoemd: zeer
complexe en taaie problemen.
Om complexe problemen op te kunnen lossen helpt het onder andere om kritisch te denken,
dus niet oordelen zonder je afgevraagd te hebben wat je hebt gelezen of gehoord. Maar ook
door relaties en verbinden te leggen en te maken en door nieuwe perspectieven te leren
ontdekken en vanuit andere perspectieven te leren denken.
- De zes C’s
Fullan en Langworthy geven een aanvulling op de 6-delige c indeling.
Citizenship
Creativity
Crititcal thinking
Collaboration
Character building
Communication
- Grotere verantwoordelijkheid voor onderwijs
Creativiteit is een vaardigheid, en een vaardigheid kun je leren. Creativiteit is de vaardigheid
om iets nieuws te bedenken en of maken. Een creatieve daad, idee of concept moet een
bestaand gebied veranderen of een nieuw gebied doen ontstaan. Het nieuwe heeft dus te
maken met het veranderen of ontwikkelen van iets wat er is. Creativiteit is de vaardigheid
om de wereld steeds opnieuw te bekijken en te zien, om verborgen patronen te ontdekken
en de verbindingen te maken tussen niet gerelateerde elementen.
WAT IS CREATIVITEIT?
, Onderwijs heeft de taak een leerling de beste versie van zichzelf te laten worden. In het
handelen van de leerling kan jij als docent zien wat de leerling uit de lessen heeft
opgenomen en eigen heeft gemaakt (sociaal constructivistische visie op leren). Dit
uitgangspunten stelt de leerling centraal in zijn persoonlijke ontwikkeling en betekenisgeving
en hanteert de methode of de ‘over te brengen’ kennis als bron in plaats van het doel.
Creativiteit is een proces, uit dat proces kan een creatief product ontstaan, maar als
uitgangspunt is een creatief proces open-ended: het is een proces waarbij verschillende
uitkomsten mogelijk zijn. Het creatief proces is ook een iteratief proces: de onderdelen van
het proces herhalen zich en in die herhaling verdiept het proces zich steeds.
- Creativiteit is een proces
Het creatief proces bestaat uit een startmoment. Het moment waarop je de kaders van de
opdrachten verkent, de box wordt als het ware in beeld gebracht. Er is een fase waarin het
onderzoek gevoerd wordt waarin de mogelijkheden onderzocht worden, waarin er
gedivergeerd wordt. Het is hier belangrijk om je zo ver mogelijk te verwijderen van wat je al
weet. In de divergerende fase worden zo veel mogelijk oplossingen gegeneerd, waarbij de
ene oplossing vaak weer de andere oproept. Je zou kunnen zeggen dat er dan ook al een
deel geconvergeerd wordt: alle ideeën worden teruggebracht naar een aantal beloftevolle
ontwerpen, er worden beslissingen genomen, het vrije en stromende wordt in geruild voor
het logische rationele en gefocuste denken. Er is dus ook sprake van een fase van reflectie
op wat er bedachten gemaakt is. Daarna kan er weer gedivigeerd worden: op basis van de
inzichten nieuwe ideeën uitwerken.
Dit proces is iteratief: het herhaalt zich steeds. Soms zijn de fasen duidelijk, soms zijn ze
verborgen.
Om creatief te zijn is het handig ambachtelijke vaardigheden te hebben, maar van het
aanleren van ambachtelijke vaardigheden alleen word je niet automatisch creatief. Vaak
worden fantasie en verbeelding genoemd als belangrijkste eigenschappen van creatieve
mensen, aan de andere kant zijn het ook vaak de ambachtelijke vaardigheden die geroemd
worden. Er wordt gesuggereerd: hoe creatiever de persoon is, hoe beter hij weet wanneer
hij een bepaalde vaardigheid moet inzetten.
Het genereren van ideeën is een kwaliteit die vooral past bij de divergerende fase van een
creatief proces. Om leerlingen te leren divergent te denken is het dus van belang dat we
deze eigenschappen ook trainen en prikkelen. Het dieper ingaan op ideeën is een
karakteristiek die past bij de convergerende fase van een creatief proces. De openheid ende
moed om ideeën te verkennen vraagt om durf een esthetische gevoeligheid,
nieuwsgierigheid, gevoel voor humor, speelsheid, verbeeldingskracht, bereidheid om risico
te tonen en de bereidheid om te groeien
- Creatieve kwaliteiten
Het luisteren naar je innerlijke stem ten slotte is een eigenschap die leunt op zelfinzicht,
weten wie je bent, toekomstvisie, intrinsieke motivatie, zelfvertrouwen en
doorzettingsvermogen van de leerling.