• Alles alleen op basis van slides, verplichte literatuur en HOC
• Wat is filosofie? Φιλοσοφια, filosofie en wijsbegeerte
• Tijdperken en grote stromingen van de geschiedenis van de wijsbegeerte
• De drie voorbeelden voor filosoof
• De kernidee in Nietzsche’ s Genealogie van de moraal, voorrede
1 WAT IS FILOSOFIE?
• Het is een Grieks woord uit oorsprong (φιλοσοφια)
• In het Nederlands hebben we twee woorden om dit woord te vertalen: ‘filosofie’ en ‘wijsbegeerte’
Filosofia is begeerte naar de wijsheid
• We zetten nu alles wat we weten even tussen hakjes, we doen alsof we geen idee hebben over wat
φιλοσοφια is en luisteren naar wat deze twee woorden onafhankelijk van ons en oorspronkelijk zeggen
• De etymologie van het woord ‘filosofie’ toont dat filosofie een samenstelling is van vriendschap of liefde
(φιλια) en wijsheid (σοφια)
Filosofia is niet één ding oftewel vriendschap/liefde voor de wijsheid of begeerte naar wijsheid
• De etymologie van het woord ‘wijsbegeerte’ zegt ons daarentegen niets over vriendschap: wijsbegeerte
Conclusie:
De wijsheid die de filosoof nastreeft is altijd iets anders dan de wijsheid die de meerderheid als waarheid erkent
• De wijsheid is wat de filosoof zoekt en is niet wat iedereen denkt dat de wijsheid is
• Zoals Aristoteles die zegt dat Thales de 1ste filosoof is
De liefde voor de wijsheid is een kritiek van de heersende ideologie, van de waarheid van het gezonde verstand, van
alles wat voor iedereen vanzelfsprekend is geworden
• Van het begin verplaats de filosoof zich naar de andere kant van de heersende ideologie
• Vraagt zich of wat de mensen denken dat de waarheid is
• Ideologie passen we toe aan het verleden
• Filosofie zoekt naar de wijsheid die niet de heersende ideologie is, niet de waarheid van de gezonde verstand
en niet wat voor iedereen vanzelfsprekend is
• Daarom is de filosofie een kritiek op al deze waarheden
• De liefde voor wijsheid is eigenlijk een aanval/kritiek op de wijsheid van de meerderheid, een kritiek op het
systeem, op de waarheid van een bepaalde samenleving
• Dat wat zelfsprekend is niet altijd juist (er tegen zijn)
1
,Filosofie is dus een disruptief discours over de realiteit
• Maakt een verschil in de realiteit, toont een alternatief om daaruit onze realiteit van het alledaagse leven in
vraag te stellen
• Geen continuïteit: tonen aan dat er andere manieren zijn, maakt een verschil, breekt iets met wat de mensen
denken dat de waarheid is
• Filosofie zegt: wat je ziet, wat je denkt dat de realiteit is, is eigenlijk niet de échte realiteit maar een vertekend
beeld daarvan
De realiteit van de mens een louter ideologie
• Wat betekent nu die ‘rare’ vriendschap van de filosoof?: betekent twee dingen:
Liefde voor iets
Niet echt ‘haat’ maar een kritische verhaallink tot andere wijsheden zoals de vijand van de wijze, de
wetenschappers, van de dominante opinie en ook van andere ‘vrienden’ van de wijsheid
• De vriendschap voor de filosofie is niet in één richting is tegelijkertijd liefde ervoor en kritiek op iets anders
Filosofie is een attitude die een kritische begeerte en verlangen heeft
• De filosoof kiest niet om te filosoferen, als we hen geloven dan zal je het lezen in de autobiografen dat ze op
een dag besefte waarmee ze bezig waren
• Toont dat er iets onbewust aan het werken was, een drift, een verlangen naar weten
• Je bent ofwel bewust of net niet bewust
• De filosofie is iets kapot gaat maken en om er dan iets op te bouwen
• Filosofia betekent zowel liefde of vriendschap met de wijsheid alsook begeerte naar wijsheid
• Filosofia is een al dan niet bewuste affectieve verhouding (vriendschap, liefde, begeerte, verlangen) tot
wijsheid
Ik wil het, ik hou ervan
In het geval van vriendschap is het bewust
In het geval van begeerte is het niet helemaal bewust
• Filosofia is geen wijsheid, geen wetenschap, geen weet
Het is liefde voor de wijsheid
Filosofia is ook geen wijsheid, maar het streven naar wijsheid
• De filosoof komt nooit tot een volledige zekerheid, zijn werk is meer het streven naar de wijsheid
• De wetenschap vertelt de waarheid terwijl de filosoof probeert te tonen dat die waarheid niet de laatste
waarheid is
2
,De specifieke betekenis van deze woorden is nooit hetzelfde in de geschiedenis van de filosofie
• Weten dat wat liefde, wat wijsheid, wat het precies betekent afhankelijk is van de tijd
• In elke periode, bij elke filosoof is er een andere invulling
• We vinden overal deze elementen en structuren maar inhoudelijk is het historisch altijd anders
Er is niet DE filosofie maar het zijn filosofieën in de tijd
Filosofie is niet vanzelfsprekend er zijn verschillend stappen nodig, eerste stap is de emancipatie1 waar je jezelf
vrijmaakt van de vanzelfsprekendheden, van de algemene en beheersende meningen/opinie, wat mode is (wat
iedereen doet voelt de filosoof niet content, normaal zijn, blind geloven in wat er in de realiteit gebeurt), weg van
clichés
Weg van het gezond verstand in termen van we weten altijd te veel. De filosofie begint als je een vermoede hebt dat
je over iets niet zeker bent over wat ik tot nu toe heb geleerd dat de waarheid was
Als je filosofie wilt doen dan moet je ruimte en tijd krijgen: afstand van wat mensen denken dat de waarheid is
en vooral geduld hebben (niet gemakkelijk, je kiest van een moeilijke weg te nemen) en tegelijkertijd wantrouwen in
wat je denkt dat de waarheid is, wat je geleerd hebt en vertrouwen hebben in wat je nog niet weet, in de wijsheid
naar waar je streeft, deze wijsheid die een object van je liefde is (liefde is altijd proberen je object te pakken en toch
niet kunnen, als je het hebt is de liefde voorbij)
1.1 DE HISTORICITEIT VAN DE FILOSOFIE
1.1.1 DE TIJDPERKEN (EXAMEN)
De liefde en de vriendschap de begeerte voor de wijsheid is in de tijd altijd anders, dit zie je in de verschillende
tijdperken:
• Antieke Wijsbegeerte (7de tot 2de eeuw v. Chr.)
• Middeleeuwse Wijsbegeerte (2de eeuw v. Chr. tot 15de eeuw n. Chr.)
• Moderne Wijsbegeerte (15de eeuw tot 1831)
• Moderniteit (ca. 1831-1945)
• Postmoderniteit (ca. 1945 tot heden)
1.1.2 DE GROTE STROMINGEN IN DE OUDHEID EN DE MIDDELEEUWEN
• Voor Socratische Filosofie zoals Moderne feminisme
• Idealisme zoals Transcendentale filosofie
• Realisme zoals Duits idealisme
• Scepticisme zoals Gender-filosofie (einde van de oudheid)
• Materialisme (bij bepaalde voorsocratische filosofen)
1
Het streven naar een volwaardige plaats in de samenleving vanuit een achtergestelde positie,
3
, 1.2 FILOSOFIE: “STORENDE WIJSHEID”
1.2.1 SOCRATES (469 – 399 V.CHR.)
• “Ik weet dat ik niets weet”
Wantrouw tegen de eigen wijsheid: eigenlijk weet ik niets en dat is wat ik weet, dat ik niets weet
• “Ik weet dat wat jullie voor waar, goed, juist en schoon houden, vals is”
Het verschil tussen de twee is dat Socrates weet dat hij geen idee heeft
Dit scheidt hem en de normale mens
• De horzel van Athene
Hij laat hun niet met rust, hij is irritant, stoort hen
• Zeggen dat hij de maatschappij kapot wou maken
Filosoof wordt als een vreemd gevaarlijke persoon gezien
• Voerde nieuwe goden in, misleidde de jeugd
• Oplossing is hem ter dood veroordelen
Socrates nam de gifbeker drinken en stierf: was de oplossing die we vinden in de filosofie
Hun ideeën waren te raar, iemand die stoort en gevaarlijk is omdat die zegt dat de waarheid van de
dominante ideologie niet de waarheid is
1.3 FILOSOFEN ZIJN “AMBETANTE” MENSEN
1.3.1 BARUCH DE SPINOZA (1632-1677)
• “un monstre de confusion et de ténèbres”, “universally infamous”, “atheorum nostra aetate princeps”
Een atheïst was een serieus woord toen: betekende toen dat je carrière gedaan was, of naar de
gevangenis ging, of eigendom in beslag genomen worden
• “Spinozist” werd gebruikt als een belediging
• Hij zegt dat slechts één substantie of ding kan bestaan
Alles dat we zien is niet reëel, de realiteit is geen verandering, er is geen tijd
Wat wij zien is eigenlijk niet echt
• Deus sive natura = dat wat is kan je God of natuur noemen, het is hetzelfde
• Wat stoort is de vertaling van deze metafysische conceptie of beschrijving van de realiteit in de politiek: als
alleen één ding bestaat dan zijn wij allemaal hetzelfde (mens, dier, plant), wij zijn allemaal materie
Dit betekent dat als wij de meest rationele regeringsvorm willen bepalen het radicale democratie moet
zijn
Dit is een democratie voor iedereen en zonder politieke partijen, iedereen moet zichzelf presenteren
(toen een schandaal)
• Radicaal egalitarisme: we zijn uit hetzelfde gemaakt, dus hetzelfde waard
• Radicale democratie: iedereen heeft recht op zeggenschap
Enorm gevaarlijk voor sociale, religieuze, politieke en economische orde toen
4