Hoofdstuk 1: Wat is politiek?
1. Inleiding
*Politiek
= integratiewetenschap
Alles wat te maken heeft met het besturen van een samenleving.
Gaat over macht en conflicten rond bindende beslissingen.
fundamentele (existentiële) vraag, geen eensgezindheid over.
2. Wat is politiek? Op zoek naar een omschrijving
2.1 De oorsprong van het begrip
Politeia - Alles wat betrekking heeft op de polis.
Politikos vs. idiotikos
o Publiek persoon vs. privé
Aristoteles: Politiek is de hoogste menselijke activiteit. Mens is een politiek dier. (zoön politikon)
Over de oorsprong van politiek is wel eensgezindheid.
2.2 Politiek en territorium ( en bevolking)
Territoriaal gebonden vs. niet-territoriaal gebonden
o Staten, de Eu vs. studentenclub, katholieke kerk,..
Voordat er van politiek sprake kan zijn, moet er eerst sprake zijn van een bevolking.
Politiek heeft dus een territorium en een bevolking nodig.
2.3 Van nachtwaker naar nanny
* Vroeger (19de eeuw)
- Met beperkt aantal zaken bezighouden
- Orde en tucht, law&order MINIMAL STATE
- Belastingen (minimaal)
* Nu
- Interventionistische welvaartsstaat
- Veel en verschillende onderwerpen NANNY STATE
- Belastingen zijn hier veel hoger
Varieert door tijd heen en o.b.v. de behoefte aan politiek. (classificatie van politieke systemen)
!! Typisch aan een politiek probleem is dat wij vinden dat de overheid dat moet regelen. De manier
waarop je dus naar de overheid kijkt bepaalt dus de invulling van jouw visie op politiek.
,3. Geschiedenis
Plato
o Filosofische dialogen, Politikos ( De staatsman) en Politeia ( Het bestel)
o Vrije wil is ondergeschikt aan het staatsbelang
Aristoteles
o Zoön Politikon = Mens is lid van een geordende samenleving en moet er dus ook aan
deelnemen.
o Eudaimonia= een volwaardig leven
o ! Enkel mogelijk binnen een politieke gemeenschap
Machiavelli (15e )
o II Principe (de heerser of de vorst), handleiding over hoe je aan de macht komt en hoe je
die behoudt, kwam op index terecht.
o Heel andere soort invulling dan die van Aristoteles.
o Politiek krijgt negatieve associatieve betekenis (amorele kunst)
Franse revolutie (1789)
o Politiek wordt wat gedemocratiseerd, hele bevolking werd betrokken.
o + isme –stromingen, dit was te chaotisch dus er ontstonden ideologieën die allerlei
ideeën samenbrengen.
4. Indelingen: essentially contested concept?
= Wezenlijk betwist begrip, afhankelijk van je invalshoek heb je een andere visie over wat politiek is.
Geen objectieve, universele wetenschapstaal MAAR omgangstaal
Gallie ( 20e ): verschillende stromingen = verschillende opvattingen
Connolly (20e ): Containerbegrip= elementen zonder algemeen aanvaardbare definities.
DUS: Onderdelen van de definitie en centrale begrippen van politiek worden ook betwist
5. De relativiteit van indelingen: Schmitt & Easton
5.1 Carl Schmitt (1888-1985)
Der Begriff des Politischen (1927) even lid geweest van de NSDAP dus er bestaat een slechte
versie van het boek.
Lezte Unterscheidungen
o Hij zoekt een onderscheid tussen twee uitersten om politiek te definiëren. Je hebt dit bv.
bij de ethiek (goed/slecht), economie (rendabel/niet-rendabel),..
o !! Politiek Vriend vs. vijand ( uiterste graad van verbinding of scheiding)
o Gaat om het criterium niet om de definitie
Politiek= antagonistisch, tegenstellingen, strijd,.. Zonder tegenstellingen is er geen politiek!
Hedendaagse uitloper: Chantal Mouffe, radicale democratie
o ≠ Schmitt want verliezende partijen behouden nu WEL hun bestaansrecht.
,5.2 David Easton
Politiek gaat over de toebedeling van (materiële en immateriële) waarden (zaken die een
gemeenschap waardevol vindt)
Door schaarste bestaan daarover conflicten
DUS: institutie (overheid) nodig die deze toebedeling van waarden kan uitvoeren op een
manier die in de samenleving als gezaghebbend wordt geaccepteerd.
Onderscheid tussen:
Politieke systemen: samenleving
Parapolitieke systemen: bv. een gezin of een bedrijf
Uitloper: Systeembenadering (zie schema in pp)
= ruil en kringloopgedachte
Moet in staat zijn om twee functies te vervullen:
1. Gewaardeerde goederen toebedelen aan de maatschappij;
2. Deze toebedeling als bindend doen aanvaarden.
Stress? Wanneer deze 2 variabelen voorbij het kritieke punt dreigen te komen nl. autoriteiten dat geen
beslissingen kunnen nemen of dat hun beslissingen niet meer als bindend kunnen doen aanvaarden.
*Input (vragen van mensen) naar output = CONVERSIE
Eisen of signal input: vermindering begrotingstekort, regularisatie asielzoekers, verhoging
pensioenen,..
Steun of maintenance input: steun van de bevolking of commentatoren, belastingbetaling ,…
Withinput (van binnenin het systeem, bv. adviesorganen, ambtenaren, politici, …)
Ouput is al wat een overheid produceert( wetten,afspraken,...)
Structurele en culturele regulatoren regelen de input.
Actief: betogingen ten gunste van de democratie
Passief: gehoorzaamheid, naleven van regels
*Output heeft invloed op omgeving, en samenleving reageert daarop( FEEDBACK). Deze feedback zorgt
voor nieuwe input.
*Politiek systeem reageert op de omgeving a.d.h.v. selectie (GATEKEEPERS)
!! Als de eisen te gevarieerd zijn Content overload
Probleem: De verwerking van de ene eis die van de andere in de weg staat.
!! Het aantal gestelde eisen is enorm groot volume overload
Probleem: Ze kunnen niet allemaal verwerkt worden.
, 5.3 Omschrijving van politiek: naar een synthese
Politiek= sociaal verschijnsel
Bindende bepaling van samenlevingsregels
o Er ontstaat conflict omdat mensen anders dingen willen regelen
Problemen: ongelijkheid, andere belangen,..
DOOR: schaarste
- Belangenstrijd
- Ideeënstrijd
5.4 Politiek en conflicten
Studie van conflicten (situaties en gedrag) essentie van politiek
wanneer is er een conflict? Bij (ev. gepercipieerde) onverenigbare doelen en belangen:
doelbereiking A staat doelbereiking B in de weg (meer dan zomaar verschil)
Veel bronnen van conflict
o Micro vs. macroverklaringen
Bv. Frustratie agressie theorie vs. relatieve deprivatietheorie
o Valence issues (bv. scholen) vs. position issues (bv. Euthanasie)
o Sodaro: Macht, middelen, identiteit, ideeën en waarden
!! Hoe meer interdependentie, hoe meer kans op conflict, hoe meer nood aan politiek hoe meer kans op
oplossing (bv. package deals, ccc)
Verticaal: handelings en Horizontaal: inhoudelijk aspect.
!Beide moeten aanwezig zijn voor conflict.
6. Uitleiding