politicologie
Hoofdstuk 1
wat is politiek?
★ België: particratie, neocorporatistisch, federale pacificatiedemocratie
wat is politiek?
een fundamentele vraag
★ politicologie=integratiewetenschap(inzichten uit andere domeinen toegepast op pol)
★ geen eensgezindheid (politieke en wetenschappelijke discussie)
○ pol: overheidsoptreden: minimal of nannystate?
○ eco: domein- of aspectbenadering (plaats of aspect)
■ aanwezigheid politiek in hele samenleving
■ fomele werking instellingen
○ geen algemeen aanvaarde def
○ domein of aspectbenadering
○ zelfde met begrippenkader (macht, …)
essentiële onderdelen v politiek
1. bestuur ve samenleving
○ oorsprong: politeia -> polis = leven v burger in gemeeschap
○ polity: groep mensen die samen wonen en die instellingen hebben opgericht
om samen te leven, statsvorm, bestuursvorm
○ politics: machtsuitoefening, besluitvorming, vertegenwoordiging
○ policy: beleid
○ politikos (burger, publiek) vs idiotikos (onwetend, privé)
○ heeft betrekking op leven in een beheer ve samenleving (publieke)
○ dus geen besluitvorming ve studentenclub
2. ve bevolking op een territorium
○ niet-territotiorale verenigingen (vb: kerk en studentenclub) leden
○ territioriaal gebonden samenleving: idereen + iedereen moet alle regels v dat
territorium volgen
○ territorialisering politiek: (samenwerking tss) staten
○ evoluties: globalisering, decentralisering, Europese integratie, internationale
samenwerking, niet-statelijke actoren (Apple, Google, Elon Musk)
■ niet-statelijke actoren hebben vaak meer politieke invloed dan staten
3. nemen v collectief bindende (verplichte) beslissingen
○ hoe ordenen we het samenleven v veel mensen op een territorium
○ veel conflicten rond def (schaarste, verschillende visies, …)
○ hoe lossen we ze op
, ○ definitie: that system of interactions in any society through which binding or
authoritative allocations are made and implemented
○ toebedeling (meteriële en immeateriële) waarden
○ authorative allocation: beslissingen die gezaghebben zijn voor de hele
samenleving (dus niet enkel voor een sportfederatie)
○ politiek (betrekking op samenleving) >< parapolitiek (interne pol systemen v
groepen/irganisaties vb gezin of bedrijf)
enkele bijdragen uit de geschiedenis
★ Aristoteles
○ politiek = streven naar het goede leven
○ de mens is een zoon politikon en een sociaal dier (dialoog belangrijk)
○ politiek als hoogste activiteit, bereiken vh ‘goede leven’ (eudaimonia)
■ geen genot, wel volwaardig leven
○ eudaimonia (geluksleer) enkel in een pol gemeenschap
○ bevoorrechte klasse mannen
○ geluk voor iedereen -> slaven, vrouwen, kinderen niet
○ politiek = meetserswetenschap
★ Machiavelli
○ politiek = techniek om macht te verwerven en te behouden
○ Il Principe 1532
○ macht als doel, eigenbelang en dus niet om goede dingen te realiseren
★ Franse Revolutie
○ politiek = manier waarop het gedachtegoed v nieuwe stromingen
gerealiseerd moet w
○ plebs mag meediscussiëren binnen politiek
○ ‘ismen’ -> ideologieën ((tegenstellingen over) hoe de ideale samenleving
georganiseerd moet zijn)
○ populair: einde grote ideologische tegenstellingen = einde politiek
een poging tot synthese
★ Politiek = sociaal verschijnsel (kan enkel bestaan in de verhoudingen en interacties
tussen mensen)
★ Politiek betreft zaken die voor een groep of collectiviteit als geheel geregeld w. In
het bijzonder heeft politiek betrekking op vormen v samenwerking en conflict m.b.t.
collectieve beslissingen (beslissingen die in naam v en voor de hele gemeenschap
genomen moeten w om het samenleven via bindende regels te ordenen)
★ Daartoe hebben zich specifieke instellingen en procedures ontwikkeld, alsook een
politieke cultuur.
★ Essentieel voor deze gestolde vormen v besluitvorming en conflictbeheer is het
gebruik v macht en dus de ontwikkeling v machtsposities.
, ★ Politiek heeft een inzet, het gaat om de competitieve realisatie van doelen en de
bescherming van belangen in een omgeving van schaarste en onverenigbare doelen
en criteria.
★ Deze inzet en de manier waarop collectieve conflicten via politiek optreden geregeld
w zijn het product v materiële omstandigheden maar ook v verschillende en
uiteenlopende, geïntegreerde maatschappijanalyses, waarden en normen en
politieke strategie. De laatstgenoemde instrueren politiek gedrag en ondersteunen
de creatie v belangen, doelstellingen en oplossingen.
politiek en conflicten
★ politiek: vreedzaam management v conflicten
★ zonder conflicten, geen politiek
★ vele bronnen v conflict
★ politiek = vreedzame opplossing v conflicten
★ vele manieren om conflicten op te lossen
★ ultiem: geweld
★ Schmitt 1888-1985
○ fout in de oorlog (NSDAP) - controversieel
○ Der Begriff des Politischen 1928
○ zoekt specifieke, fundamentele, laatste onderscheid (letzte
Unterscheidungen) voor het politieke: vriend vs vijand (uiterste gaad v
intensiteit v verbinding (dissociatie) of scheiding (associatie) waartoe alle pol
handelingen herleid kunnen w)
○ elke tegenstelling die sterk genoeg is om mensen in te delen in vriend en
vijand, w een pol tegenstelling
○ politiek is antagonistisch (wij-zij, vrienden-vijanden), strijd
■ vijand vernietigen
★ Mouffe
○ radicale democratie
■ politiek = noodzakelijk conflictueus (basisvereiste voor dmeocratie)
■ conlifct is essentieel, anders populisme
■ geen antagonisme (strijden tot 1 overblijft)
○ agonistisch pluralisme
■ geen conflictloze samenleving mogelijk
■ geen vijanden
■ respect, erkenning tegenstander
■ consensus niet altijd mogelijk
★ onverenigbaarheid (realisatie ene doel is realisatie andere doel) vs symbiose (ze
onsteunen elkaar en vallen samen)
★ politiek = studie v conflictsituaties en -gedrag
○ motor vd politiek: conflicten
, ○ daarom in politicologie: studie v conflicten (situaties en gedarg)
○ waarom is er een conflict?
■ microverklaringen
● bron (schaarste, identiteit, ideologie, methode, …)
onuitputtelijk
○ schaarste: vb elektrische wagens of ov
○ identiteit: vb racist of wokeïst
○ valence issues: door vrijwel iedereen gewenste zaken
○ position issues: betreffen doelen die omstreden zijn
○ 5 grootste bronnen v conflict: macht, middelen,
identiteit, ideeën en waarden
● frustratie-agressie (blokkering doelbereiking)
■ macroverklaring
● relatieve deprivatie (het door het subject waargneomen
verschil tss datgene waar hij recht op meent te hebben
endatgene wat hij werkelijk krijgt (=relatief)
○ wanneer is er een conflict
■ bij onverenigbare doelen en belangen: doelbereiking A staat
doelbereiking B in de weg (meer dan zomaar verschil)
○ situatie - gedrag: gaat over inhoud en over wat mensen daarmee doen
■ inhoudelijk aspect:
■ handelingsaspect:
○ doel politicologie: hoe ontstaan conflicten?
■ sommige conflictsituaties leiden tot conflicten, andere niet
■ belang is de afhankelijkheidsrelatie
○ hoe meer interdependentie, hoe meer kans op conflict, hoe meer nood aan
politiek, hoe meer kans op oplossing (vb: package deals = globale oplossing
waarin allerlei eisen gebundeld w, ccc)
○ verticaal handelingsaspect en horizontaal inhoudelijk aspect
■ A: conflict
■ B: samenwerking
■ C: tgenstelling, geen tegenwerking (er w geen actie ondernomen)
■ D: belangensymbiose, geen samenwerking
■ inhoud v belang en wat men ermee doet