H2: het zenuwstelsel
De hardware van het psychisch functioneren
- Ons psychisch functioneren (van waarneming, gevoelens tot handelen) staat onder controle
van ons brein
o MAAR! Geen éénrichtingsverkeer
▪ Via ons gedrag kunnen we ook invloed uitoefenen op de structuur en de werking
van ons brein
De bouwstenen van het zenuwstelsel
Elk stelsel van het organisme is opgebouwd uit cellen (ook het zenuwstelsel)
- 2 soorten bouwstenen in het zenuwstelsel
o Neuronen = zenuwcellen
o Gliacellen = steuncellen
▪ Veelvoud van het aantal neuronen
• Functie: ondersteunen van de neuronen
Structuur van de neuronen (examenvraag)
Neuronen de structuur
- Cellichaam: de kern van een neuron
- Dendrieten: voelsprieten voor het neuron
- Axonheuvel: waar het lichaam overgaat in de axon
- Axon: om info naar andere neuronen te sturen
- Synapsen: contactpunt tussen de neuronen
- Myelineschede: isolatielaag rond de meeste axonen
- Collateralen: één of meerdere zijtakken van een axon
3 aaneengeschakelde neuronen zijn betrokken
Sensorisch neuron:
Zenuwcel die info vanuit zintuig als een zenuwsignaal naar ruggenmerg en/of hersenen voert
Interneuron
Brengt zenuwsignaal over van neuron naar neuron
Motorisch neuron
13
,Ontvangt het signaal; Zit vast op een spier, waardoor het een motorische reactie teweeg kan brengen
De signaalgeleiding
De actiepotentiaal
Bevindt zich in het neuron zelf
- Zorgt ervoor dat het signaal over de hele lengte van het axon wordt geleid
o Potentiaal = verschil (er gebeurt pas iets als er een verschil is in de lading van de
binnenkant en buitenkant van de myelineschede)
▪ Myeline = essentieel voor een gezonde snelheid van de elektrische geleiding door
het axon
• Goede isolatie –> 100 keer sneller
▪ Verschillende types axonen (bijvoorbeeld: pijngeleiding)
De synaptische overdracht
Een actiepotentiaal in de presynaptische cel kan leiden tot een synaptische overdracht, dus info naar
een ander neuron
Presynaptisch element = eindknopje van het uitsturende neuron
- 2 soorten post-synaptisch potentieel
o Exciterende PSP
▪ = prikkelend/ opwekkende verandering
o Inhiberende PSP
▪ = remmende werking
Synaptische spleet = microscopisch kleine ruimte tussen het presynaptisch element en het post
synaptisch element
Neurotransmitter = de chemische stof die een belangrijke rol speelt in de signaaloverdracht. Het
presynaptisch element bevat deze chemische stof
- Meer dan 50 verschillende soorten (enkel deze 5 kennen)
o Acetylcholine
o Dopamine
▪ Betrokken bij heel uiteenlopende functies in het brein
• Afhankelijk van
o Plaats van ingrijpen in de hersenen
o Soort receptor in de post-synaptische cel
▪ Inhiberende PSP
▪ Exciterende PSP
• Emoties
o Ervaren van genot, beloningseffect, verslaving
• Beweging (motoriek)
o Reguleren beweging
▪ Ziekte van Parkinson (plaatselijk tekort van dopamine in de
substantia nigra)
• Nadenken en bewust plannen van gedrag
14
, o Bijvoorbeeld: hallucinaties en waanvoorstellingen, zoals
schizofrenie
o Serotonine
o Noradrenaline
o Gamma-aminoboterzuur (GABA)
Post-synaptische element = het element van de dendriet van het ontvangende neuron, waarmee
contact wordt gemaakt
Receptor = gespecialiseerde molecule die een chemische verbinding kan aangaan met die specifieke
neurotransmitter. Bevindt zich in het membraan van het post synaptisch element
Voorbeeldvraag:
Welke uitspraak is fout
- Actiepotentiaal is een chemisch proces in een zenuwcel
- Een actiepotentiaal zorgt ervoor dat het signaal over de hele lengte van het axon wordt geleid
- Een actiepotentiaal is een elektrisch proces in een zenuwcel
- Een myelineschede zorgt voor een betere geleiding van het signaal in het axon
De structuur van het zenuwstelsel
Het zenuwstelsel in zijn geheel
2 verschillende manieren om het zenuwstelsel op te delen
Anatomisch (volgens de lichamelijke opbouw)
a. Centraal = de hersenen en het ruggenmerg
- Centrale verwerkings- en beslissingseenheid
o Volledig beschermd door een stevig omhulsel (schedel en wervelkolom)
b. Perifeer = zenuwen waarlangs het CZS contact heeft met de verschillende organen van het
lichaam
- 12 paar hersenzenuwen: rechtstreeks uit de onderkant van de hersenen
o 31 paar ruggenmergzenuwen
▪ Afferente/ sensorische zenuwvezels
• Hierdoor krijgt het CZS sensorische info vanuit de zintuigen of de
ingewanden
▪ Efferente/ motorische zenuwvezels
• Deze sturen motorische output naar de spieren of naar bepaalde
klieren
Functioneel (volgens het doel van het zenuwstelsel)
a. Willekeurig zenuwstelsel
- Min of meer bewuste, door de wil gecontroleerde, besturing van het gedrag/ activiteiten
b. Autonoom/ onwillekeurig zenuwstelsel
- Automatisch geregelde activiteiten van het lichaam. Het functioneren van het lichaam zelf
o Sympathisch zenuwstelsel
15
, ▪ Wanneer het lichaam onder verhoogde druk, stress komt te staan
o Parasympatisch zenuwstelsel
▪ Wanneer het lichaam in rust is, ontspannen is
Verdere indeling van de hersenen
Grote hersenen = cerebrum
Er zijn 2 symmetrische helften/ hemisferen
Hersenbalk (corpus callosum)
- Verbinding tussen de 2 hersenhelften
- Split- brain patiënten
Cerebrale cortex (buitenkant van de hersenen, grijze schors)
- Bevat cellichamen van miljarden neuronen en synapsen waarmee ze onderling communiceren
o Niet gemyeliniseerd
▪ Groeven (sylci en fisura) en windingen (gyri)
Witte hersenstof
- Bevat de axonen, met meestal dikke myeline laag
o Boodschapper tussen bijvoorbeeld cortex of in hun contact met de rest van het lichaam
Basale ganglia
- Bestaat uit de globus pallidus, nucleus caudatus, putamen, subthalamus en substantia nigra
- Functie
o Betrokken besturing van beweging die automatisch verlopen
▪ Bijvoorbeeld: lopen
o Aannemen van een passende lichaamspositie bij een doelgerichte handeling
▪ Bijvoorbeeld: verschil tussen middenvelder en keeper (verschillende handelingen,
dus je moet anders gaan denken)
o Betrokken in motivatie en beloning
De tussenhersenen = diëncefalon
Thalamus
2 symmetrische structuren
- Zeer oude hersenstructuur = schakelstation
o Selecteren van prikkels vanuit de zintuigen naar de corticale gebieden, behalve voor
geur
o Bewustwording van bepaalde prikkels (wordt dan gestuurd naar de neocortex)
o Sterk betrokken bij sturen van emoties en motoriek
▪ Bijvoorbeeld: problemen aan de thalamus; problemen met emoties en de
motoriek
De hypothalamus
16
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur pilarvanhauter. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.