PRODUCTIE: PRINT EN WEB
Deel 1 - Trends, tendensen en state of art in de grafische wereld
Grafische communicatie:
Doel? Productiebegeleiding
• Vormgever en drukker briefen
• Planning opstellen
• Prijsoffertes aanvragen en vergelijken
• Juiste leverancier kiezen
• Kennis van de productiemethodes
❖ Met mogelijkheden en beperkingen
• Quality control
• Huisstijlbewaking
1. Productieproces
1. Prepress = alles wat binnen de drukkerij aant het drukken vooraf gaat, met computer
INPUT
→ inkomende bestanden checken, aanpassen en eventueel terugsturen, opmaak
& lay-out, drukvormen voorbereiden voor de plaatbelichting, …
Daarna alles bewerken en op zijn plaats zetten, uit de computer halen OUTPUT
Stap 1: Desk top
publishing (DTP)
= publicaties
voorbereiden met behulp
van computer die op je
bureau staat, alles wat er
gebeurt om de
bestanden klaar te
maken
2. Press = inkt/toner, papier
3. After press = vouwen, snijden, nieten, uitkappen
1
,2. Trends
1. Digitalisering = democratisering prepress
• Prepressapparatuur goedkoper
• Software gebruiksvriendelijker
2. Digitalisering = democratisering press
• Light-machines = goedkope instapmodellen van (kleuren)kopieermachines (of grote printers)
die het mogelijk maken digitaal drukwerk te produceren tegen zeer competitieve
paginaprijzen en zonder al te hoge basisinvesteringen
• Pressapparatuur goedkoper → just in time, on-demand, good-enough quality
3. Gepersonaliseerd drukwerk
Vroeger: traditionele drukpers
• Drukplaat
• Elk vel uit plaat komt is hetzelfde
• Er zit geen wisselende informatie in
Nu: digitale drukpers
• Zoals printer, daar moet geen drukplaat in
• Voordeel: elk vel dat je drukt kan verschillend zijn (personaliseren → big data)
❖ Bv. Colruyt: klantenkaart, bedrijf weet wat je koopt, in communicatie gaan ze dat
aanpassen → persoonlijke brochures drukken
❖ Bv. Coca cola naam op flesjes
4. Good-enough quality
• Vroeger: alleen mogelijkheid offset, geen verschil in kwaliteit mogelijk
• Nu: veel keuze aan drukmethodes → drukwerk in functie van de doelstellingen
Bv. Krant is minder kwaliteitsvol dan magazine
5. First distribute, then print
Vroeger: gedrukte info
Nu: de meest recente info op het internet (lang niet alle info moet eerst gedrukt worden om daarna
verspreid te worden: je haalt iets van het internet en drukt het af, de informatie was eerst verspreid)
Hoe het niet moet: telefoonboeken (na een jaar toch niet meer up to date, veel papierverspilling)
6. Klaar-terwijl-je-wacht/same day printing
Productie-doorlooptijd korter:
• Snel inspelen op vraag van klant
• Drukpers spaart veel tijd
• Organisatie is belangrijk
• Prijs speelt niet steeds een rol, kijken met wie je gaat samenwerken
❖ Ga ik binnen 10 jaar nog met die drukkerij samenwerken?
→ planning, logistiek, interne organisatie, enz sneller
2
,7. Web-2-print
= vorm van remote-publishing
Via internet informatie doorsturen die automatisch naar een publicatie wordt omgezet om gedrukt
te worden (bv. fotoalbum)
Eindgebruiker bepaalt hoe het drukwerk eruit al zien
8. Transactioneel drukken
One-to-one boodschap voor hun klanten op basis van
aankoopgeschiedenis. Facturen, betalingen, … van bv. Colruyt
White space marketing: als er nog plaats is op je factuurtje
= extra info toevoegen die mensen kan interesseren
• Marketinginfo die aanleiding zal geven tot een verkoop
• Zet aan tot transactie
Nadeel: beheersen van big data en grote hoeveelheden klantendata
9. Duurzaam drukken
• Procesoptimalisatie: minder verlies materiaal, papier, oplosmiddelen, minder herdrukken
door fouten, …
• Filmloze plaatproductie (minder chemicaliën)
• Waterloze offset (geen vochtwerk met alcoholoplossingen)
• Inkten op vegetale basis (soja, koolzaad of lijnzaad)
• Papier FSC (Forest Stewardship Council)
❖ Gaat na of de bossen goed onderhouden worden en voldoen aan
sociale, economische en ecologische afspraken
10. Groeimarkt (cross media publishing)
• Print en web
• Papier en scherm
= multichannel of crossmediaal publiceren
Voorbeelden: QR-code, SnapTag, augmented reality, Shazam
Digitale disruptie = het ontstaan van nieuwe organisatiemodellen doordat grenzen tussen het
digitale en fysieke vervagen
• Uber is disruptief voor taxi’s
• Bedrijven die zelf drukken is disruptief voor drukkerijsector
Grafimedia = meer dan inkt op papier
Digitalisering = DAM (Digital Asset Management) = cross media
= beheer van digitale rijkdom die gestockeerd wordt op een server (beelden, teksten, logo’s,
tabellen, prijslijsten)
3
, 11. Printshop benadering
Grafisch bedrijf van de toekomst: je stapt binnen, legt producten in winkelmandje en even later
reken je af aan de kassa
Drukkers willen nog te vaak de klant overladen met technische vragen
→ bij schoenenwinkel wil je toch ook niet weten met welke lijm je zool vastgemaakt is
3. Drukken of printen?
1. (Traditioneel) drukken = offset drukken
1. Plaat bevochtigd door vochtrol om nadien door 3-4 inktrollen te worden ingeïnkt.
2. De niet-drukkende delen krijgen een waterfilm.
3. De drukkende delen weigeren water maar zijn ontvankelijk voor inkt.
4. De drukvorm (plaat) komt niet in contact met het papier → drukken gebeurt via een cilinder
bekleed met een rubberdoek
5. Afdruk → rubberdoek → afbeelding op het papier
Voordelen Nadelen
• Hoge en tastbare kwaliteit • Traag en duur productieproces
• Geautomatiseerde productie • Alleen rendabel als massamedium:
• Veel expertise beschikbaar als oplage niet groot genoeg is kan
• Offline beschikbaar je je plaat niet terugbetalen
• Long run printing/versioning = het printen • Geen updating mogelijk: eens
van verschillende versies van een catalogus gedrukt, kan er niks aan veranderd
of publicatie om specifieke doelpublieken of worden
klanten te • Complexe opslag en logistiek: veel
bereiken stockage nodig + transportatie
❖ Bv. Frans- • Lineaire navigatie: niet hyperlink
Nederlands
❖ Andere
cultuur
4