Inleiding tot de wijsbegeerte
Voorwoord:
Onzekerheid koesteren
Ooit zou er een moment komen dat de wetenschap al onze vragen kan beantwoorden.
Probleem: we denken te vaak dat we dit moment al bereikt hebben (want zo gaan we niet meer
verder zoeken)
Veel mensen denken dat wetenschappen ons zullen vertellen wat we (niet) moeten doen
Bertrand Russel:
Engelse filosoof
Uitspraak: “De mens te leren hoe hij kan leven zonder zekerheid, maar zonder zich,
anderzijds, te laten verlammen door onzekerheid”
De filosofie leert ons om pijnlijke onzekerheden te verdragen EN op te zoeken
“Most people are not weird” – Henrich
Westers
Educated
Industrial
Rich
Democratic
→ niet alle mensen behoren hiertoe, maar deze worden gebruikt voor onderzoek
, Hoofdstuk 1:
Wat is filosofie?
Amerikaanse satiricus Ambrose Bierce:
Omschreef filosofie als: “Een stelsel van vele wegen die van nergens naar niets leiden”
→ filosofen behandelen onmogelijke vragen
Bv. Wat is filosofie?
Anti-essentialisme = moeilijk om lijst van kenmerken te stellen die voorkomen bij alle filosofen en
enkel bij filosofen
1. drie kenmerken: attitude, methodologie, domein
(manieren om filosofie af te bakenen van aangrenzende kennisdomeinen)
1. Attitude
Britse filosoof Nigel Warburton: “Philosophy is an unusual subject in that its practitioners don’t agree
what it’s about”
Filosofie → liefde voor de wijsheid of een verlangen om te weten (brengt ons niet veel verder want
Aristoteles zei dat dit verlangen bij alle mensen zo is en niet enkel bij filosofen)
Autoriteiten (andere personen, maar ook eigen vermogens zoals zintuigen of cognitieve vermogens)
worden uitgedaagd en hun uitspraken in twijfel getrokken
→ Descartes merkte op dat ons gezichtsvermogen ons vaak bedriegt bv. Optische illusies
Hedendaagse wetenschappers en filosofen blijken heel wat attitudes gemeenschappelijk te hebben:
Kritisch en ruimdenkend: doen enkel beroep op rationele argumenten en overwegingen
Laten zich niet misleiden door schijnbare vanzelfsprekendheden
Amerikaanse fysicus Richard Feynman:
“Wat is wetenschap?”: Eén vd kwaliteiten vd wetenschap is dat ze ons de waarde van rationeel
denken bijbrengt, en het belang van vrijheid van denken; ze leert ons dat het loont om te twijfelen
aan de waarheid van wat ons wordt verteld.”
2. Methode
Welke methode gebruikt filosofie?
1. filosofen gebruiken vaak hun intuïtie
Wat is intuïtie?
Volgens 17de en 18de-eeuwse filosofen: kennis die op een onmiddellijke
manier wordt verkregen
Descartes: heldere en welonderscheiden ideeën (ideeën of intuïties die geen redelijk mens
zou durven te betwijfelen)
, 20ste eeuw: intuïtie eerder negatieve betekenis; spontane overtuigingen die we in onze eigen
geest aantreffen wanneer we over een bepaald onderwerp beginnen te denken (Engels;
common sense = gezond verstand)
→ moeilijk te veranderen of op te geven (zelfs met overtuigend bewijsmateriaal)
Bv. Pijn en lijden moet altijd vermeden worden, seksuele perversies zijn psychische
stoornissen, etc.
Zijn variabel bv. Tussen culturele groepen en tussen personen, maar ook binnen eenzelfde
eprsoon van tijdstip tot tijstip en context tot context
Probleem: intuïtie is geen uniek filosofische methode (ook wetenschappers)
Fauteuilfilosofen/armchair philosophers = filosofen die enkel gebruik maken van intuïties en zelden
of nooit van empirisch onderzoek
2. conceptuele analyse
Italiaanse filosoof Luciano Floridi: beschreef filosofie als conceptual engineering = het
ontrafelen en verbeteren van concepten die we in het dagelijks leven soms te achteloos
gebruiken (zoals concept van liefde, tijd, vrijheid, essentie, ziekte, etc.)
Bv. Ziekte; enkel biologisch?, statistisch uitzonderlijk?, ook sociale oordelen?, ook ziek zonder
biologisch probleem?
MAAR niet door ‘alle’ filosofen en zeker niet door ‘enkel’ filosofen
3. gedachte-experiment
Gedachte-experiment = instrument vd verbeelding, dat wordt gebruikt om nieuwe informatie over
een thema te verkrijgen zonder gebruik te maken van nieuwe empirische data
Voordelen:
1. Verhelderen probleem door het te visualiseren
2. Leveren gegevens op die voor of tegen een bepaalde theorie kunnen worden gebruikt
3. We kunnen er financiële, technologische en morele problemen mee omzeilen die zich
zouden stellen bij echte-wereld-experimenten
Voorbeeld: hersenen-in-een-vat = onzekerheid van al onze overtuigingen
! Gedachte-experimenten worden niet enkel toegepast in filosofie
Benadrukt wel eigenheid vh domein vd filosofie; kwesties die zo fundamenteel zijn dat ze
moeilijk op een klassieke wetenschappelijke manier kunnen worden bestudeerd
Gebruik van gedachte-experimenten (in de wetenschappen) toont aan dat wetenschap geen
louter empirische activiteit is (en filosofie niet enkel fauteuilwerk)
→ nieuwe filosofische discipline ontstaan: experimentele filosofie = empirisch-
wetenschappelijke methoden soms kunnen bijdragen aan een oplossing voor traditionele
filosofische problemen
Bv. Onderzoek over cross-culturele verschillen in intuïties over bepaalde morele dilemma’s
3. Domein
Aard vd vragen en problemen waarmee ze zich bezighouden
Filosofische vragen zijn vaak abstract en eigenaardig
, Amerikaanse filosoof Thomas Nagel: “We zouden niet ver komen in het leven als we de
ideeën tijd, getal, kennis, taal, goed en slecht niet meestal als vanzelfsprekend beschouwden,
maar in de filosofie onderzoeken we die
Wetenschapsfilosofie
dingen zelf.”
Gedichtje over duizendpoot van Feynman
(wordt in vraag gesteld en weet niet meer hoe die voort kan bewegen, “welke voet komt na
de andere?”)
= de wet van Humphrey = bewuste reflectie over een geautomatiseerde taak (tijdens de taak)
de uitvoering ervan belemmert
Filosofie vergelijken met kunst; er is geen vooruitgang in filosofie (elke kunststroming is
nieuw begin, breuk met het verleden)
o MAAR deze stelling kunnen we onderuithalen; Thomas Kuhn: wetenschappen heeft
ook geen echte vooruitgang, de ontwikkeling vd wetenschap verloopt in horten en
stoten
→ wetenschappelijke paradigma’s volgen elkaar op zonder echt op elkaar ver te
bouwen
→ paradigma’s zijn incommensurabel = onderling onmeetbaar/hebben geen gemene
maat (bv. Massa bij Einstein en massa bij Newton
o MAAR we kunnen ook beargumenteren dat er wel vooruitgang is in filosofie
→ wetenschap die zich van filosofie heeft afgerukt: psychologie
2. Vier deeldomeinen
1. Metafysica
2. Logica
3. Epistemologie
4. Moraalfilosofie
Is iets logisch? Gewoon nagaan of het wordt bestudeerd in 1 vd 4 deeldomeinen → niet goed
1. Metafysica
Metafysica = bestudeert aard en structuur vd wereld, gaat over problemen die voorbij of achter of
onder de fysica liggen
Metafysische vragen → over wat het betekent om te bestaan
Materialisten/fysicalisten Dualisten
Vraag: “Zijn wij meer dan onze hersenen?” Mentale toestanden zijn opgebouwd uit
Neen; mentale toestanden zijn gewoon geestesspul (mental stuff)
hersentoestanden, alles is opgebouwd met
behulp van materie (physical stuff)
Voorbeelden van metafysische kwesties
1. de vraag of tijd zou bestaan als er geen mensen op aarde zouden rondlopen
2. debat over de verhouding tussen lichaam en geest
3. filosofische debat over wilsvrijheid; bestaat er zoiets als vrije wil?
Bewering dat vrije wil niet bestaat: