H1 de anamnese in de praktijk, H2 voedings- en leefstijl anamnese in de praktijk
H1 + H2 > voornamelijk in het boek/samenvatting van voedingsleer (zelfde punten worden hier besproken)
Welk instrument kunt u gebruiken om het alcoholgebruik van de cliënt na te gaan en hoe ziet dit eruit? De
Five-shot vragenlijst. (hoe vaak drinkt u alcohol, voelt u zich wel eens schuldig over uw drink gewoontes, drinkt
u weleens ‘s ochtend om de kater te verdrijven, hoeveel alcoholische dranken gebruikt u op een typische dag
waarop u alcohol drinkt, ergert u zich wel eens aan mensen die opmerkingen maken over uw drinkgewoontes?
Welke 6 kernwaarden horen bij het Human Capital Model? Fysieke, emotionele, sociale, persoonlijke,
intellectuele en financiële-waarde.
Sedentair gedrag = activiteiten waarbij het energiegebruik nauwelijks boven het rustmetabolisme komt
(zittend gedrag, tv kijken, beeldschermwerk etc).
H3 zelfinzicht en de rol van coach, H4 de voeding berekend, H5 voedingsvoorlichting
De Myers-Briggs Type indicator = 16 verschillende persoonlijkheidstypes. Dit zijn 4 vragen die je moet
beantwoorden en hieruit komt je eigen persoonlijkheidstype eruit, opgebouwd uit: extravert, intuïtie, gevoel
en perceptie). Doe de test in het boek om te kijken wat er bij jou uitkomt en krijg meer zelfinzicht
Persoonlijkheidsmodel van Patterson = aan de hand van dit reflectiemodel kun je jezelf vragen stellen.
Een coach = motiveert, stimuleert, legt uit en helpt.
Het samenwerkingsmodel = de houding van gewichtsconsulent of voedingsadviseur zo veel mogelijk gericht op
samenwerken met de cliënt.
Grenzen in uw beroep = Tijd, praktijkregels (denk aan betalingen), beroepsgrenzen (denk aan persoonlijke
problemen; scheiding wordt genoemd), persoonlijke grenzen (jonge consulent wordt met ‘meisje’
aangesproken of dat het té intiem wordt bij metingen)
Stel een menu van een cliënt bevat 1623 kcal aan energie, hoe reken je energieprocenten?
De hoeveelheid vet = 52,4gr. Verzadigd vet = 13,2gr. Koolhydraten = 186,7gr. Eiwit = 85,5gr. Vezels= 25,4gr.
1gr vet = 9 kcal, 1gr koolhydraten = 4 kcal, 1 gr eiwit = 4 kcal, 1 gr alcohol = 7kcal
471,6 kcal vet = 29 en% vet
118,8 kcal verzadigd vet = 7 en% verzadigd vet
746,6 kcal koolhydraten = 46 en% koolhydraten
342 kcal eiwitten = 21 en% eiwitten
471.6 : 1623 = 0,29 x 100 = 29% aan vetten OF 100%=1623 kcal 1% = 16,23. 471.6 : 16.23 = 29% en vetten
Richtlijnen goede voeding = 10-25% eiwit, 20-40% vet, min. 40% koolhydraten, liefste 55%
Stel de energiebehoefte van een cliënt is 2504 kcal
2504 : 100 x 55 (richtlijn koolhydraten) = 1.377,2 kcal koolhydraten : 4 (1gr = 4kcal) = 344,3gr
Welke informatie hebt u nodig om de BMR te kunnen berekenen?
Gewicht, lengte en geslacht. De formule van Harris-Benedict meet de grondstofwisseling/basaal metabolisme.
PAL-waarde = dagelijkse beweging in te schatten, kunnen we de energiebehoefte bepalen. Pal waarde van 1,4-
1,6 komt het meeste voor in de praktijk.
Informatieverwerkingsproces = 4 stappen = openstaan (bewust worden vd boodschap), begrijpen (begrijpen
en onthouden), willen(voor-en nadelen tegen elkaar op wegen en hier een keuze maken), doen (uitvoeren).
Soorten voorlichting = mondelinge (vertellen) en schriftelijke (websites, folders, etc.) voorlichting.
Belangrijk om de voorlichting > doelgericht, toepasbaar, begrijpelijk en toegespitst op de persoonlijke situatie
van de cliënt in te kleden.
Warenwet = een kaderwet die een groot aantal verplichtingen weergeeft waar fabrikanten en andere
leveranciers van levensmiddelen zich aan moeten houden (etiket voedingsproduct)
H6 Het opstellen van een behandelplan
Welke onderdelen horen bij de hulpvraag van de cliënt?
Hulpvraag naar concrete doelen vertalen en realistisch te blijven (denk aan niet-haalbare doelen)
SMART = Specifiek (wat wil je bereiken, hoeveel afvallen, wanneer etc.), meetbaar (aantal kg voor afvallen,
hoeveel tijd, verlaging van vetpercentage in %), acceptabel (cliënt moet wijzigingen aanbrengen in leefstijl en
zal veranderen, anders eten, meer bewegen, etc), realistisch (haalbaar doel, klein beetje uitdaging mag), en
tijdgebonden (wordt het doel op tijd gehaald? Concreet een datum afspreken)
, Subdoelen = bijvb; geen gesnaai meer, geen smoesjes voor te sporten, eerder naar bed, max. 2x per week
overwerken > anders nee, bij moeheid rust nemen, 30min bewegen (proberen positieve subdoelen te stellen!)
Cliënt doelen laten opstellen op de volgende gebieden = eetgedrag en gezond eten, beweging en sport, gezin
en familie, vrienden, werk en studie, hobby’s.
Waarom is het belangrijk de consequenties van de begeleiding te bespreken?
Dit om de behandeling de meeste kans van slagen te geven. Zo is de kans op terugval in oude patroon kleiner.
Korte termijn doelen =
Gewicht (dmv BMI) > gezond BMI is tussen 18,5 en 24,9 vanaf 25 = overgewicht.
Begeleiding > meer consulten; waarvan intake/kennismaking, uitgebreid consult, vervolgconsulten en afsluiting
Energie en voedingsstoffen > vanuit de voedingsanamnese een voedingsadvies samenstellen
Voedingsmiddelen >
Wat is een setpoint gewicht?
Dit is het gewicht dat de setpointtheorie ervan uit gaat dat ieder mens een genetisch bepaald gewicht heeft
waarbij het lichaam het beste kan functioneren.
Welke punten kunt u meenemen op een behandelformulier?
Gewenst gewicht, streefgewicht, gewichtsverloop, begeleiding, energiebehoefte, PAL-waarde,
bewegingsadvies, verhouding macronutriënten en extra voor aantekeningen.
Wat zou een lange termijndoel kunnen zijn? Een verandering van leefstijl. Bijvb. 20kg in1 jaar afvallen.
0,8 gram eiwitten per kg lichaamsgewicht. Stel iemand weegt 71 x 0,8 = 56,8 gr eiwitten x 4 = 227,2 kcal eiwit
H7 het voedingsadvies
Wat zijn de onderdelen van een voedingsadvies? De adviezen ten aanzien van de voedingsstoffen worden
vertaald in adviezen over voedingsmiddelen. Bijvb; voorbeelddagmenu, week- weekend menu, tips, etc.
Waarom is variatie zo belangrijk? Dit heeft te maken met de voedingsstoffen die in de verschillende
voedingsmiddelen aanwezig zijn. Geen enkel voedingsmiddel levert alle benodigde voedingsstoffen.
Wat zijn voor- en nadelen van het samenstellen van een voorbeeldmenu door de gewichtsconsulent?
Voordeel voor de cliënt: hoeft hier geen werk voor te doen, niet na te denken wat hij/zij gaat eten.
Nadeel voor de cliënt: Leert niet om zelf na te denken, kan in de knel komen met bijv. een etentje
Voordeel gewichtsconsulent: vrij weinig tijd kost wanneer u eenmaal geroutineerd bent, het geeft structuur
voor begeleiding
Nadeel gewichtsconsulent: minder motiverend kan zijn om de cliënt alles uit handen te nemen, het maken van
menu’s kost in het begin veel tijd en je moet alles uitwerken en berekenen.
Wat als de cliënt opdrachten mee krijgt = Voordeel = leert de cliënt omgaan met voeding in allerlei situaties,
zelf de verantwoordelijkheid, hij kan zelf het snoepen inplannen. Nadeel = tijdrovend, kan leiden tot obsessie.
Aan welke eisen moet een dag voeding voldoen?
- 3 hoofdmaaltijden, 3 tussendoortjes (die zijn van belang om gevoelens van honger te voorkomen)
- Voldoende energie in de voeding om stofwisseling op peil te houden
- Voldoende energie om een snelle gewichtsdaling tegen te gaan
- Uitgaan van richtlijnen goede voeding en de schijf van vijf
- Er moet ruimte zijn voor te snoepen; dit moet gepland worden
- De voorkeuren vd cliënt
- De leef-, woon- en werksituatie van de cliënt
- De intelligentie, kennis en de interesse van de cliënt
Dag keuze = 3-4x iets kleins (denk aan lepel jus, klein koekje, waterijsje, theelepel honing etc)
Week keuze = max. 3x per week (denk aan croissant, gebakje, zakje chips, glas frisdrank, pizza, etc)
Gestructureerd voorbeeld menu = een geheel menu waar de cliënt zich aan moet houden
Ongestructureerd voorbeeld menu = cliënt meer verantwoordelijkheid voor het samenstellen van dagmenu
Welke 5 instrumenten gebruikt de gewichtsconsulent of voedingsadviseur in een begeleiding?
-Voedingsanamnese, antropometrisch onderzoek, voedingsberekening programma’s, behandelplan, voorbeeld
dag menu of week menu
H8 leren variëren
Waarom moeten we variëren? Dit maakt de maaltijd afwisselend, zonder variatie zouden de maaltijden saai
worden, geen enkel voedingsmiddel levert alle benodigde voedingsstoffen, met een gevarieerde voeding wel,
sommige producten bevatten naast noodzakelijke voedingsmiddelen ook schadelijke stoffen (producten die
ook gezonde stoffen bevatten zoals vis). Zonder te variëren krijgen we teveel ongezonde voedingsstoffen in.