BTW – BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE= indirecte verbruiksbelasting die de
overheid heft op de verkoop van goederen of diensten (=omzetbelasting)
Lesdag 1: het btw-denkpatroon
Aan de hand van onderstaande structuur van 8 vragen kan een btw-casus opgelost worden.
1. Wie is de btw-belastingplichtige?
2. Welke belastbare handeling wordt er verricht? (LG, DV, ICV, invoer)
3. Geldt er een vrijstelling voor deze belastbare handeling?
4. Maatstaf van heffing? (Bedrag waarover de btw geheven wordt)
5. Tarief? (0% - 6% - 12% - 21% (=normaal tarief))
6. Schuldenaar? (Welke contractspartij zal de btw dienen te betalen aan de btw-administratie?)
7. Welke verplichtingen dient de btw-bp na te komen? (facturatie, btw-aangifte, listings...)
8. Recht op aftrek?
Het werkingsmechanisme van de btw: btw wordt geheven in elke fase van de productie- en distributieketen. Het
bestaat uit gefractioneerde betalingen die voldaan worden op basis van de inkomende handelingen van btw-
belastingplichtigen.
Ter illustratie:
Leverancier (1) →→→ Fabrikant (2) →→→ Groothandel (3) →→→ Kleinhandel (4) →→→ Consument (5)
250 EUR 400 EUR 500 EUR 600 EUR
*21% BTW *21% BTW *21% BTW *21% BTW
= 52,50 EUR = 84,00 EUR = 105,00 EUR = 126,00 EUR
Wanneer de fabrikant (2) grondstoffen aankoopt voor 302,50 EUR (maatstaf van heffing vermeerderd met 21%
btw) en de leverancier dit bedrag int, zal het btw-bedrag (52,50 EUR) door de btw-administratie opgeëist worden.
De maatstaf van heffing is het bedrag dat de leverancier behoudt. Wanneer de fabrikant 302,50 EUR betaalt, zal
het btw-bedrag later gerecupereerd kunnen worden via de btw-aangifte (recht op aftrek: zie later). De btw is
voor de btw-belastingplichtige dan ook een neutrale belasting. Na bewerking van de grondstoffen (toegevoegde
waarde) zal de fabrikant het afgewerkt product verkopen met winst (400,00 EUR – 250,00 EUR). Over de
meerwaarde van 150,00 EUR wordt een btw-bedrag van 31,50 EUR geheven, niet geheel toevallig het verschil
tussen 84,00 EUR (21% van 400,00 EUR) en de initieel betaalde btw van 52,50 EUR. Btw is dan ook de belasting
over de toegevoegde waarde. Aangezien de consument (5) de btw niet kan terugvorderen, wordt deze
economische actor de drager van de btw genoemd. De consument betaalt uiteindelijk 726,00 EUR voor zijn
aankoop, de btw-administratie ontvangt in totaliteit 126,00 EUR.
De btw-belastingplichtige: er gelden 4 voorwaarden volgens het Btw-wetboek (W.BTW art. 4, §1):
- éénieder (iedereen kan btw-bp zijn: student, VZW, gepensioneerde, vennootschap...);
- die een economische activiteit uitoefent (~ handelingen doen om te verkopen);
- op zelfstandige basis (niet in ondergeschikt verband);
- op regelmatige basis.
Voorbeelden:
- een zelfstandige kapper knipt en verzorgt dagelijks het haar van klanten;
- de lokale supermarkt verkoopt voedingswaren;
- McDonald’s bereidt en verkoopt maaltijden.
Worden bijvoorbeeld niet als btw-belastingplichtigen beschouwd:
- een school verkoopt meubels die werden gemaakt tijdens de lessen houtbewerking door de leerlingen
→ de school wil de leerlingen iets aanleren, de handelingen worden niet gedaan om te verkopen
- student accountancy vult jaarlijks van 30 vrienden de personenbelasting in
→ ook hier is er geen sprake van een economische activiteit (geen reclame, niet gecommercialiseerd)
Gevolgen van de btw-belastingplichtige:
a) voor de start van een economische activiteit: aangifte van economische activiteit indienen
→ btw-registratie (formulier 604A), wijziging btw-activiteit (604B), stopzetting (604C)
b) periodieke btw-aangiftes (kwartaalbasis of maandelijkse basis)
c) bewijskrachtige boekhouding voeren t.o.v. de btw-administratie
d) factureren (de factuur is een btw-document)
e) listings (lijst belastingplichtige klanten, ICO-listing...)
Indeling van btw-bp: gewone, vrijgestelde, gemengde, buitenlandse btw-bp, kleine onderneming
, Lesdag 2: het btw-denkpatroon – vraag 1: Wie is btw-belastingplichtig?
De btw-belastingplichtige: er gelden 4 voorwaarden volgens het Btw-wetboek (W.BTW art. 4, §1):
Regelmatige btw-bp
- éénieder;
- die een economische activiteit uitoefent;
- op zelfstandige basis;
- op regelmatige basis.
Art. 4, §2 (btw-eenheid/groepering btw-bp’en) en art. 6 (overheden/openbare besturen) niet relevant hier.
➔ Handelingen worden regelmatig uitgevoerd.
De hoedanigheid van toevallige btw-bp wordt verworven door een eenmalige handeling te stellen. Dit kan
door de verkoop van een nieuw gebouw of een intracommunautaire levering van een nieuw vervoersmiddel.
1) Bij de verkoop van een nieuw gebouw heeft de verkoper (particulier) de keuze belast te worden via
registratierechten of via btw.
Voorbeeld: een aannemer richt een nieuwe woning op in opdracht van een particulier voor (illustratief) 1000,00
EUR. De particulier verkoopt de woning binnen de nieuwigheidstermijn (tot en met 31/12 van het tweede jaar na
het jaar waarin de eerste ingebruikname plaatsvond).
Aannemer →→→ Particulier →→→ Koper
1000 EUR
+210 EUR BTW
= 1210 EUR
De koper zal (duidelijk afgesproken via compromis) de woning aankopen onder het stelsel van btw. De verkoper
int een bedrag met btw en zal door de btw-administratie opgelegd worden de btw door te storten. Daartegenover
staat wel dat de verkoper van de nieuwe woning de btw op alle inkomende facturen m.b.t. de oprichting van de
woning zal kunnen terugvorderen (in dit geval 210,00 EUR).
2) Intracommunautaire levering van nieuwe vervoermiddelen: de hoedanigheid van btw-bp wordt verplicht
aangenomen bij de verkoop van een nieuw vervoermiddel (binnen 6 maanden na eerste ingebruikname of max.
6000km) aan een koper binnen een andere lidstaat binnen de EU (=ICL). Het vervoermiddel wordt belast in het
land van gebruik (koper).
Indeling van btw-bp:
- gewone btw-bp: alle verplichtingen, regelmatig, zelfstandig, economische activiteit
- vrijgestelde btw-bp: btw-bp wiens activiteiten zijn vrijgesteld van btw krachtens art. 44 W.BTW
- gemengde btw-bp: btw-bp wiens activiteiten gedeeltelijk zijn vrijgesteld
- gedeeltelijk btw-bp: hoofdberoep + bijberoep (advocaat die ook lesgeeft)
- niet-belastingplichtig rechtspersoon: overheden (bv. Stad Geel)
- buitenlandse btw-bp: Nederlandse aannemer verricht diensten in België
- forfaitaire btw-bp: btw wordt forfaitair bepaald a.d.h.v. aankopen van de btw-bp
- forfaitaire landbouwer: weinig relevant
- vrijgestelde kleine onderneming: keuze (omzet < 25.000 EUR)
- toevallige btw-bp: hoedanigheid door eenmalige handeling (zie hierboven)
Gevolgen van de hoedanigheid van btw-belastingplichtige: ~ vraag 7 denkpatroon: verplichtingen
1) btw-identificatie: voor de aanvang van de activiteiten – formulier 604A in te vullen:
o KADER I: gegevens (wie wordt btw-bp?)
o KADER II:
▪ activiteiten: nauwkeurige omschrijving om hoedanigheid van btw-bp aan te tonen (al
dan niet vrijgesteld op basis van art. 44: JA/NEE en/of gemengde btw-bp JA/NEE)
▪ vermoedelijk omzetcijfer ~ link met financieel plan: al dan niet aantonen dat statuut
van kleine onderneming (omzet < 25.000 EUR, minder btw-verplichtingen) kan
verkregen worden
▪ datum aanvang activiteiten
o KADER III:
▪ aanduiden type btw-bp: gewone, vrijgesteld of gemengde btw-bp
▪ a) periodieke aangifte? b) kleine onderneming? c) landbouwonderneming? d) btw-bp
zonder recht op aftrek (groep van 4!)
o KADER IV: rekeningnummer
o KADER V: gegevens boekhouder
Wijzigingen hieraan: formulier 604B – Stopzettingen: 604C (alles via INTERVAT)
, 2) btw-aangifte: periodieke rapportering van de omzet aan de overheid (+ bijzondere btw-aangifte)
o in te vullen: periode xx/yyyy (maandelijks) of x/yyyy (kwartaalbasis) + roosters (R..)
o voorkant: maatstaven van heffing
▪ UITGAANDE HANDELINGEN
- R01: belastbare omzet 6%
- R02: belastbare omzet 12% R54 “verschuldigde btw”
- R03: belastbare omzet 21%
Uitgaande handelingen ~ - R44: intracommunautaire diensten
omzet (7 rekeningen - R45: verlegging van heffing medecontractant Geen verschuldigde btw –
boekhouden) - R46: intracommunautaire leveringen geen btw op facturen
- R47: vrijgestelde en buitenlandse handelingen
- R48: creditnota’s
- R49: creditnota’s
▪ INKOMENDE HANDELINGEN
- R81: handelsgoederen
- R82: diensten en diverse goederen R59 “aftrekbare btw”
- R83: bedrijfsmiddelen
Inkomende handelingen ~ - R84: creditnota’s
kosten (6 rekeningen - R85: creditnota’s
boekhouden) - R86: intracommunautaire verwerving (~R46) → R55
Btw verlegd naar de
- R87: verlegging van heffing medecontractant → R56/R57
medecontractant
- R88: intracommunautaire diensten (~R44) → R55
o Achterkant: btw-bedragen
▪ VERSCHULDIGDE BTW ~ 4 rekeningen boekhouden
- R54
- R55
- R56
- ∑ RXX
▪ TERUGVORDERBARE BTW ~ 4 rekeningen boekhouden
- R59
- ∑ RYY
▪ RESULTEREND IN:
- R71: indien ∑ RXX > ∑ RYY
- R72: indien ∑ RXX < ∑ RYY