Inleidende les
1. Inleiding
VOS =Verontrustende OpvoedingsSituatie
-> Liever verontrustende leefsituatie ->>> Kwetsbare leefsituatie
- Ook over kwetsbare personen die je niet moet opvoeden (ouderen, verslaving)
Orthopedagogiek = ondersteunen van situatie waar het gewone opvoeden tekortschiet
-> handicap in de brede zin van het woord (ook drugsproblemen)
Orthopedagogiek gaat over personen, dan pas over de beperking
2. Geschiedenis van handicap
-> Hand in cap: twee partijen die iets van ongelijke waarde willen ruilen stelden een 3de persoon als
bemiddelaar aan. Hij moest het afgesproken bedrag in de pet houden tot de partijen het eens waren
over het op te leggen bedrag.
-> verwees aanvankelijk naar last die werd meegegeven aan iemand die sterker of sneller was bij een
wedstrijd. (Bv zandzakken bij paardrijden) Zo worden minder goede paarden niet benadeeld ->
Positieve discriminatieregel
-> nu is de kijk volledig veranderd over de benadeelde persoon
-> hand in cap (geschiedenis kennen: ruilhandel, paardrijden (iedereen op hetzelfde niveau) en
nu): de kijk is veranderd
3. Quality of life
= een Paradigma van Schalock en Verdugo dat antwoord geeft (met behulp van 8 domeinen) op de
vraag ‘hoe gaat het met iemand’
= het QOL-Paradigma (kwaliteit van bestaan)
3.1 De domeinen binnen het QOL-Paradigma
- emotioneel welbevinden (stress, veiligheid)
- interpersoonlijke relaties (sociaal netwerk, vrienden, partner)
- materieel welbevinden (toilet, slot op de deur, aangepaste woning)
- persoonlijke ontplooiing (hobby, keuze van richting, luistert er iemand)
- lichamelijk welbevinden (dokter)
- zelfbepaling (zelf keuzes maken over wonen, slapen,…)
- sociale inclusie (hoor je in de samenleving?)
- rechten (burgerrechten, respect,...)
Toepassing Karel
1. Emotioneel welbevinden: niet tevreden over eigen leven, triest
2. Interpersoonlijke relaties: alleen op vakantie, omgeving sterft, woont alleen in rusthuis, geen contact met bewoners of verplegers, een
broer
3. Materieel welbevinden: in een rusthuis, geen gsm en te weinig geld, k
4. Persoonlijke ontplooiing: vroeger gaan kamperen, nu niets meer, kreeg de kans om te kamperen in een caravan, weinig kans op
ontplooiing.
5. Lichamelijk welbevinden: gaat achteruit maar probeert actief te blijven (fietsen), lichte verstandelijke beperking, veel mogelijkheden en
besef maar weinig mogelijkheden, weinig organisatie, wordt verzorgd door verpleegsters
6. Zelfbepaling: gaan fietsen, mee doen aan activiteiten in rusthuis, mag niet alleen wonen, moet gewassen worden
7. Sociale inclusie: voelt zich alleen en hoort er niet bij, hij wil uitgaan en erbij horen
8. Rechten: wil meer privacy
,QOL-Paradigma zorgt voor:
- zelf invulling geven aan het lichaam
- deelnemen aan samenleving
- ontplooien, leren, vaardigheden ontwikkelen
- relaties onderhouden (personen naar keuze)
- gerespecteerd worden als voorwaardig persoon
4. Contradictie
Het gaat dus in de orthopedagogiek in eerste instantie over de persoon en diens kwaliteit van leven
MAAR er is een contradictie
Enerzijds tegen labeling, nadruk op persoon
Anderzijds grondige kennis van beperkingen om te kunnen ondersteunen in functie van QOL
, Begeleiding, opvang en ondersteuning van personen met beperking
1. Historisch overzicht
Vanaf 9de eeuw: Godshuizen voor mensen die het moeilijk hebben: geestelijke gezondheids-zorg, ziek,
weinig bemiddeld. -> allemaal in 1 huis - later per domein- daarna allemaal samen.
1535: Keizer Karel straat: hier heeft hij een armenkamer opgericht door Keizer Karel: personen
ondersteunen die weinig bemiddeld waren. (Water en brood)
1794: Franse revolutionaire: Godshuizen en geestelijken niet meer ->> burgerlijke godshuizen
oprichten: seculaire gemeenschap. -> heeft geen succes gehad (Franse revolutie: 1789)
-> vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid (3 grote waarden binnen de revolutie)
+ bureel van weldadigheid: verwijzend naar mensen die ondersteund worden omdat er weinig
middelen zijn
1830: België gesticht
1.1 Het Gemeentefonds en Speciale Onderstandsfonds
1876: oprichting gemeentefonds (gemeente, provincie en het rijk betaalden hier mee in)
-> bestaat nu nog steeds! Steden voorzien van middelen vanuit federale overheid
-> zieken, doofstommen, blinden, geestelijke ziekten etc.: zorg dragen voor hen vanuit fonds
1925: speciaal onderstandsfonds= huidige ‘OCMW’: hield zich bezig met ondersteuning
= Komt er na hervorming van Gemeentefonds: neemt dit over.
1.2 Het Rijksfonds en Fonds 81
1963: 2 belangrijke momenten
-> oprichten van RIZIV: invaliditeitsverzekering: zorgt dat we kleine kost moeten betalen, zorgt voor
terugbetaling van de overheid (door belastingen)
-> dit is normaal. We leven in een ‘verzorgingsstaat’
-> Rijksfonds sociale reclassering van minder-validen (RSRMV): volgende doelstellingen:
- Re-integratie van personen met beperking in economisch/maatschappelijk leven
- Bevorderen van functionele revalidatie en sociale reclassering van persoon met beperking.
Opgericht om mensen te helpen die terugkomen van oorlog met letsels en bv verlamming door
kogels. ‘Rehabiliteren’: terugbrengen in samenleving -> arbeidsactief maken
-> positief van oorlog: kijk op kwetsbare mensen verbeterd
1967: rehabiliteren is niet enige manier: op verschillende manieren ondersteunen. Volksmond: fonds
81 = fonds voor medische, sociale +pedagogische zorg voor gehandicapten.
-> niet enkel aandacht om terug in samenleving te brengen maar ook o.a. het medische deel.
-> Belgische regering maakt deze wet
-> moment waarop er veel voorzieningen worden opgericht: fulltime opvoeden
-> tegenstroom: ambulante voorzieningen in thuissituatie: komt uit Scandinavië
1.3 Het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van personen met een handicap = VFSIPH
1984: EPOS-Steyaert
-> Vlaamse minister Steyaert (vrouw) wil nieuw beleid= nieuw Vlaams gehandicaptenbeleid
- Rekening houden met minder loketten -> ‘1 toegangspoort die toegang geeft tot directe hulp’
, 1990: Vlaams fonds voor sociale integratie voor personen met een handicap: Vlaams niveau!
-> een decreet en geen koninklijk besluit (KB)-> gevormd in Vlaams parlement, koninklijk besluit,
regionale bevoegdheid= federaal besluit.
= samensmelting RSRMV (Rijksfonds sociale reclassering van minder-validen) met fonds81
1.3.1 Vier krachtlijnen van het Vlaams Fonds
Duidelijkheid
De administratieve vereenvoudiging en het samenbrengen van vroeger gespreide bevoegdheden
vergemakkelijken de zoektocht naar de juiste zorg en ondersteuning voor personen met een
beperking.
Het provinciaal evaluatiecommissie (PEC) als enigste toegangspoort tot de modaliteiten en moet
duidelijk zijn voor elke zorgvrager.
-> Verwijst naar loketten: rechtstreekser zorg krijgen
Integratie/inclusie
De persoon met een beperking heft recht op gelijke kansen om zich in onze samenleving te
ontplooien. à personen met een beperking moeten beroep kunnen doen op alle voorzieningen die ter
beschikking staat van alle burgers. Als dit omwille door de beperking niet lukt, moeten er voor hen speciale
maatregelen en voorzieningen gecreëerd worden.
Integratie: personen met een beperking moeten zowel binnen als buiten de specifieke zorg beroep
kunnen doen op voorzieningen en instellingen.
Participatie
Personen met een beperking moeten kunnen deelnemen een activiteiten en actief betrokken worden
in de samenleving. Er is respect voor de menselijke waardigheid.
-> Inspraak en medezeggenschap
Gezinsgerichtheid
Het gezin is de beste plaats om personen met een beperking te begeleiden naar persoonlijke,
economische en sociale zelfstandigheid. Daarom moet een voorziening de banden met de ouders en
familie zoveel mogelijk intact houden.
Onderverdeeld in 3 stappen
- gezinsondersteunend (ambulante zorg aan huis)
- gezinsaanvullend (bv bij dagopvang na school ondersteunen, helpen met verzorging, eten en
huiswerk)
- gezinsvervangend (meest intensieve hulp, voorzieningen 7/7, vertrekt vanuit subsidiariteitsprincipe:
zo licht, zo dicht en zo vroeg mogelijk = budget beperken)
1.4 Het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH)
2004: VAPH: Vlaams agentschap voor personen met een handicap (ontwikkeld uit één van de 13
beleidsdomeinen: welzijn)
-> hervorm van Vlaamse administratie onder de noemer ‘Beter bestuurlijk beleid’: BBB
-> Alles van welzijn ging naar werkgelegenheid en sociale economie.
-> VDAB: in verband met arbeidsgehandicapte: inclusiegedachte en daarom ander ‘loket’
2 Het actueel beleid ten aanzien van personen met een beperking
2.1 Theoretisch kader
2009: België ratificeerde verdrag inzake de Rechten voor Personen met Bepekring
- Handicap is evolutief en systemisch begrip: wisselwerking tss persoon-obstakel
- Mentaliteitsverandering: Persoon met rechten