In deze samenvatting vind je alle benodigde kennis voor de module Bestuurs- en Strafrecht. Er is gebruik gemaakt van de boeken 'Praktisch Bestuursrecht' en 'Praktisch Straf(proces)recht', en van de behandelde lesstof, sheets en kennisclips op Blackboard
Publiekrecht: rechtsgebied waar de relatie tussen openbaar bestuur en burger centraal staat
Het recht biedt rechtsbescherming een soort waarborg dat de overheid haar instrumenten
zorgvuldig gebruikt
Openbaar bestuur = organen van de overheid
-> Het openbaar bestuur treedt in verschillende hoedanigheden en op verschillende manieren op en
behartigd daarbij het algemeen belang (openbaar bestuur dient samenleving te sturen zodat burgers
en organisaties fatsoenlijk naast elkaar kunnen leven)
Bestuursrecht heeft betrekking op het juridisch functioneren van het openbaar bestuur en zijn relatie
tot de burger
bestuursorganen treden bij het uitvoeren van taken op als openbaar bestuur en behartigen
daarbij het algemeen belang
Legaliteitsbeginsel: wetmatigheid van bestuur het openbaar bestuur mag alleen optreden als
openbaar bestuur (/inbreuk maken op de rechten en vrijheden van de burger) als dit is vastgelegd in
de wet. er moet een wettelijke grondslag zijn
Wet in formele zin = vastgesteld door de formele wetgever (Staten-Generaal en regering samen) (in
de titel staat altijd het woord ‘wet’)
Wet in materiële zin = elke wet die algemeen verbindende voorschriften bevat waaraan iedereen
voor wie die wet is bedoeld gebonden is
Wet -en regelgeving = het totaal van alle soorten wetten
Specialiteitsbeginsel: het openbaar bestuur mag bij het nemen van een besluit alleen die belangen
behartigen waarop de betrokken wet of regeling zich richt (afweging van belangen beperkt zich tot
belangen waarvoor de speciale wet is bedoeld)
, voor het optreden van het openbaar bestuur is een grondslag in de wet nodig (legaliteitsbeginsel)
en bij het afwegen van belangen moet het openbaar bestuur binnen het kader blijven van de
toepasselijke wet (specialiteitsbeginsel)
Bronnen van bestuursrecht:
Wet -en regelgeving en verdragen
Jurisprudentie
Ongeschreven recht (met name enkele algemene beginselen van behoorlijk bestuur)
Het is onmogelijk voor de formele wetgever, om alle ingewikkelde processen in de samenleving tot in
detail te reguleren, daarom is het openbaar bestuur verdeeld in verschillende lagen, die elk regels
kunnen vaststellen
verdragen, beleidsregels en vergunningsvoorschriften zijn geen wet -en regelgeving
Verdragen: afspraken tussen staten (EVRM, EU-verdrag, EU-werkings-verdrag rechtstreekse
werking, burgers kunnen zich erop beroepen)
Europese richtlijn: gericht tot lidstaten, in principe geen rechtstreekse werking
AMvB: van lagere orde van formele wet, vastgesteld door de regering. Bevatten hoofdzakelijk
algemeen verbindende voorschriften voor burgers en overheden, en kennen bevoegdheden toe aan
organen van het openbaar bestuur
Ministeriële regeling: van lagere orde dan AMvB, door minister vastgesteld. Ook algemeen
verbindende voorschriften en bevoegdheden voor bestuursorganen
Algemene plaatselijke verordening (APV): gemeentelijke verordening met normen die voor iedereen
in de gemeente gelden
Beleidsregels: eigen richtlijnen voor het openbaar bestuur, gelden alleen voor het orgaan van het
openbaar bestuur dat ze heeft vastgesteld of waarvoor ze zijn bedoeld
Vergunningvoorschriften: gelden voor het individuele geval, waaraan de vergunning is verleend
(bestaan uit rechtsnormen afkomstig van wetten en lagere regelingen en regels die het
bestuursorgaan die de vergunning verleent, voorschrijft)
,Gelede normstelling = normen voor een bepaald geval worden (mede) bepaald door normen in
verschillende regelingen die in een hiërarchische verhouding tot elkaar staan (doordat diverse
organen van het openbaar bestuur elk op hun eigen niveau normen kunnen/moeten stellen)
Algemeen bestuursrecht: bevat regels die op alle terreinen van het bestuurlijk optreden van
toepassing zijn (regels voor toekenning bestuursbevoegdheden, handhaving rechtsnormen en
besluiten, regels voor zorgvuldige voorbereiding van besluiten)
Bijzonder bestuursrecht: bevat regels die speciaal zijn opgesteld voor de bijzondere gebieden
waarop het openbaar bestuur actief is
(ordenende overheidstaken: politie, defensie, waterstaat, milieubeheer, ruimtelijke ordening,
economische ordening
Verzorgende overheidstaken: onderwijs, cultuur, wetenschap, sociale zorg, gezondheidszorg)
Coördinatiewetgeving: alle terreinen van het bijzonder bestuursrecht bevatten talrijke regelingen die
de inhoud van rechten, plichten en bevoegdheden bepalen. Coördinatiewetgeving brengt eenheid en
samenhang in deze bestuursrechtelijke verscheidenheid (op gebied van sociale zekerheid,
belastingen, omgevingsvergunning, fysieke leefomgeving)
Awb: bevat algemene regels die van toepassing zijn op het hele bestuursrecht en elke bestuurstaak
boek 4, 7 en 8 bevatten bijzondere bepalingen algemene en bijzondere bepalingen moeten in
samenhang gelezen en toegepast worden regel in bijzondere wet gaat voor algemene wet
Awb is een aanbouwwet, die in 4 tranches (fases) tot stand is gebracht
Awb bevat 3 bijlagen:
Bijlage 1: rechtstreeks beroep bij bestuursrechter
Bijlage 2: regels die aangeven welke bestuursrechter bevoegd is
Bijlage 3: regels over verlaagd griffierecht
Opdracht wetgever om een wet te maken met algemene regels voor bestuursrecht met als doel:
Het bevorderen van eenheid binnen bestuursrechtelijke wetgeving
De vereenvoudiging van bestuursrechtelijke wetgeving
Het opnemen in de wet van ontwikkelingen in de bestuursrechtelijke rechtspraak
Het treffen van algemene voorzieningen voor onderwerpen die zich niet lenen voor regeling
in een bijzondere wet
Hoofdstuk 2: Spelers in het veld van het bestuursrecht
Openbaar bestuur: overheidsorganisaties & privaatrechtelijke andere organisaties/personen met
overheidstaken vormen samen het openbaar bestuur ze voeren met elkaar overheidstaken uit
, Overheidsorganisaties: 2 soorten: openbare lichamen & andere rechtspersonen die krachtens
publiekrecht zijn ingesteld
openbare lichamen: Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat: centrale overheid voert
deel van haar taken zelf (centraal) uit, en draagt een ander deel over aan lagere overheden
(decentraal) die deze taken met eigen bevoegdheden en op eigen gezag uitvoeren. Deze
overheidsorganisaties heten openbare lichamen
Rechtspersonen volgens de grondwet:
De staat (organen: regering, ministerraad, ministers, staatssecretarissen)
Provincie (organen: Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten, Commissaris van de Koning)
Gemeente (organen: gemeenteraad, College van B&W, burgemeester)
Waterschap: (organen: algemeen bestuur, dagelijks bestuur, voorzitter)
Ze vormen het openbaar bestuur voor het grondgebied (territorium) of taakgebied (functie)
waarvoor ze zijn ingesteld territoriale of functionele openbare lichamen.
Volgens bijzondere wet:
Openbare lichamen voor beroep (Nederlandse orde van advocaten)
Openbare lichamen voor bedrijf (SER)
Andere openbare lichamen
Openbare lichamen hebben rechtspersoonlijkheid rechtspersonen die ‘krachtens publiekrecht’
zijn ingesteld (door wet of lagere regeling). Hierdoor kunnen ze zowel feitelijke handelingen als
rechtshandelingen verrichten. Rechtshandelingen zijn gericht op een rechtsgevolg waardoor er
rechten of plichten ontstaan of worden gewijzigd (sluiten van overeenkomst, oprichting van stichting,
verlenen van vergunning). Deze worden gedaan door middel van de organen van de rechtspersoon.
Een feitelijke handeling is niet gericht op rechtsgevolg (bijv. aanbrengen van straatverlichting)
andere rechtspersonen die krachtens publiekrecht zijn ingesteld: omdat de hoeveelheid
overheidstaken zo groot is, worden op centraal niveau nieuwe overheidsorganisaties opgericht. Zij
vallen officieel onder een minister of staatssecretaris maar zijn daaraan niet ondergeschikt. (CBR)
Privaatrechtelijke andere organisaties/personen met overheidstaken: deze groep behoort niet tot de
overheid maar kunnen wel zelfstandig bestuurstaken uitvoeren. Deze privaatrechtelijke organisaties
worden aangewezen door de regering (AMvB) of door een minister (in een regeling) en voeren alleen
deze aangewezen bestuurstaak uit
Bestuursorgaan: een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld (altijd
wettelijke basis nodig) of een ander persoon of college, met enig openbaar gezag bekleed
Geen bestuursorganen: formele wetgever, Staten-Generaal, rechters, Raad van State en Nationale
Ombudsman
Bestuursbevoegdheid (besturen, regelgeving en andere handelingen) moeten volgens het
legaliteitsbeginsel voortkomen uit een wettelijke basis. Daarom wordt bestuursbevoegdheid
toegekend, overgedragen of opgedragen attributie, (sub)delegatie en (onder)mandaat.
Attributie: wanneer een wet of lagere regeling een publiekrechtelijke bevoegdheid rechtstreeks
toekent aan een bestuursorgaan oorspronkelijke wijze van nieuwe bevoegdheidsverkrijging
De geattribueerde oefent de bevoegdheid zelfstandig en onder eigen verantwoordelijkheid uit
Bij deconcentratie is het lagere (ondergeschikte) bestuursorgaan, dat de geattribueerde
bevoegdheid uitoefent, verplicht adviezen van het bestuursorgaan onder wiens verantwoordelijkheid
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur 469739. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,89. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.