Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting van hoofdstuk 14, 15, 16 op 10voorbiologie.nl €3,69   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting van hoofdstuk 14, 15, 16 op 10voorbiologie.nl

1 vérifier
 25 vues  1 fois vendu
  • Cours
  • Type

Samenvattingen van de hoofdstukken 14, 15 en 16 van over: Circulatie (H. 14), Ademhaling (H. 15) en Voeding en vertering (H. 16)

Aperçu 2 sur 13  pages

  • 25 janvier 2021
  • 13
  • 2019/2020
  • Resume
  • Lycée
  • 5

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: livthijssen • 2 année de cela

Traduit par Google

nice and easy to read and explained quite briefly, sometimes a bit of crazy sentence structure tho but I don't care about that.

avatar-seller
10voorbiologie H. 14, 15, 16



H. 14

Bloedeiwitten zijn veel in het bloed. Voornamelijk in de lever aangemaakt en na verloop van tijd
weer afgebroken. Ze bepalen de mate van viscositeit (stroperigheid) in bloed. Ze werken als buffer
voor de zuurgraad: zij houden de pH van het bloedplasma zeer constant, ondanks de wisselende
concentraties van bepaalde voedingsstoffen. Ook spelen ze een rol bij het constant houden van de
osmotische waarde.

Bloedeiwitten:

 Globulinen zijn kleine bolvorming eiwitmoleculen. Er zijn verschillende typen. Sommige
hebben transportfunctie. De immunoglobulinen zijn de antistoffen.
 Fibrinogeen is een vrij groot eiwitmolecuul, dat belangrijke functie heeft bij bloedstolling.
 Albumine (50% van alle bloedeiwitten): spelen een rol bij de colloïd-osmotische waarde.

Bloedplaatjes (trombocyten) zijn celfragmenten, omgeven door een membraan. Geen kern en geen
organellen. Hun levensduur is 7-8 dagen. Ze bevatten een plaatjesfactor, een belangrijke rol bij
bloedstolling.

Bij verwonding: door beschadiging scheuren bloedplaatsjes open en komt de plaatjesfactor vrij. Dit is
een inactief enzym dat door calcium en bepaalde stollingsfactoren in het bloedplasma actief gemaakt
wordt. Die plaatjesfactor zet bloedeiwit protrombine om in trombine. Trombine zorgt voor de
belangrijke omzetting van fibrinogeen in fibrine. Fibrine is een draadvormig eiwit. Fibrine-eiwitten
plakken aan elkaar tot draden en hechten zich ook aan de wondranden. Bloedcellen worden in dit
netwerk gevangen. Het fibrinenetwerk krimpt waardoor de wondranden naar elkaar worden
getrokken en de bloedcellen klem worden gezet. Er ontstaat een korstje. Onder invloed van hormoon
histamine dat door beschadigde weefselcellen wordt afgegeven, vindt rondom de wond
bloedvatverwijding plaats. Zodra bloed- en lymfevaten hersteld zijn, kan het opgehoopte vocht
weggevoerd worden door weefselvocht e.d. De vorming van fibrine is het gevolg van een
kettingreactie, die als het eenmaal op gang is, zichzelf versnelt (positieve terugkoppeling; PTT). Deze
kettingreactie bij de stolling = stollingscasade. Mensen bij wie een stollingsfactor ontbreekt, lijden
aan hemofilie. Stolt het bloed te snel, kunnen bloedvaten verstopt raken: trombose. Daarom is
belangrijk dat het stollingsproces precies afgestemd is op de behoefte, want anders kan het
levensgevaarlijk zijn.


Bij een foetus vindt geen uitwisseling plaats van zuurstof en koolstofdioxide via de longen, maar via
de placenta. De longen zijn voor de geboorte ook niet volledig ontplooid en daarom is er grote
weerstand in de bloedvaten van de longen. Dus als het bloed via de longen zou gaan is dat 1 een
omweg, want de longen werken niet en 2 rechterharthelft wordt zwaar belast, omdat het bloed niet
goed stroomt vanaf de rechterkamer via de longslagader naar de longen.

Hartspierweefsel heeft een aantal kenmerkende eigenschappen. In elk deel van het hart staan de
spiervezels met elkaar in verbinding, waardoor een kamer of boezem als 1 geheel reageert.
De binnenbekleding van de kamers van de hartspier bestaat uit endotheel (inwendig dekweefsel).
Aan de buitenkant wordt de hartspier omgeven door het hartzakje (f: opheffen van
wrijvingskrachten tussen hart en omringende weefsels, o.a. longen). Dit is een vlies dat verbonden is
met het middenrif en borstvlies. Tussen hartzakje en hartspier bevindt zich een dun laagje vloeistof.

, WERKING HART
Sinusknoop (1): een verzameling hartspiercellen, te
vergelijking met een zenuwknoop. Bevindt zich in de
wand van de rechterboezem.
AV-knoop (2) : ligt op grens tussen rechterboezen en
rechterkamer. Impulsen van sinusknoop prikkelen de AV-
knoop: deze stuurt impulsen naar de bundel van His.
De bundel van His (3), (4): bundel impulsen geleidende
hartspieren in het harttussenschot. De bundeltakken
dragen de impulsen over op de purkinjevezels (5), die de
functie hebben van zenuwvezels.


 P-top: de elektrische activiteit van de sinusknoop en
boezemwand, de boezemcontractie = boezemsystole.
 QRS-top: prikkelgeleiding door de kamers. Respectievelijk: AV-
knoop, bundel His, hartspiercellen in de wand kamercontractie =
kamersystole.
 T-top: ontspanning van de kamers = diastole. Ook het terugvallen
naar de begintoestand gaat gepaard met elektrisch stroompje.


Tijdens passieve vullingsfase: Halvemaanvormige kleppen in slagaders dicht om terugstromen uit
longslagader en aorta te voorkomen: eerste heldere harttoon.
Tijdens de actieve vullingsfase worden de holle aders dichtgeknepen om terugstromen te
voorkomen.
Tijdens de ventrikelsystolische fase gaan de hartkleppen dicht: tweede doffe harttoon.
Halvemaanvormig kleppen sluiten
1 mmHg = 133 Pa = 0,133 kPa.
Bloeddruk bestaat uit een systolische druk of bovendruk (=de druk als samengetrokken wordt door
de kamers) en een diastolische druk of onderdruk (=de druk als de kamers in ontspanning zijn).
HARTCAPACITEIT
HMV = fH * Vs
De hartslagfrequentie per minuut x het slagvolume per kamer in mL.
Poortaders: van orgaan naar orgaan.
De stroomsnelheid is in haarvaten het laagst: de doorsnede van de aorta is kleiner dan de totale
doorsnede van alle haarvaten bij elkaar. Bij grote doorsnede druk kleiner.
De haarvaten verenigen zich tot zeer fijne aders (venulen) die overgaan in de aders.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jrva. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,69. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

78998 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,69  1x  vendu
  • (1)
  Ajouter