Het begrip ruimte is iets heel breed , het is veranderlijk en er kunnen verschillende
interpretaties aan gegeven worden.
Van Daele heeft ook enkele definities voor het begrip ruimte :
1) Plaats om zich uit te breiden, uit te strekken of te bewegen
2) Mogelijkheid om af te wijken van een regel, een afspraak > speelruimte
3) Door drie dimensies (LxBxH) bepaalde plaats
4) Heelal
5) [nat.] De onbegrensde uitgebreidheid of een begrensd deel daarvan
Er zijn 4 soorten ruimte :
1) Objectieve ruimte : meetbare ruimte ; ruimte die we kunnen vastleggen.
2) Subjectieve/beleefde ruimte : afgebakend gebied/ruimte dat men beleeft en
waardeert. (vb. : persoonlijke ruimte)
3) Fysieke ruimte : ruimte om ons heen die we kunnen waarnemen , waar we ons in
voort kunnen bewegen.
4) Psychologische ruimte : mentaal gegeven , ruimte waarvan we een
beeld/voorstelling hebben gemaakt in onze gedachten.
2 kanttekeningen :
➔ Bij kinderen staat de subjectieve ruimte boven de objectieve ruimte.
Kinderen voelen zich verbonden met de ruimte. (= subjectieve ruimte) ; kan soms wel moeilijk zijn
bij het lesgeven omdat men daardoor niet altijd op een referentiekader kan terugvallen. (Obj.R)
➔ Zowel fysieke als psychologische ruimte zijn belangrijk , alleen kan psychologische ruimte
(Mentale kaart) niet correct of compleet zijn , die is veranderlijk en moet worden bijgewerkt
(met behulp van de leerkracht).
,+ atlas en takenboekje
Kinderen leren natuurlijk niet direct alles van wat het begrip ruimte omvat , de kennis wordt
opgebouwd van Local To Global ( = Cursorisch ; stapsgewijs ). Er zijn verschillende
ruimtelijke schaalniveaus die zijn opgedeeld op basis van specifieke kenmerken voor het
ontwikkelen van het mentaal beeld.
mentaal beeld opbouwen van iets
Eerste graad : bekijken van eigen klas , school , kamer → Vista space
groter dan ons lichaam , maar valt
nog te zien vanuit één standplaats.
Tweede graad : bekijken van gekende omgeving , gemeente → Environmental space
Mentaal beeld opbouwen van iets dat
ons lichaam omringt , door het gebied
frequent te verkennen.
(stapsgewijs en veranderlijk)
Vb. : elke dag van thuis naar school fietsen
Derde graad : bekijken van België , Europa en andere werelddelen → Geographical space
Mentaal beeld opbouwen van iets dat
dat veel groter is dan ons lichaam , dit
kunnen ze niet zomaar leren kennen
door directe waarneming , kan enkel
tot stand komen d.m.v. kaarten , foto’s
, wereldbollen…
Kaart bij ons = meestal in veticaal
perspectief → al vroeger op oefenen
Er is eigenlijk ook nog een laatste ruimte → Figural space Mentaal beeld opbouwen van iets dat
kleiner is dan ons lichaam , bevat zowel
2D als 3D ruimte. (object space)
,+ atlas en takenboekje
Natuurlijk kan het ook eens zijn dat je met een thema werkt ( Thematisch ) vb. we
vertrekken vanuit de gemeente van de school en gaan zo door naar de provincies en België.
Of in de actua-les in het derde leerjaar hebben we het over het coronnavirus en waar China
zich dan eigenlijk bevindt. Dat mag natuurlijk ook en het is zeker niet erg dat het cursorisch
leren eens wordt onderbroken!
We weten nu wat het begrip ruimte inhoud binnen het lager onderwijs , maar hoe wordt het
omschreven in ZILL?
Oriëntatie op de wereld :
Oriëntatie op de ruimte
Alle doelen lezen (vanaf pag. 23).
We staan wel stil bij 2 specifieke doelen : 6 en 9. → Zie PP en boek.
, + atlas en takenboekje
In de klas leren we dus heel veel over de verschillende soorten ruimte , 1 onderdeel van
ruimte is vb. een land , de wereld etc. Natuurlijk kunnen we niet rechtstreeks dat onderdeel
waarnemen. Daarom gebruiken we kaarten , foto’s , wereldbollen … die hiervan gemaakt
zijn. (Met kaarten moeten we ook leren werken)
We bekijken eens onze wereld en de kaarten en wereldbollen die ervan gemaakt zijn :
Onze wereld :
Iedereen op de wereld bevindt zich op een bepaalde plaats , die plaats kunnen we
achterhalen en beschrijven ten opzichte van een referentiestelsel ; (Bijzondere lijnen en punten)
Zoals we weten draait onze wereld rond ; onze wereld doet aan rotatie = het draaien van de
aardbol om een denkbeeldige as. Dat heeft dan ook invloed op de bijzondere lijnen en
punten.
We bekijken enkele van deze lijnen en punten :
1) Noordpool & Zuidpool
➔ De polen (=punt dat op zichzelf draait)
➔ Vanboven = noordpool
➔ Vanonder = zuidpool
De 4 windrichtingen komen daaruit voort :
Op elk willekeurig punt van de aardbol kan men zich richten naar de noordpool, deze
richting noemt men het noorden.
- De richting naar de zuidpool is het zuiden.
- De richting met het draaien van de aarde mee, noemt men het oosten.
- De richting tegen het draaien van de aardbol in, ligt het westen.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur EDMCD. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.