2019
2020
Projectadministratie &
werfopvolging –
veiligheid
EXAMENPERIODE II
JANA DESCHUYFFELEER
,Projectadministratie & werfopvolging -
veiligheid
Hoofdstuk 1 Situering regelgeving
Europese richtlijnen worden door Europese raad en Europees parlement uitgevaardigd. Deze worden
door lidstaten opgezet in nationale richtlijnen. De Europese wetgeving telt hiervoor als minimumeis.
2 belangrijke richtlijnen in verband met veiligheid:
Economische richtlijnen:
Bevatten fundamentele constructie-eisen. Ze vermelden minimum in verband met veiligheid met
betrekking tot apparaten, producten en machines die in alle lidstaten gelden. Bijvoorbeeld de CE-
markering. Wanneer deze op machine is geplaatst voldoet deze aan de normen zoals bepaald in
Europese richtlijnen en mag vrij verhandeld worden in EU. Aanbrengen van CE-markering
gebeurt door fabrikant waarin hij bevestigd dat product in overeenstemming is met eisen
economische richtlijnen.
Sociale richtlijnen:
Dit zijn minimale voorschriften inzake veiligheid en gezondheid van WN en WG op werk.
(verbetering veiligheid op werk, ergonomie, voorlichtingen en opleiding, …).
Arbeidstijdenwetgeving geeft de maximum aantal arbeidstijden en minimum aantal rusttijden
weer.
Seveso-richtlijnen en het samenwerkingsakkoord hebben tot doel zware ongevallen te verkopen. Het
seveco bedrijf is bedrijf met risico op ernstige ongevallen, brand en explosie. Zij hebben speciale
wetten, reglementen en inspecties.
VCA = veiligheid gezondheid milieu checklist aannemers. In jaren 80 legde ze veiligheidsregels voor
sub contractanten vast. Dit leidde tot systeemcertificatie checklist. Een Vca-certificaat wordt
opgelegd door opdrachtgever met als doel een beheersing van activiteiten ten aanzien van VGM te
kunnen aantonen en om VGM incidenten te kunnen voorkomen. alle personen die werken uitvoeren
moeten in het kader van VCA over geldig attest basisveiligheid beschikken (B-VCA). Alle
leidinggevende die tussenkomst voor werkzaamheden moeten in kader VCA een geldig attest
Veiligheid voor Operationeel Leidinggevende beschikken (VOL-VCA).
Hoofdstuk 2 Wetgeving
Er is Belgische basiswet (1996) op vlak van veiligheid en gezondheid op het werk. Dit is een kader
waarin uitvoeringsbesluiten worden genomen. De benadering gebeurt vanuit verantwoordelijkheden
en principes. Het doel ervan is om welzijn van WN bij uitvoeren van hun werk te bevorderen.
Codex van 28/4/2017 vervangt ARAB (algemeen reglement voor arbeidsbescherming) zal verdwijnen.
Deze bevat alle uitvoeringsbesluiten en KB’s van wet 1996. WG moeten welzijnsbeleid voeren dat
steunt op een preventieve en globale analyse van risico’s op het werk. Het KB tijdelijke of mobiele
bouwplaatsen is niet opgenomen in de codex.
Codex, ARAB en AREI (algemeen reglement op elektrische installaties) federale wetten;
milieuwetten zijn per gewest, in Vlaanderen is er Velare.
Doelstellingen van de welzijnswet:
WN beschermen bij uitvoeren van hun werkzaamheden
Verbeteren van veiligheid en gezondheid op werkplaats
, Streven naar de best mogelijke arbeidsomstandigheden
De welzijnswet is vandaag uitgewerkt in verschillende koninklijke besluiten. Het omvat 7
welzijnsdomeinen:
Arbeidsveiligheid: voorkomen van ongevallen met machines, door vallen, door hitte, …
Gezondheid: beschermen gezondheid WN op het werk door voorkomen beroepsziekten via
medisch onderzoek, gehoor- en gezichtstesten, …
Psychosociale belasting veroorzaakt door werk: stress, pesten, ongewenst seksueel gedrag,
geweld, …
Ergonomie: werk, uitrusting en werkomgeving aanpassen aan de mans door rekening te houden
met comfort (goede zitplaats, verlichting,…)
Arbeidshygiëne: voorkomen van schadelijke invloeden die verboden zijn met de aard van de
activiteit. Bijvoorbeeld: bescherming tegen chemische argentia (geluid, trilling), biologische
argentia (bacteriën, virussen, schimmels,…)
Verfraaiing: plaatsen sanitaire voorzieningen, refter, …
Leefmilieu: dit is werkplek zelf (lucht, temperatuur, licht, afval, ….)
Het welzijnsbeleid heeft preventieprincipes: er zijn dus interne en externe diensten. Iedereen heeft
zijn rol om de wetgeving na te leven en hun plicht te vervullen. Er is een overleg tussen WN en WG
om tot overeenkomst te komen. De arbeid mag geen nadelige invloed hebben op de gezondheid van
de WN. De WN moet verplicht een dynamisch risico beheerssysteem opzetten in overleg met de
leden van de hiërarchische lijn en met de interne en externe diensten voor preventie en bescherming
op het werk.
….. Continue aanpassen bij wijzigingen van bijvoorbeeld de werkmethode
….. Analyse van het risico staat centraal
….. Het is de bedoeling dat dit op een gestructureerde en methodische manier kan gebeuren
….. Naast technische aspecten zijn er ook organisatorische, relaties, omgevingsfactoren, … die in
rekening moeten gebracht worden
De WG moet een actief preventiebeleid voeren. Hiervoor moet volgende zaken indienen:
Jaarverslag: dit stelt hij op in samenwerking met de IDPB. Het geeft inlichtingen over gevoerde
preventiebeleid in afgelopen jaar.
Veiligheid en gezondheid jaarplan: dit is plan ter verbetering van de welzijn voor komende jaar
onder de vorm van een plan van aanpak. Het legt doelstellingen vast voor volgend jaar. het
vertrekt vanuit de Risico Inventarisatie en Evaluatie of de TaakRisicoAnalyse.