Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Sociologie van Media & ICT: Samenvatting 19-20 (BA1 Communicatiewetenschappen) €7,49   Ajouter au panier

Resume

Sociologie van Media & ICT: Samenvatting 19-20 (BA1 Communicatiewetenschappen)

 63 vues  0 fois vendu

Samenvatting voor het vak "Sociologie van Media & ICT" (Mediasociologie) @KULeuven Geslaagd adhv. deze samenvatting

Aperçu 4 sur 59  pages

  • 17 janvier 2021
  • 59
  • 2019/2020
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (5)
avatar-seller
timborlez
Mediasociologie
Voorbeschouwing
- Sociale instituties = bouwstenen sociale cultuur
- SL verandert continu
- Circulair, wederkerig karakter relatie media – SL
 Overstijgt denkbeelden:
o Mtij beïnvloedt media: media = afspiegeling mtij
o Media beïnvloedt mtij: media = actief vormende kracht

Hoofdstuk 1: inleiding mediasociologie
- Focus: structurering soc. relaties & soc. Instit. binnen ruime gemeenschap mensen
- Sociale structuren: om chaos te vermijden  impliciete/expliciete afspraken
 Soc. struct. = georg. onderliggende patoon soc. relaties & instituties  vorming SL
 Soc. instit. = duurzame, vormende eig. soc. cultuur, veruiterlijkt door distributie regels
& middelen in SL
 gaat voorbij individu
 ruimere processen overkoepelend niveau (=SL)
 oefenen invloed uit op dagelijkse soc. handelen individ. actoren

1.1: Mediasociologie: relatie tussen media & mtij
Mediasociologie = subveld waarin relaties tss SL & media behandeld (kijken plaats binnen SL)

- welke soc. groepen gebruiken & waarom?  mediapsychologisch  wat rekt individu aan?
 Hoe relatie geconceptualiseerd (3 heersende denkbeelden)

Media als vormende kracht = media-inhouden  potentieel mensen beïnvloeden in denken &
handelen  richting waarin mtij evolueert beïnvloeden (media  mtij)

Media als afspiegeling = media spiegel voor SL, functie doorgeefluik (mtij  media)

Middenweg die verhouding media – mtij beschrijft (circulair) = wederzijdse beïnvloeding 
wisselwerking media – mtij (onderwerp media  onderwerp debat)

- Geen neutrale, waardevrije afspiegeling
 Media = selectief proces
 Media-inhouden  representaties  informeren SL  beïnvloeding
- Gebruikt in cursus (proces wisselwerking)

1.2: Historische relatie tussen mmediastudies & sociologie
Comwet: focus individuele effecten  soc.psych. invloeden domineren

- Scheurden los sociologie (wel nog invloeden)
 Mediasociologie = zelfsandige subdiscipline

1.3: Sociologie moderne mtij
1.3.1: Reflexieve, hoge & late moderniteit
Sociologie  besef SL continu veranderend

SL  moderne SL

Moderniteit: periode van 17e eeuw  +- 1980

- Secularisering & rationalisering: religieuze autoriteit  rationeel denken

, - Traditionele ideeën  methodisch denken & procedureel inzetten kennis & middelen 
doelen
- Post-feodale processen (kapitalisme, Industr., bureaucrat...)
 Natiestaten =/= tempo modernisering

Moderniteit onder druk:

- Sommigen  postmoderniteit leven (gebaseerd op overrtuiging  SL niet onvermijdelijk op
gelijke, gestruct. wijze in zelfde richting evolueren
 Rationaliteit ook negatieve effecten
 Uniformiteit  diversiteit & pluraliteit
 Traditionele pijlers ondermijnd door massamedia, globalisering, immigratie...

Feodaliteit –secularisering & rationalisering  moderniteit – onder druk  postmoderniteit/late
moderniteit?

Giddens: late/hoge/reflexieve moderniteit: erkent pos. & neg. consequ. Evolutie traditionele, feodale
 moderne SL

- Geen eenduidige weg naar moderne SL  elke SL uniek parcours

1.3.2: Sociologische processen (metaprocessen)
Industrialisering
- 18e E: GB & W-EU
- Arbeid  machinatie
- Platteland  steden (impact leven)
- Doel = efficiënte prod.
- Technologische ontwikkelingen
- Kernproces evolutie moderne SL

Urbanisering
- Toename bevolkingsdichtheid stedelijke gebieden
- Geïndividualiseerde associaties mensen  individualisering

Bureaucratisering
- Hiërarchische org. obv. geschreven, formele regels, procedures & aanspreekpunten
kenmerkend geïndustr. SL
- Verbonden met complexiteit moderne SL
- Strikte regelgeving (machine)

Kapitalisme
- Winstmaximilisatie vrije markt
- Investeringen  groei & winst
- Marx & Engels: systeem exploitatie (uitbuiting kapitalisten  arbeiders)
- Max Weber: voedingsbodem zelfontplooiing; competitie, innovatie  drijvende kracht
- Inhoudelijke evolutie

Consumentisme
- Consumeren  voldoening
- Motor kapitalisme
- Vanaf 1960: verspreiding naar massa
- Materialistisch

Globalisering
- Verkleinen afstand geografisch verspreide populaties  in contact  eengemaakte SL
- Minder isolatie: toenemend transnationaal karakter (pol./cult./econ. vlak)

,Hoofdstuk 2: Decompositie van media
Media: kanalen die zender mogelijkheid geven boodschap te sturen naar ontvanger

4 componenten: zender, kanaal, boodschap, ontvanger

- Massacomunicatie: mediabedrijven  inhoud via technologische infrastructuur  ruim
publiek
- Mtijlijke context
 Media als industrie (zender)
 Media als technologie (boodschap)
 Media als impact op publiek (ontvanger)




2.1: media als industrie (zender)
Media = industrietak immense schaal

- Prod. en distrib. binnen econ. logica  impact org. vd productie

Pol. econ. perspectief:

Vertrekpunt: econ. principe dat schaarse middelen ingezet  voldoen bepaalde noden, terwijl andere
onvervuld  keuzes

Mediasocio = studie soc.rel. (macht)  kern prod., distrib., en consumptie middelen

- Wie controle over verdeling middelen?
- Wat mtijlijke impact gemaakte keuzes?
- Wie toegang info en wat ertegenover?

Media-econ. perspectief:

- Volgens liberale logica efficiënte marktwerking: welvaartscreatie gebaseerd op vrije
marktprincipes
- Vrijheid  kwaliteit (competitie = drijvende kracht)
 kritische pol. econ.
- Nadruk ongelijkheden in verdeling macht, mechanismen die ongelijkheden behouden
- Normatief karakter:  positieve sociale verandering
- Richt op marktwerking & rol beleid op al dan niet ingrijpen op markt

Aandachtspunten:

1) Toenemende commercialisering  problematisch?

Wantrouwen tov. commercialiseringsprocessen:

- Privatisering: delen publieke omroep verkocht aan private invest.
- Liberalisering: openbreken markt  private & commerc. spelers
- Deregulering: versoepelen regels
- Verzelfstandiging: publieke media  commerc. druk

, Probleem: vrije markt ondermijnt aanbod voldoende breed & kwal. scala info & cult. bronnen

 Media dpd. commerciële bronnen (burger =/= consument
2) Concentratie:

Vrije markt  diversiteit mediabedrijven  diverse noden invullen (vrije markt  concentratie(?))
 =/= bedrijven in zelfde handen

- Horizontaal: bedrijven samennemen  totaal marktaandeel in domein groeit
- Verticaal: mediabedrijf meerdere schakels in waardeketen  verhoogde efficiëntie & controle
productieproces

Economische +:

- Econ. of scale: productiekost bijkomende eenheden neemt subst. af
 Kost per bijkomende eenheid  lager dan gemiddelde prod.kost
 Break even: groot # exemplaren verkoop  productiekost terugverdienen
- Econ. of scope: bij gedeelde kost bedrijven, voordeliger samen te delen  creativiteit &
middelen samen (synergie)
 Cross-promotie

Realiteit op internationale markt

- Ook deconcentratie sinds 2000 (mislukking door verschil cult., strategie extere financiërs 
winst op korte termijn...
 Nu vaker oprichting lossere samenwerkingsverbanden

Kritiek pol. econ. perspectief:

- Enkel focus op productiezijde?
 Te enge visie bezit & financ.
 Verschraling diversiteit aanbod
 Gebas. op veronderstellingen impact: assumptie kettingreactie




2.1.1: Politieke economie van reclame
 Rol adverteerders & advertenties binnen mediaproductieproces

Vroeg onderzoek:  manipulatieve aard vd. reclame

- Kritiek promotie ongebreideld consumentisme
- Individu voorgehouden dat door consumptie goederen & diensten  succes onderscheiden

Later: verschuiving  brede interesse in beleving conumentencultuur

Recent: heropleving kritische denkwijze door online profilen, tracken/targetten consumenten

Centraal: financiëring private media & impact ervan op mediaproductie/distributie

Prim. doelstelling reclame = communicatief apparaat  consumptie creëren

- Rol in proces commodificatie & commercialisering
 Commodificatie: transf. proces waarbij obj, prod & diensten  commoditeiten
(verhandelbare goeden)  kwal. verkoop & koop

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur timborlez. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80796 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,49
  • (0)
  Ajouter