Management – werkcollege – oefeningen – hoofdstuk 9
In de klassieke benadering van strategisch management kan een portfolio-analyse (BCG) een goede manier
zijn om aan intern onderzoek te doen. Hieronder werd voor een tuincentrum een overzicht gegeven van de
SBU’s en bijhorende kenmerken. Voer op basis van deze gegevens de portfolio analyse uit en trek je
conclusies.
SBU Omzet in Marktgroei in Marktaandeel Marktaandeel Relatief
EUR % grootste concurrent marktaandeel
Zaaizaden 9920 11 – 12 6% 18% 0,33
Veevoeders 26610 2–4 20% 19% 1,05
Potplanten 6250 12 – 13 8% 6% 1,33
Materiaal 17800 15 – 16 26% 16% 1,625
Tuinmeubelen 7750 5–7 2% 8% 0,25
Snijbloemen 8200 13 – 14 4% 6% 0,67
Stap 1: analyse SBU rode cijfers in de tabel
Stap 2: situering in matrix
Stap 3: SBU’s benoemen
Ster Materiaal en Potplanten
Melkkoe Veevoeders
Vraagteken Snijbloemen en Zaaizaden
Hond Tuinmeubelen
Stap 4: investeringsstrategie
Dogs = tuinmeubelen
o Desinvesteren
o = producten verwijderen uit assortiment
o Om- of afbouwer zet productie of aankoop stop
Stars = materiaal, potplanten
o Beschermen en verder investeren
o Hoge marktgroei, kans op meer concurrentie
o Ervaren manager moet het product beschermen en durven blijven investeren
Question marks = snijbloemen, zaaizaden
o Investeren of desinvesteren
o Kunnen sterren van morgen zijn
o Ondernemer moet verder investeren of bij tegenvallende resultaten desinvesteren
Cash cows = veevoeders
o Investeren om het marktaandeel op peil te houden
o Producten die nu geld opbrengen
, o Beheerder blijft investeren om marktaandeel op peil te houden
Wat is het verschil tussen een organisatie, een bedrijf en een onderneming? Verduidelijk met door jezelf
gekozen voorbeelden of een tekening. Duid bovendien in onderstaande voorbeelden aan of het gaat om een
organisatie, bedrijf of onderneming:
Organisatie: dit is een samenwerkingsverband tussen mensen om welbepaalde, gemeenschappelijke
doelstellingen te bereiken.
Bedrijf: dit is een organisatie die voor haar voortbestaan afhankelijk is van producten of diensten die op een
markt worden aangeboden.
Onderneming: dit is een bedrijf dat winst wil (moet) maken.
o Scouts Bornem organisatie
o Lotus bakery bedrijf
o Vleeshoeve ‘de runderen’ bedrijf
o Niet gouvernementele organisatie ‘vleugels van hoop’ organisatie
o GAIA organisatie
o Dierenartsenpraktijk ‘de bosdreef’ bedrijf
o Asielcentrum Waas bedrijf
o Tuinaanlegbedrijf De witte onderneming
Wat houdt het begrip ‘management’ in voor een organisatie?
Management betekent het besturen en beheren van die organisaties door middel van verschillende
deeldisciplines. Management is een proces van het coördineren van werkzaamheden zodat deze efficiënt en
effectief samen met en door anderen kunnen worden afgerond.
Met de klemtoon op:
o Universeel karakter
o Proces karakter
o Doelgericht karakter
o Doelmatig karakter
o Menselijk karakter
Het doel van management is het (her)formuleren en bereiken van de ondernemingsdoelstellingen in het
gegeven – soms sterk veranderde – context. Om de doelstellingen te bereiken zijn van belang: bepaling van de
strategie, financieel beheer, een flexibele maar geleide organisatie, marketing en innovatie.
Bespreek de theorie van de waardeketen van Porter. Schets de figuur en geef er de nodige uitleg bij. Pas dit
toe op een veevoederbedrijf en maak duidelijk welke keuzes jij zou maken voor dit bedrijf waar men werkt
met 80 werknemers. Voor de werknemers wordt dagelijks een maaltijd voorzien. Ook de bedrijfskleding
wordt wekelijks gewassen. Het transport van de veevoeders wordt voor 90% uitbesteed (outsourcing) aan
private vrachtwagenbedrijven.
De waardeketen van Porter is een strategisch model dat wordt ingezet bij onderzoek naar, of het ontwikkelen
van, concurrentievoordeel van een organisatie. Volgens Porter komt concurrentie- voordeel door de gehele
organisatie tot stand. Door de organisatie op te splitsen in een aantal groepen van activiteiten en deze daarna
tot in detail te analyseren kunnen de prestaties vastgesteld worden.
, Definities
Infrastructuur = gaat over de infrastructuur binnen de organisatie management, financieel beheer,
boekhouding en kwaliteitsmanagement.
Human Resource management = omvat de factor arbeid werving, selectie, opleiding, beloning, behoud van
personeel.
Technologische ontwikkeling = activiteiten die in het teken staan van technologische vooruitgang
investeringen in Research & Development en kennis.
Inkoop = alle activiteiten die in het teken staan van het bedienen van de klant, inkoop van grondstoffen en het
onderhandelen van goede contracten.
Inkomende logistiek = een interne activiteit en omvat alle activiteiten met betrekking tot het ontvangen,
distribueren en opslaan van grondstoffen.
Operations/productie = omzetten van de binnengekomen grondstoffen naar eindproduct, assemblage maar
ook verpakken en testen.
Uitgaande logistiek = distributie van eindproduct naar klant, orderverwerking, transport en distributie.
Marketing en verkoop = alle activiteiten die te maken hebben met de verkoop van het product aan klanten,
communicatie, promotie en prijszetting.
Service = activiteiten na verkoop zoals installatie, onderhoud en reparatie.
(winst) marge = alle activiteiten samen resulteren in winst of verlies aan het eind van de waardeketen. De
geboekte winst of verlies kun je tevens vergelijken met alle activiteiten die hiervoor zijn uitgevoerd. Met
andere woorden, hebben alle activiteiten wel genoeg opgebracht?
Wat is een core business van een bedrijf? Leg dit uit met een door jezelf gekozen voorbeeld.
Een core business is het hoofdproduct van een bedrijf en wat behoort tot de kernactiviteit. De onderneming
beperkt zich tot die taken waarin men goed is en waarmee winst valt te behalen. Het idee van de core business
was dat er een specifiek onderdeel van de bedrijfsvoering gezien kon worden als het specialisme van de
onderneming uitvoeren van vluchten door vliegtuigmaatschappij en aanbieden van pakketreizen door
touroperators. Voederbedrijf: varkensvoer is onze core business en daarom zijn we constant bezig met de
optimalisatie van de voeders. Op onze site in de Romerijstraat beschikken we over moderne installaties voor
het produceren van meel, korrel en kruimel voor biggen, zeugen en vleesvarkens. Alvorens we starten met de
productie van het varkensvoeder, onderzoeken we wat de beste samenstelling is voor de varkens. Hierbij
maken we gebruik van hoogwaardige grondstoffen zoals kokosvet, visolie en zuren. Door voeder op maat te
produceren, zorgen we voor een betere opname van het voer door de varkens. Zo krijgt de varkenshouder
waar voor z’n geld.
Wat is het verschil tussen omgevingspartijen en omgevingsfactoren bij een omgevingsanalyse? Waarom is
het belangrijk dit onderscheid te maken? Denk na en benoem zowel de omgevingsfactoren als de
omgevingspartijen vooraleer je een vleesvarkensbedrijf (hier kunnen ook andere mogelijke bedrijven
gegeven worden) zou oprichten. Geef bij elk item een uitleg van max. 2 regels.
Omgevingspartijen of belanghebbende klanten, leveranciers, concurrenten, financiers: elke partij oefent zijn
invloed direct uit en stelt randvoorwaarden waaraan de organisatie moet voldoen. Omgekeerd kunnen
organisaties zelf ook invloed (proberen) uitoefenen op deze partijen.
Omgevingsfactoren zijn van groot belang maar moeilijker te beïnvloeden.