Plichtenleer
H1: Inleiding
1. DEFINITIE VAN HET RECHT
Recht = geheel van regels in een bepaalde maatschappij op een bepaald ogenblik, die van toe
bevoegde overheid uitgaan en afdwingbaar zijn
o Bepaalde maatschappij/ogenblik: wijst op relatief, veranderlijk
o Bevoegde overheid: anders onwettig recht
o Afdwingbaar: anders was het gewoon een advies
Ethiek = tak van filosofie die zich bezighoudt met de kritische bezinning over het juist handelen
o Wat goed en slecht is, normen en waarden
Deontologie = ethiek toegepast in een bepaald beroepskader, met als doel de verhouding tussen
beroepsbeoefenaars onderling, beroepsbeoefenaars ten opzichte van patiënten in goede banen
te leiden en regels vast te leggen die een “goed” handelen beogen
Grote overlap tussen recht en ethiek, toch verschillend
2. BRONNEN VAN HET RECHT
Wet Het geheel van geldende rechtsvoorschriften
Rechtspraa
Het officiële toezicht op het handhaven van de wet
k
Rechtsleer Het geheel van voorschriften gewijd aan het recht door gezaghebbende auteurs
Gewoonte Ondergeschikte bron van recht geworden, historisch belang
Billijkheid Eerlijk, redelijk voor alle betrokkenen
3. STAATSSTRUCTUREN
Gemeenschappen = taal & cultuur
o 1. Vlaamse Gemeenschap
o 2. Franse Gemeenschap
o 3. Duitstalige Gemeenschap
Gewesten = historisch geïnspireerd door economische belangen
o 1. Vlaamse Gewest
o 4. Brussels Hoofdstedelijk Gewest
o 5. Waalse Gewest
6. Federale staat = buitenlandse zaken, landsverdediging, justitie, financiën, sociale zekerheid…
6 regeringen in België
Vlaamse gemeenschap & Vlaams gewest hebben samen één regering
Elke regering heeft haar bevoegdheden, toegewezen tijdens staathervormingen
Federale regering heeft rest van bevoegdheden (dat niet is toegewezen aan deelregeringen)
1
, 4. SCHEIDING DER MACHTEN
Wetgevende macht: maakt wetten en controleert uitvoerende macht
o Parlement + koning
Uitvoerende macht: bestuurt het land, zorgt dat wetten worden toegepast
o Koning + regering ministers
Rechterlijke macht: doet uitspraak over geschillen
o Hoven + rechtbanken
Elke macht controleert en beperkt de andere machten
5. STRUCTUUR HOVEN EN RECHTBANKEN
Hoven en rechtbanken
o Piramide, wijst op hiërarchie
o Rechterlijke macht
o Nemen beslissingen bij conflicten tussen burgers en
tussen burgers & regering
o Strafrechtelijke en burgerrechtelijke procedure
o Bevoegdheden liggen wettelijk vast
2
,H2: Patiëntenrechtenwet
1. WET PATIËNTENRECHTEN
Doel patiëntenrechtenwet
o Verbetering van kwaliteit van de dienstverlening gezondheidszorg verzekeren
o Belang gehecht aan vertegenwoordiging wilsonbekwame mensen
o Oog op het bevorderen, vaststellen, behouden, herstellen of verbeteren van de
gezondheidstoestand van een patiënt, en om hem bij zijn sterven te begeleiden
Wet kwam in 2002 tot stand (bestond al in rechtspraak/leer als overheersende opvatting)
Aanpassing in 2005, met nadruk op recht van patiënt op voldoende pijnstilling
Op welke zorgverstrekkers is wet van toepassing?
o Alle zorgverstrekkers vernoemd in WUG (wet uitoefening gezondheidszorgberoepen)
o Beroepsbeoefenaars niet-conventionele praktijken inzake de geneeskunde, farmacie,
kinesitherapie, verpleegkunde en paramedische beroepen
2. PATIËNTENRECHTEN
1) Patiënt heeft, met eerbiediging van zijn menselijke waardigheid en zijn zelfbeschikking en
zonder enig onderscheid op welke grond ook, tegenover de beroepsbeoefenaar recht op
kwaliteitsvolle dienstverstrekking die beantwoordt aan zijn behoeften
o Waardigheid en zelfbeschikking
o Non-discriminatie
o Kwaliteitsvolle dienstverstrekking.
o Beantwoorden aan behoeften (is een “verbruiks”beperking)
2) Patiënt heeft recht op vrije keuze van de beroepsbeoefenaar en recht op wijziging van deze
keuze behoudens, in beide gevallen, beperkingen opgelegd krachtens de wet
o Beperking: gedwongen opname, arbeidsgeneeskunde, militaire artsen
o Recht op wijziging: patiënt kan vertrekken
3) De patiënt heeft tegenover de beroepsbeoefenaar recht op alle hem betreffende informatie
die nodig is om inzicht te krijgen in zijn gezondheidstoestand en de vermoedelijke evolutie ervan
o Communicatie met patiënt in een duidelijke taal
Patiënt kan verzoeken de informatie schriftelijk te bevestigen
Patiënt heeft het recht zich te laten bijstaan door een vertrouwenspersoon
o Twee uitzonderingen: recht op niet weten & recht van therapeutische exceptie
Recht op niet weten = informatie wordt niet aan de patiënt verstrekt indien deze hierom
uitdrukkelijk verzoekt tenzij het niet meedelen ervan klaarblijkelijk ernstig nadeel voor de
gezondheid van de patiënt of derden oplevert en mits de beroepsbeoefenaar hierover
voorafgaandelijk een andere beroepsbeoefenaar heeft geraadpleegd en de desgevallend
aangewezen vertrouwenspersoon, heeft gehoord
o Verzoek van de patiënt wordt toegevoegd aan het patiëntendossier
o Geheel of gedeeltelijke onwetendheid
Therapeutische exceptie = beroepsbeoefenaar mag de informatie uitzonderlijk onthouden aan
de patiënt, voor zover het meedelen ervan klaarblijkelijk ernstig nadeel voor de gezondheid van
3
, de patiënt zou meebrengen en mits de beroepsbeoefenaar hierover een andere
beroepsbeoefenaar heeft geraadpleegd
o Therapeut voegt schriftelijke motivering toe aan patiëntendossier en licht
vertrouwenspersoon in
o Als het ‘nadeel’ voorbij is moet patiënt wel ingelicht worden
4) Patiënt heeft het recht om geïnformeerd, voorafgaandelijk en vrij toe te stemmen in iedere
tussenkomst van de beroepsbeoefenaar
o Toestemming wordt uitdrukkelijk gegeven behalve wanneer de beroepsbeoefenaar, na
de patiënt voldoende te hebben geïnformeerd, uit de gedragingen van de patiënt
redelijkerwijze diens toestemming kan afleiden
o Op verzoek van de patiënt of van de beroepsbeoefenaar en met de instemming van de
beroepsbeoefenaar of van de patiënt, wordt de toestemming schriftelijk vastgelegd en
toegevoegd aan het patiëntendossier
De inlichtingen die aan de patiënt verstrekt worden, met het oog op het verlenen van diens
toestemming, hebben betrekking op het doel, de aard, de graad van urgentie, de duur, de
frequentie, de voor de patiënt relevante tegenaanwijzingen, nevenwerkingen en risico's
verbonden aan de tussenkomst, de nazorg, de mogelijke alternatieven en de financiële gevolgen
Patiënt heeft het recht om de toestemming voor een tussenkomst te weigeren of in te trekken.
Op verzoek van de patiënt of de beroepsbeoefenaar wordt de weigering of intrekking van de
toestemming schriftelijk vastgelegd en toegevoegd aan het patiëntendossier
Wanneer in een spoedgeval geen duidelijkheid aanwezig is omtrent de al dan niet voorafgaande
wilsuitdrukking van de patiënt of zijn vertegenwoordiger, gebeurt iedere noodzakelijke
tussenkomst van de beroepsbeoefenaar onmiddellijk in het belang van de gezondheid van de
patiënt
o Beroepsbeoefenaar maakt hiervan melding in het patiëntendossier en handelt van zodra
dit mogelijk is overeenkomstig aan patiënt zijn wil
5) Patiëntendossier
o Patiënt mag geen inzage hebben in persoonlijke notities van zorgverlener
Patiënt kan tegen kostprijs een afschrift krijgen van zijn dossier
o Vertrouwenspersoon kan wel inzage hebben in persoonlijke notities op voorwaarde dat
hij zelf een beroepsoefenaar is
Moet genoteerd worden in dossier, anders niet geldig (ook al ben je familie)
o Patiënt kan tegen kostprijs afschrift krijgen van dossier
Als beroepsbeoefenaar de indruk heeft dat patiënt onderdrukt wordt gezet, mag
hij het dossier weigeren te geven
Als therapeut altijd alles goed noteren in dossier, zo zal u meer bewijzen hebben van uw
redenering moest er iets mislopen
6) Recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer
o Het lekken van informatie mag niet toegelaten worden
o Houder van informatie is mogelijks aansprakelijk indien er schade oploopt door lek
4