DEEL 1: GEDRAG EN GEZONDHEID
1. INLEIDING (COLLEGE 1)
1.1 GEZONDHEIDSPSYCHOLOGIE ALS WETENSCHAP
1.1.1 DEFINITIE
Gezondheidspsychologie wordt gevormd door drie topics:
- Gezondheid: een staat van volledig fysiek, mentaal en sociaal welzijn en niet enkel de
afwezigheid van een ziekte of handicap.
o Mensen die ziek zijn kunnen zich toch gezond voelen
o Mensen die gezond zijn kunnen zich toch ziek voelen
- Gedrag: al wat een organisme doet en actie omvat als reactie op een stimulatie.
o De reactie van een individu, groep of soort op zijn omgeving
- Psychologie: de toepassing van de principes van de biologie op de studie van fysiologische,
genetische en ontwikkelingsmechanismen van gedrag bij mensen en dieren.
Het totaal van de educatieve, wetenschappelijke en professionele bijdragen van de psychologie aan
de promotie, behoud van gezondheidspreventie, behandeling van ziekte, identificatie van etiologische
factoren en analyse van verbetering van het gezondheidszorgsysteem.
1.1.2 FOCUS VAN DE GEZONDHEIDSPSYCHOLOGIE
Primaire focus: problemen die zich voordoen als fysieke klachten in tegenstelling tot problemen
die zich beperken tot emotionele klachten of de mentale gezondheid. Dus vooral geïnteresseerd
in de klachten, mogelijk ten gevolge van een ziekte.
Gediende populaties:
- Gezonde mensen: met het oog op gezondheidsbevordering en ziektepreventie
o VB: dieet om obesitas te voorkomen
- Mensen met een verhoogd risico op ziekte
o VB: genetische aandoeningen, mensen die risicovol gedrag vertonen, zoals seks
zonder condoom of andere anticonceptiemiddelen
- Mensen met acute gezondheidsproblemen of die nood hebben aan complexe zorg
- Mensen met chronische ziekten.
Behavioral Medicine = het interdisciplinaire veld dat zich bezighoudt met de ontwikkeling en
integratie van gedrags- en biomedische wetenschappelijke kennis en technieken die relevant zijn
voor gezondheid en ziekte, en de toepassing van deze kennis en technieken op preventie,
diagnose, behandeling en revalidatie. Behavioral medicine komt meer vanuit een biomedische
invalshoek en gezondheidspsychologie komt meer vanuit een psychologische invalshoek.
1
,1.2. LICHAAM EN GEEST, EEN KORTE GESCHIEDENIS
De visie op lichaam en geest is geëvolueerd doorheen de tijd.
- Griekse / Romeinse tijd: Claudius Galenus en zijn verdeling van de 4 lichaamssappen of
humores, die elk een bepaald temperament vertegenwoordigen
o Slijm flegmatisch, kalm temperament
o Bloed erg gepassioneerd temperament
o Gele gal boos temperament
o Zwarte gal bedroefd temperament
- 17e eeuw: een bloeiperiode op gebied van handel, wetenschap en kunsten
o Sacharias Jansen: uitvinder van de microscoop
o Andreus Vesalius: grondlegger van de anatomie
o René Descartes: relatie tussen mens en lichaam
§ Mechanistisch cartesiaans model: één op één relatie op bron tussen het
lichaam en de reactie van de geest
§ Deze visie zorgt ervoor dat het lichaam onderzocht moet worden !!
§ MAAR: model beantwoordt niet al de vragen, bv fantoompijn
Biomedisch model: biologische veranderingen leiden tot gedragsveranderingen.
- Reductionistisch: een ziekte kan verklaard worden door de verstoorde chemie-
huishouding in het lichaam
- Lichaam-geest dualisme: monocausaal
- Ziekte-georiënteerd: negeert promotie van gezondheid
- Ontoereikend: kan vele lichamelijke klachten niet verklaren
Bio-gedragsmatig model: ook andere factoren dan biologische spelen een rol op gedrag, zoals
onze omgeving, onze gedachten en leer-geschiedenis.
Ziekte (biologie) Symptoom (gedrag)
- Schadelijke afwijking van het organisme - Kenmerk of klacht, behorend bij een
- Verstoring van de homeostase (een bepaalde ziekte.
zelfregulerend proces waarbij de - Kan objectief zijn: vastgesteld door arts
biologische systemen hun stabiliteit of specialist
bewaren door zich aan te passen aan de - Kan ook subjectief zijn: wat de persoon
omstandigheden) ervaart als gevolg van de ziekte
- Kan veroorzaakt worden door een - VB: erge pijn, misselijkheid, duizeligheid,
genetische predispositie, infecties, vermoeidheid, wazig zien, …
trauma, slijtage, …
2
,Bio-psycho-sociaal model
- Een ziekte zorgt voor een activiteit, of verminderde activiteit = gedrag
- Gedrag zal op zijn beurt een rol spelen in je participatie (als student, ouder, werkende)
- Gedrag kan ook beïnvloed worden door omgevings- en persoonlijkheidsfactoren
- Conclusie: zowel biologische, psychologische en sociale factoren spelen een rol in gedrag
1.3. THEORETISCHE MODELLEN IN DE GEZONDHEIDSPSYCHOLOGIE
1.3.1 PSYCHOSOMATISCHE GENEESKUNDE
Conversiestoornis (Charcot): functionele neurologische symptoomstoornis – DSM-V
- Allemaal uitingen van interpersoonlijke conflicten.
- VB: mensen met neurologische symptomen waarvoor geen neurologische ziekte voor
gevonden kan worden
- Boeiend, maar niet falsifieerbaar en ook niet manipuleerbaar
- De behandeling voor conversiestoornis (hypnose) is hedendaags nog steeds dezelfde
Emotionele conflicten: Holy Seven (Alexander)
- Zeven lichamelijke symptomen als gevolg van interpersoonlijk conflict
o Astma Broncialis, Neurodermatitis, Ulcus duodeni, Colitis ulcerosa, Reumatoïde
artritis, Essentiële hypertensie, Hyperthyreoïdie
- Ook niet falsifieerbaar en niet manipuleerbaar
Chronische pijn = vorm van depressie
- Somatiseren is een psychosomatische theorie: chronische pijn is een lichamelijke uiting
van een psychisch conflict
- Nauwelijks empirische evidentie
3
, 1.3.2 DIATHESIS-STRESS MODEL
Stress draagt bij aan lichamelijke klachten. Er zijn psychologische factoren die een invloed kunnen
hebben, enkel als de stressor aanwezig is ® uitbreiding van het psychosomatische model
- Hoe meer stress iemand ervaart, hoe groter de kans om verkouden te raken.
- Hoe langer de stressor aanwezig is, hoe groter de kans om verkouden te raken.
Diathesis-Stress model: VB rugpijn
- Er is een kwetsbaarheid (diathesis) die bij iedereen anders is, bv zwakke rugspieren, maar
de rugpijn ontstaat alleen als de persoon een stressor meemaakt.
- Deze stressor wordt ontlokt door een stimulus, die dus rechtstreeks een invloed heeft op
de relatie tussen kwetsbaarheid en rugpijn.
- Uiteindelijk zorgt rugpijn voor nog meer stressoren.
4