LES 1 CSRB: helikopterperspectief
Examen: begrippen kennen (2/20 punten)
1. Hoe denken we over misdrijf en straf?
- Inzichten in de keten van de strafrechtsbedeling:
o Opsporing=> strafuitvoering
o Inzichten in de verschillende echelons, actoren en functies
o Instroom, doorstroom en uitstroom
- De slinger vh SR
o Altijd gedacht in termen van een slinger: actie – reactie.
o Meer denken in term van daad naar dader naar daad ...
o Vandaag zitten we meer in een evenwicht.
1
,- Ancien Régime (tot aan de 18de E)
o Willekeur, recht op bestraffing was alleenrecht koning, bekentenis afdwingen,
voorbeeldstraffen, “wrede Middeleeuwen” versus recent onderzoek
o Functies straf: vergelding, afschrikking (algemene preventie)
- Klassiek SR (Verlichting, 18-19e E)
o De mens is een rationeel wezen, sociaal contract, Magna Charta van het
strafrecht (legaliteit-proportionaliteit- subsidiariteit), vaste straffen, geen
individualisering, schuldnotie centraal
o Functies straf: vergelding (ifv sociaal contract), afschrikking (algemene preventie),
bijzondere preventie (gevangenisstraf)
o Klassiek strafrecht als reactie op ancien régime. Straffen waren disproportioneel
en klassiek SR stelt een sociaal contract. Burger staat een deel van zijn vrijheid af
aan overheid om bescherming te krijgen. De mens is een rationeel wezen dat een
afweging maakt tussen wat slecht en goed is à Magna Charta opmaken. Er zijn
drie zaken die centraal staan:
§ legaliteit: inbreuk staat in de wet
§ proportionaliteit: straf in verhouding met inbreuk
§ subsidiariteit: straf als laatste redmiddel. Als er andere redmiddelen zijn, die
eerst benutten.
- Positivisme (2de helft 19e E)
o Misdrijf gevolg causale factoren, de mens heeft geen vrije keuze,
gedetermineerd, sociaal gevaarlijkheid, Magna Charta op de helling,
verschuiving van daad naar dader, sanctie
§ Vergelding = zinloos? Focus op bijzondere preventie en resocialisatie
o Mens is gedtermineerd om criminaliteit te gaan plegen, dus geen rekening
houden met daad, maar met de persoon van de dader. Het feit dat die persoon
gevaarlijk is of niet.
- Sociaal Verweer (2de helft 19e E)
o De maatschappij beschermen (‘verweren’), de mens heeft een ‘zekere vrijheid’,
het eclecticisme van Prins
§ ‘Normale’ delinquenten versus andere delinquenten, straffen versus
maatregelen (“geestesgestoorden en jeugdigen”)
§ Vergelding is zinloos? Focus op bijzondere preventie en resocialisatie
- Na WO II: overgangsfase, bloei, welvaartstaat en verzorgingsstaat Uitbouw sociale
vangnetten
- Nieuw Sociaal Verweer (na WO II)
o Aandacht voor persoonlijkheid & sociaal milieu (cfr. ‘oud’ sociaal verweer)
o Functies straf: resocialisatie en individualisering mét aandacht voor de
rechtspositie van de dader
o Nieuw sociaal verweer bouwt verder op oud sociaal verweer. Er is meer aandacht
voor individualisering, persoon per persoon bekijken.
2
,- Vandaag = diverse stromingen
o Straf = streven naar evenwicht tussen vergelding, afschrikking, resocialisatie en
herstel.
o Rechter als koorddanser - publieke opinie
o Koen Geens: 3 fases hervormingen strafrecht, strafprocesrecht,
strafuitvoeringsrecht
§ Commissies hervormingen strafrecht en strafprocesrecht
2. De logica
II. De van de
‘logica’ vanstrafrechtsketen -de echelons
de strafrechtsketen- de echelons
De echelons
Misdrijf
WG
Trechter
opsporing vervolging straftoemeting strafuitvoering
research publications consultancy conferences
www.ircp.org
Charlotte Colman
2.1. De strafrechtsketen- een trechter +32 9 264 68 38
charlotte.colman@ugent.be
- Misdrijf: door de wet omschreven gedrag waarop een straf is gesteld die in de wet is
bepaald
- Niet alle misdrijven die worden gepleegd, worden gerapporteerd (dark number)
- Niet alle misdrijven die gerapporteerd worden, krijgen een gevolg
- 700 000 - 750 000 misdrijven/jaar bezorgd aan OM
- Slechts een klein deel ervan (35 000-55 000/jaar, 5%-7%) worden door de strafrechter
behandeld
- Een klein deel daarvan (18 000/jaar) leidt tot hechtenis/gevangenisstraf
- Dit vormt een trechter. De laatste jaren zijn we zeer veel strafbaar beginnen stellen à
Grote juridiseringscyclus
2.2. De strafrechtsketen en de ruimte voor beleid
- Klassieke strafrecht: geen ruimte voor beleid (magna charta)
- Oud sociaal verweer: creatie beleidsruimte op echelon SU en deels ST
o Bvb voorwaardelijke invrijheidsstelling, verzachtende omstandigheden
- Nieuw sociaal verweer: creatie beleidsruimte op elk echelon
o Bvb praetoriaanse probatie, BiS, probatie, penitentiair verlof
3
, 2.3. De Strafsrechtsketen en de verregaande juridisering
- Overreglementering, uitbreiding strafrecht maar investeringen voor justitie volgden niet
o “We hebben het strafrecht verwaarloosd”
§ èProblemen dat de trechter vaak vastzit
o Gevangenissen zitten overvol, coördinatie tussen diverse actoren loopt soms
mank
- => Overlopen/opstroppen trechter: onbeheersbare hoeveelheid straffen en het
onvermogen om die uitgesproken straffen adequaat uit te voeren
- => Tast efficiëntie van het strafrecht aan en uitholling
2.4. Keuzes maken bij de opsporing (vanaf 24/09, NM)
- (Lokale en federale) politie, bijzondere inspectiediensten, douane,..
o Politie legt schriftelijk vast in processen-verbaal
- Opsporingsonderzoek onder leiding van het OM (90%)
o Dwangmaatregelen: vordering tot onderzoek, onder leiding van de
onderzoeksrechter (gerechtelijk onderzoek, 10%)
o Quid: staat dit op de helling?
- Wettelijk geen autonomie (geen politiespot): alles verbaliseren en doorgeven aan OM
2.5. Keuzes maken bij de vervolging (vanaf 12/10)
- Logica van de strafrechtelijke reactie op misdrijven:
o “Eens een misdrijf is opgespoord en vastgesteld wordt het aan de strafrechter
voorgelegd met het oog op beoordeling en eventuele bestraffing”
o è Realiteit: eerder uitzondering dan regel!
- Opsporings- en vervolgingsbeleid: richtlijnen minister van Justitie en omzendbrieven
College PG’s (COLs)= bindend voor alle leden OM
o … maar binnen de grenzen bepaald door de minister van Justitie/College PG’s
kan het OM eigen accenten leggen:
o = Opportuniteitsbeginsel: het OM kan beslissen om wel/niet tot vervolging over te
gaan
o è OM als spilfiguur!
4
, - • Sepot
Sepot (65-70%)
(65-70%) waarvan
waarvan technisch
technisch sepotsepot (+- en
(+- 65%) 65%) en
opportuniteitssepot (+- 35%)
- opportuniteitssepot
Buitenrechtelijke (+- 35%)
afhandeling op parketniveau (bvb MS, BiS)
- Beslissen tot vervolgenafhandeling op parketniveau (bvb MS, BiS)
• Buitenrechtelijke
2.6.• Beslissen tot vervolgen
Keuzes maken bij de straftoemeting (vanaf 22/10)
www.ircp.org
-researchEenpublications
strafrechtelijke
consultancy
reactie op een misdrijf is de uitzondering
conferences
- Instellen strafvordering via:
Charlotte Colman
+32 9 264 68 38
charlotte.colman@ugent.be
o OM (OM/PdK heeft vervolgingsmonopolie)
- Uitzonderingen, zoals:
o Via Raadkamer (na vordering OM) na afsluiting gerechtelijk onderzoek door
onderzoeksrechter
o Door het slachtoffer
- Wet: geen criteria voor de straftoemeting in een concreet geval (i.e. geen
straftoemetingsrichtlijnen)
Wel:
o Verschillende straffen (hoofdstraf, bijkomende straf)
o Minimum-maximumstraf (vrijheidsstraffen, geldboetes en werkstraffen)
o Verzachtende omstandigheden: verlagen minimumdrempel, soevereine, niet
verplichte
o beslissing, binnen bepaalde grenzen (bvb “blanco strafblad)
o Verzwarende omstandigheden: bij wet bepaald
o Opschorting, uitstel (eventueel afhankelijk van proeftermijn)
5