Handelingsgerichte diagnostiek – een praktijkmodel voor diagnostiek en advisering bij onderwijsleerproblemen.
Noëlle Pameijer en Tanja van Beukering
hoofdstuk 1 t/m 10
Handelingsgerichte diagnostiek – een praktijkmodel voor diagnostiek en advisering bij
onderwijsleerproblemen.
Noëlle Pameijer en Tanja van Beukering
Hoofdstuk 1. Uitgangspunten van handelingsgerichte diagnostiek
Knelpunten van diagnostiek:
- Diagnostisch proces verloopt onvoldoende systematisch en consistent
- Diagnostiek leidt niet tot bruikbare adviezen
- Weinig aandacht voor de rol van de onderwijsleer- en opvoedingssituatie en voor
de positieve kenmerken van het kind, de school en de ouders
- Diagnostiek is onvoldoende afgestemd op de hulpvragen en er is te weinig
samenwerking
Na overleg hebben deze knelpunten en overige informatie geleidt tot vijf uitgangspunten
die richtinggevend zijn in de ontwikkeling van het praktijkmodel HGD (handelingsgerichte
diagnostiek):
1. HGD verloopt volgens systematische procedures
Een voorbeeld van een diagnostisch model is het hypothesetoetsend model (HTM),
waarin de empirische cyclus is vertaald naar de dagelijkse praktijk. Het model schrijft
voor welke werkwijze gewenst is. Daarnaast bestaat de regulatieve cyclus wat meer
gericht is op verandering. Dat maakt het meer doelgericht en probleemoplossend. HTM is
het meest wenselijk, maar over de bruikbaarheid bestaat discussie. Er zijn verschillende
typen hulpvragen en eindproducten:
Type hulpvraag Component uit de Eindproduct
diagnostische cyclus
Verhelderend: hoe Klachtenanalyse Verheldering van de
verwoord ik wat ik ervaar? beleving van een leraar,
Wat wil ik weten? ouder of kind en hun
hulpvraag
Onderkennend: wat is er Probleemanalyse Onderkenning van een
met dit kind aan de hand? probleem of classificatie
Is hier sprake van een van een stoornis
probleem of stoornis?
Verklarend: waarom is dit Verklaringsanalyse Verklaring voor onderkend
met dit kind aan de hand? probleem of stoornis
Indicerend: hoe kan dit Indicatieanalyse Aanbevelingen hoe men de
kind het beste geholpen leraar, de ouders of het
worden? kind het beste kan
begeleiden
Het startpunt van HGD is de hulpvraag van de cliënt. Er zijn vier typen hulpvragen die
geordend zijn in vijf fasen:
- Intakefase: klachtanalyse -> verheldering
- Strategiefase: probleemanalyse -> onderkenning. Formulering van hypothesen.
- Onderzoeksfase: toetsing van de diagnostische hypothesen
- Indiceringsfase: integratief beeld (diagnosestelling): verklaringsanalyse ->
verklaring. Mogelijkheden en wensen van het kind en de ouders. Daarna de
indicatieanalyse -> aanbevelingen
- Adviesfase: informatie over de verheldering, onderkenning, verklaring en
indicering wordt overgedragen aan de cliënt. Deze kiest een passend advies.
Referentiekader van de diagnost bestaat uit wetenschappelijke kennis, praktijkkennis en
persoonlijke opvattingen.
2. HGD is gericht op advisering
De diagnose is geen doel op zich, maar een middel om verantwoord te kunnen adviseren.
Diagnostiek is pas afgerond als de cliënt een advies heeft dat hij wenselijk én bruikbaar
vindt. In de intakefase vraagt de diagnost al naar de oplossingen die de cliënt zelf
wenselijk acht. In de strategiefase beslist de diagnost welke informatie nodig is om
hulpvragen te kunnen beantwoorden. Hierbij bedenkt de diagnost: waarom is deze
informatie relevant? Niet alle denkbare onderzoeksvragen worden onderzocht. Enkel een
,selectie op basis van relevantie waarbij de beredenering wordt geëxpliciteerd. Hierdoor
ontstaat een doelgerichte onderzoeksfase. Er is een kloof tussen de diagnose en
uitvoerbaar advies. De indicatiestelling beoogt dit te overbruggen door algemene kennis
over effectieve interventies te relateren aan de unieke situatie van het kind. Relevante
factoren voor advisering:
- De veranderbaarheid van kindfactoren en de onderwijsleer- en opvoedingssituatie
- Niet/nauwelijks beïnvloedbare kindkenmerken: inzicht in problemen en geven een
taak aan de omgeving van het kind
De adviesfase is pas afgerond als het kind, de ouders en de leraar achter het advies
staan.
3. HGD hanteert een transactioneel referentiekader
Theoretische achtergrondinformatie:
Ontwikkeling is het resultaat van steeds complexere interacties tussen kind en de sociale
omgeving. Deze relaties zijn wederkerig en transactioneel (kinderen ontlokken reacties
aan hun omgeving en beïnvloeden deze). Aan deze theorie gerelateerd is de ‘goodness of
fit’: de mate waarin de verwachtingen en andere eigenschappen van de ouder afgestemd
zijn op de capaciteiten, motivatie en gedragsstijl van het kind. Temperament speelt hierin
een belangrijke rol. Hierbij is het van belang om te kijken naar de draaglast en
draagkracht plus de risico- en beschermende factoren.
Transactionele visie op onderwijs:
De relatie tussen leraar en leerling speelt een belangrijke rol bij de leerprestaties en het
welbevinden van de leerling. Beiden hebben behoefte aan een goede relatie en willen
zich autonoom en competent voelen. De leraar is het startpunt voor verandering. Daarom
is het van belang dat diegene goed inzicht heeft in het effect van de relatie met een
specifieke leerling. Dit is ook van belang bij adaptief onderwijs: doelbewust afstemmen
van de onderwijsleersituatie op verschillen tussen leerlingen in dezelfde leergroep. Dit
type onderwijs is van belang om kinderen waar mogelijk naar regulier onderwijs te laten
gaan. Het is tot standaard verheven bij de uitwerking van het WSNS-beleid (Weer Samen
Naar School).
Consequenties voor HGD:
In alle fases is de diagnost gericht op de wisselwerking tussen kind en omgeving. Naast
kindfactoren worden dus ook onderwijsleer- en opvoedingsfactoren geanalyseerd.
Afstemming tussen de pedagogisch-didactische behoeften van een leerling en het
onderwijsaanbod is cruciaal. Advisering richt zich op het verbeteren van de afstemming,
wegnemen van risicofactoren en versterken van protectieve factoren. De diagnost bekijkt
de kwaliteit van lesgeven vanuit de volgende visie: de leraar moet humaan en kundig
zijn. Hij is in staat de behoefte van het kind aan relatie, competentie en autonomie te
onderkennen. De leraar heeft kennis van ontwikkelings- en leergebieden en methodieken,
didactiek, klassenorganisatie en is inventief.
4. HGD acht samenwerken met school, ouders en kind cruciaal
Een sterke samenwerkingsrelatie is een belangrijke voorwaarde voor valide diagnostiek
en effectieve advisering. In de onderwijssetting zijn twee cliëntsystemen:
leerling/leraar/groep/school en kind/ouder/gezin. Diagnost is voortdurend gericht op het
perspectief van de cliënt. Om met de cliënt te blijven communiceren zijn de principes van
het contractmodel verwerkt in HGD. Instemming van de cliënt is voorwaardelijk voor het
slagen van het advies. Dit vraagt een cliëntgerichte attitude. De handelingsgerichte
diagnost combineert het diagnosereceptmodel (veelwetende deskundige) met het
samenwerkingsmodel (referentiekader cliënt).
Samenwerking met school:
Onderwijsprofessionals participeren actief in het diagnostische traject. Diagnost en leraar
bespreken de verzamelde gegevens, wat vaak leidt tot verbetering van de afstemming
van het leraargedrag op de pedagogisch-didactische behoeften van de leerling.
Samenwerking met ouders:
Zij worden gezien als ervaringsdeskundigen, bondgenoten. Samenwerking is een
essentieel kenmerk van verantwoord handelen.
Samenwerken met kinderen:
Er wordt rekening gehouden met hun belevingswereld. De kind is klant.
5. HGD besteedt aandacht aan positieve kenmerken
Verschillende categorieën protectieve factoren:
, - Kind: aangeboren positieve eigenschappen, intellectuele capaciteiten en
veerkracht
- Onderwijsleersituatie: een leraar die kinderen kan motiveren om te laten zien wat
ze kunnen, hun kan laten zien dat ze het zelf kunnen en voor hen beschikbaar is
- Opvoedingssituatie: warm gezinsklimaat, veilige relatie tussen kind en opvoeders,
begripvolle relatie tussen opvoeders onderling
- Sociale omgeving: groep vrienden, actief lid, ouders met ondersteunend sociaal
netwerk
Positieve kenmerken betreffen gedrag of situaties waarvan de diagnost van mening is dat
ze bijdragen tot een positieve ontwikkeling van het kind. Van protectieve factoren is
empirisch aangetoond dat ze een kind beschermen tegen de negatieve invloed van
risicofactoren. Dit benoemen helpt om problemen in proportie te blijven zien. Het
verhoogt motivatie. Het zegt iets over de mate van ernst en geeft soms aan hoe
waarschijnlijk een hypothese is.
Vier dimensies van diagnostiek en uitgangspunten van HGD:
HGD 1 verloopt 2 is gericht 3 hanteert 4 acht 5 besteedt
volgens op een samenwerk aandacht
systematisc advisering transactione en met aan
he el school, positieve
procedures referentieka ouders en kenmerken
der kind
cruciaal
1 relationeel
wetenschappe
lijk
Procedureel X X X
Vakinhoudelijk X X X X
2 regulatief- X X X
normatief
3 relationeel X
4 X X
beroepsethisc
h
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ElseB. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.