Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
College Inleiding Inspanningsfysiologie €4,99   Ajouter au panier

Notes de cours

College Inleiding Inspanningsfysiologie

 60 vues  1 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Een samenvatting van het vak Inleiding Inspanningsfysiologie dat wordt gegeven op de VU in Amsterdam. Deze samenvatting bevat alle colleges. De samenvatting is uitgebreid en is 74 pagina's lang.

Aperçu 5 sur 75  pages

  • 15 septembre 2020
  • 75
  • 2019/2020
  • Notes de cours
  • Inconnu
  • Toutes les classes
avatar-seller
College 1: Voeding
Macronutriënten: koolhydraten, vetten, eiwitten en alcohol

Koolhydraten
- Opgebouwd uit koolstof, waterstof en zuurstof
- Formule
o (CH2O)n (n = 3 tot 7) Altijd 1x C, 2x H en 1x O
o Verhoudingen van C, H en O zijn heel specifiek
- Glucose: C6H12O6

Soorten koolhydraten
- Monosachariden
o Basis eenheid
 Glucose
 Fructose
 Galactose
o Gluconeogenese
- Oligosacchariden
o 2-10 monosacchariden
o Disacchariden
 Sucrose (glucose + fructose)
 Lactose (galactose + glucose)
 Maltose (glucose + glucose)
- Polysacchariden
o Complexer koolhydraatmolecuul
o Plantaardig
 Zetmeel (veel glucose moleculen aan elkaar)
 Vezels
o Dierlijk
 Glycogeen (veel glucose moleculen aan elkaar)

Voedingsvezel
- Fermenteerbare vezels
o Leveren een klein beetje energie
o Bevorderen stoelgang
o Fermentatie gebeurd in de dikke darm, speciale bacteriën zetten vezels om
(darmmicrobioom)
- Niet-fermenteerbare vezels (worden niet verwerkt door het lichaam)
o Leveren geen energie
o Bevorderen stoelgang
o Verzadigende werking
o Verlagen LDL-cholesterol
- Positieve gezondheidseffecten
- Hoe gevarieerder je darmflora hoe beter
- Antibiotica: darmflora gaat “dood”  moet hersteld worden
- Darmflora verschilt per persoon door verschillende leefomstandigheden
- Vezels binden aan LDL, dat is goed want je wilt geen LDL hebben  cholesterol waardes
worden lager

Gylcogeen
- Opslag in spieren en lever
o Glycogenese (genese = ontstaan)
 Glucose  glycogeen (ontstaan van glycogeen)

,  Insuline voor nodig (beta cellen)
 Honderden tot ~30,000 glucosemoleculen
 Je wilt niet te veel glucose in je bloed, dit zorgt voor hoge bloedsuiker
waardes
o Glycogenolyse
 Glycogeen  glucose (afbreken van glycogeen)
 Glucagon (alfa cellen)
 Adrenaline kan helpen om glucose vrij te maken

Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid
- Sedentaire personen
o 40-50% koolhydraten
- Sporters
o 60-70% koolhydraten
- Uitdrukken als g/kg lichaamsgewicht
- Kies voor vezelrijke producten (granen en fruit)

Koolhydratenbehoefte sporters




De rol van koolhydraten in het lichaam
- Energiebron
o Vooral bij intensieve inspanning
o Koolhydraten kunnen sneller verbrand worden dan vetten
- Sparen van eiwitten
o Glycogeendepletie  gluconeogenese van aminozuren
- Metabole ‘primer’
o Vetmetabolisme
- Brandstof voor het centrale zenuwstelsel
o Bloedglucose wordt strak gereguleerd, omdat:
 Glucose primaire brandstof zenuwcellen
 Glucose enige energiebron voor rode bloedcellen
- Bij een koolhydraatrijk dieet kun je een fietstest (duurinspanning) langer volhouden dan bij
een vetdieet

Koolhydraatverbruik tijdens inspanning
- Intensiteit
o Lage intensiteit: voornamelijk vetten
o Middelmatige intensiteit: zowel vetten als koolhydraten
o Hoge intensiteit: voornamelijk koolhydraten
 Snelheid van de omzetting naar energie
 Koolhydraatverbranding levert meer energie op dan vetverbranding
- Duur
o Wanneer zijn de glycogeenvoorraden op?
o Hongerklop

Tips koolhydraten stapelen
- Normale glycogeenniveaus in spieren 100-120 mmol/kg ww (nat gewicht)

, - Koolhydraten stapelen à 150-200 mmol/kg ww
- Prestatieverbetering 2-3% (> 90 min)
- Begin 3 dagen voor het evenement
- Trainingen taperen
- Eet 7-12 g CHO/kg lichaamsgewicht
- Vervang water en thee door frisdrank of sportdrank
- Eet makkelijk verteerbare koolhydraten
- Oefen het tijdens training
- Let op! Gewichtstoename

Vetten
- Opgebouwd uit koolstof, waterstof en zuurstof
- Enkelvoudige vetten
o Bestaan uit triacylglycerol/ triacylglyceriden (3 vetzuren + glycerol)
o Verzadigde-, onverzadigde- en transvetzuren
- Samengestelde vetten
o Triacylglycerol componenten + andere chemicaliën
o Fosfolipiden
o Glycolipiden
o Lipoproteïnen
- Afgeleide vetten
o Combinatie van enkelvoudige en samengestelde vetten
 Cholesterol
 Pre-cursor vitamine D

Vetzuren
- Verzadigd vetzuur
o Geen dubbele bindingen
o Maximaal aantal waterstof atomen  gesatureerd
o Hard, weinig ruimte ertussen
- Onverzadigd vetzuur
o X-aantal dubbele bindingen
o Zacht, aantal dubbele bindingen door te weinig H, hierdoor zit er wel ruimte tussen
- Transvetzuur
o Gedeeltelijk gehydrogeneerd
o Vloeibaar vet maken ze hard  frituren boven 180 graden, vet hydrogeneert en dit is
ongezond

Lipoproteinen
- Chylomicronen
o Vervoeren vet-oplosbare vitamines, lange ketens triacylgycerolen, fosfolipiden en
vrije vetzuren.
o Ontstaan wanneer deze de darmen verlaten en de lymfevaten binnenkomen.
- VLDL
o Gevormd in de lever uit vetten, koolhydraten, alcohol en cholesterol.
o Bevat het hoogste percentage vetten.
o In lever afgebroken tot LDL.
- LDL
o ‘Slecht’ cholesterol
o Vervoert cholesterol naar arterieel weefsel
o Kleine verwondingen in de aderen in de darm  LDL kan blijven plakken 
artherosclerose
- HDL

, o ‘Goed’ cholesterol
o Geproduceerd in de lever en dunne darm.
o Bevat het hoogste percentage eiwitten (minste vetten en cholesterol).

De rol van vetten in het lichaam
- Energiebron en reservebrandstof
o Bevat veel energie per gewichtseenheid
o Wordt gemakkelijk vervoerd en opgeslagen
o Biedt een kant en klare bron van energie
 Voorziet in 80-90% van de energiebehoefte in rust
- Bescherming van vitale organen
- Isolatie
o Belemmert de temperatuurregeling in de hitte
- Vervoerder van vitamines en onderdrukker van honger

Eiwitten
- Opgebouwd uit: koolstof, waterstof, zuurstof, stikstof
- Opgebouwd uit:
o Aminozuren
 Essentiële aminozuren (9)
 Niet-essentiële aminozuren
 Koolwaterstofgroep
 Aminogroep
 Carboxylgroep
 Rest
- Ongeveer 50 aminozuren is één eiwit, eiwit = samenstelling van verschillende aminozuren
- Plantaardige eiwitten neem je moeilijker op en heeft minder essentiële aminozuren
(probleem bij vegetariërs)

Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH)
- Voedingsnormen in NL als aanbevolen dagelijkse hoeveelheid
o Voldoende voor 97,5% van de bevolkingsgroep
o Verschillend voor verschillende bevolkingsgroepen
o Voedingsnormen voor eiwitten en bijna alle vitamines en mineralen
- ADH komt overeen met RDA (recommended dietary allowance)
- ADH 0,8 g/kg/dag (volwassenen)
o Hoger voor kinderen, vegetariërs, zwangere vrouwen en atleten

Eiwitbehoefte sporters
- Mannelijke duursporter 70 kg
o 4-5 x per week ~1 uur
- 70 * 1,2 = 84 g eiwit
- Voedingsmiddelen die 20 g eiwitten bevatten
o 500 mL magere melk
o 400 g magere yoghurt
o 600 mL sojamelk
o 3 eieren
o 70 g biefstuk (bereid gewicht)
o 100 g tonijn/zalm uit blik
o 80 g kipfilet (bereid gewicht)

De rol van eiwitten in het lichaam
- Spieren

, - Orgaanweefsel
- Bloedplasma
- Maar ook:
o DNA
o Collageenstructuren: haar, nagels, huid, etc.
o Hemoglobine in rode bloedcellen
- Geen opslagplaats voor eiwitten  eiwitten kun je niet opslaan
o Verbranden of afbreken tot ureum
o Opbouwen tot weefsel

Eiwit metabolisme
- 2-5% van energiebehoefte komt van eiwitafbraak (in rust, bij inspanning meer)
- In de lever raakt het aminozuur zijn aminogroep (NH 2) kwijt (deaminatie)
- Gedeamineerd aminozuur (kan verwerkt worden) 
o Nieuw aminozuur
o Koolhydraat (gluconeogenese) of vet (vet synthese)
o Verder afgebroken voor directe energie
- Transaminatie: aminogroep van donor aminozuur wordt overgedragen aan ‘acceptor’ zuur

De alanine-glycose cyclus
- Spier
o Glucose  pyruvaat (pyrodruivenzuur)
o Pyruvaat  transaminatie  Alanine
- Lever
o Alanine  deaminatie  pyruvaat
o Pyruvaat  glucose
- Tijdens inspanning 10-15% energieproductie
- Pyruvaat kun je verbranden
- Als de koolhydraathoeveelheid niet optimaal is, kun je aminozuren deamineren

Stikstofbalans
- Nt – N u – N f – N s = 0
o Nt = totale stikstofinname via voeding
o Nu = stikstof in urine
o Nf = stikstof in ontlasting
o Ns = stikstof in zweet
- Positieve stikstofbalans  weefselsynthese (anabolisme) (maar geen vetweefsel)
- Negatieve stikstofbalans  weefselafbraak (katabolisme) (maar geen vetweefsel)

Herstelprocedure
- Refuel (koolhydraten weer op peil)
- Repair (genoeg eiwitten)
- Rehydrate (drink voldoende)
- Revitalise (revalideren)
- Advies voor sporters: eet een snack/maaltijd binnen 30-60 minuten na de training
- Chocomel is goed herstel drankje
- Zowel koolhydraat als eiwit-inname tijdens inspanning?
o Versneld herstel
o Prestatie +/-

College 2: Voeding
Micronutriënten: vitamines, antioxidanten, mineralen

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur maureen26. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

78075 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,99  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter