Oefeningen uit het boek en de slides uitgewerkt voor beide delen van financial management (corporate finance management accounting). Deze oefeningen zijn essentieel om te kunnen slagen voor dit OLOD.
Cost behavior analyses = hoe bepaalde kosten reageren op een bepaalde wijziging in
productie/bedrijf
Vb. change in:
- sales dollars (retail company)
- miles driven (trucking company)
- Room occupancy (in a hotel)
- classes taught (in a school)
activity index (vb. 100 auto’s versus 200 auto’s)
Variable cost is the same for every unit
Fixed costs get cheaper per unit if the quantity gets bigger
Total variable costs = curvilinear
Total fixed costs = non-linear (they change only at a certain point vb. als er 1 product meer wordt
geproduceerd zal er geen verandering zijn in vaste kosten, maar als er 10000 meer worden
geproduceerd zal er een nieuwe fabriek nodig zijn dus extra vaste kost)
Relevant range = range of activities a company expects to operate during a year (waarbij je de kost
kan voorspellen)
Variabele en vaste kosten uit totale kost halen:
Vaste kost = 1,10 x 20 000 = 22 000 30 000 - 22 000 = 8000
als men vraagt hoeveel zal het kosten voor 45000km te rijden: (1,10 x 45000) + 8000 = 57 500
,CVP (cost volume profit) analyses
Contribution margin = revenue left after deducting variable costs (= winstmarge)
Winst is pas wanneer contributiemarge > vaste kosten, als die gelijk zijn is het break-even
OF break-even = vaste kosten / contributiemarge per eenheid vb. 200 = 1000 eenheden
nodig voor BE
Target Net income
= sales price – contributiemarge – vaste kosten = target net income ( zelfde als break-even maar
met een bepaald bedrag)
Target net income = (vaste kosten + target net income) / contributiemarge per eenheid
Vb. (200 000 + 120 000) / 200 = 1600 eenheden
Margin of safety = verschil tussen huidige omzet en omzet bij break-even (om te kijken hoeveel de
omzet mag dalen vooraleer men verlies maakt)
Vb. 750 000 euro (= huidige) – 500 000 euro (= break-even) = 250 000 euro (= margin of safety)
Margin of safety ratio = 250 000 = 33%
H-8 Pricing
Target costing
= vertrekken vanuit de marktprijs (meestal bij standaard product)
Vb. marktprijs = 200 euro, we willen 60 euro winst, productiekosten mogen niet meer dan 140 euro
zijn
Market price – desired cost = target cost
Cost-plus pricing
= net het omgekeerde als target costing vertrekken vanuit eigen kosten
! does not consider demand !
Vb. kostprijs = 150 euro, markup = 40 euro, verkoopprijs = 190 euro
Cost price + winstmarge = target selling price
Markup berekenen d.m.v. ROI:
Vb. Markup = 20% van 2 000 000 expected ROI = 400 000 (= aantal units dat men wil
verkopen) = 40 euro
Verkoopcijfers goed inschatten is enorm belangrijk!!
Als men i.p.v. 10 000 units maar 5 000 verwacht te verkopen zal de verkoopprijs ook veel hoger
liggen:
- eerst en vooral zullen uw vaste kosten per eenheid stijgen
- ROI op 2 000 000 blijft dus moet men meer vragen voor 1 product Markup = 400 = 80
, Time-and-material pricing
= selling price based on labor & material
Vb. een werk heeft 50 uur in beslag genomen en materiaal kostte 3600 euro
wat moet de klant betalen?
1. 38,20 x 50 = 1910 euro
2. 3600 x 1,43% = 5166 euro
= 7076 euro
Transfer price
= voor goederen die verkocht worden binnen de company (vertically)
Minimum transfer price indien er geen extra capaciteit is en er klanten geweigerd moeten worden
omdat er geproduceerd moet worden voor een andere schakel binnen het bedrijf:
altijd kijken naar de gezamenlijke contributiemarge, als de ene schakel goedkoop verkoopt aan de
andere schakel verdient die niets maar zullen de kosten wel lager zijn. Toch zal het vaak zijn dat de
totale winst lager ligt doordat er maar 1 schakel winst maakt.
Keuze maken om outsourcing te doen of niet
H-9 Budgetary planning
Budget = a formal written statement of management’s plans for a specified time in the future,
expressed in financial terms ( geschatte kosten en opbrengsten voor een bepaalde periode,
gebaseerd op historische data: kan voor een hele onderneming, een departement of voor een
bepaald product) budget start altijd vanuit de sales forecast
2 manieren van budgettering:
- top-down = management beslist wat het budget is en hoeveel er verkocht moet worden
- bottom-up (= participative budgetting) = vragen aan werknemers wat ze verwachten te verkopen
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lucawuyts. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.