EHBO 1 & 2
Basisbegrippen
Chain of survival = overlevingsketen = stappen in de hulpverlening
BLS = basic life support = basiscardiopulmonaire reanimatie
CPR = cardio pulmonaire rescuscitatie
ALS = advanced life support = gespecialiseerde life support met gebruik van zuurstof,
intubatie, medicatie en manuele defibrilatie
CPCR = cardio pulmonaire cerebrale rescuscitatie
AED = automatische externe defibrillator
MUG = Mobiele urgentiegroep (arts, verpleegkundige en gespecialiseerd materiaal)
ABC = airway, breathing, circulation
1. Basisregels
1.1 Hygiëne
Vermijd besmetting, dit geldt voor 2 richtingen. Voor het slachtoffer als voor jezelf.
1.2 Comfort
Probeer de onverwacht en ongewenste situatie waarin het slachtoffer zich bevindt zo
comfortabel mogelijk te houden, dit betekent bijvoorbeeld dat het slachtoffer voldoende
ruimte rondom zich heeft. Scherm het slachtoffer zo veel mogelijk af van de omgeving.
Basisbehoefte zijn moeilijker te vervullen, zeker als iemand vraagt om iets te mogen drinken.
Je kan niet inschatten hoe ernstig de situatie is het slachtoffer kan eventueel later nog een
operatie ondergaan, waardoor het nuchtere is aspect van belang zal zijn.
Probeer ook te vermijden dat je iemand extra gaan belasten.
Om het bewustzijn te controleren bij iemand die net een trauma heeft opgelopen, hoef je
niet noodzakelijk een pijnprikkel te gaan toedienen.
Een slachtoffer met kortademigheid drukkende pijn op de borst moet je niet gaan
begeleiden naar een plaats 100m verder. Kies dan eerder voor een comfortabele manier op
de plaats zelf in plaats van extra inspanning te vragen van het slachtoffer.
1.3 Beleving
Van het slachtoffer
Als het slachtoffer bij bewustzijn is dan zal deze persoon zich gesteund voelen als je bij hem
of haar zal blijven. Als het mogelijk is om bij het slachtoffer te blijven probeer dan ook zeker
te doen. Je zal automatisch contact proberen te houden met het slachtoffer, probeer te
praten en te luisteren naar hetgeen wat hij vertelt.
1
,Van de hulpverlener
Het is belangrijk dat je ten alle tijden rustig blijft! Probeer gestructureerd te werk te gaan in
je handelingen, durf doordacht en kordaat te handelen. Vermoedelijk zal je op het moment
zelf in een automatisme gaan handelen achteraf zal je pas na gaan hoe het is verlopen. Durf
de stap te zetten hierover te praten als dit nodig is.
2. Stappenplan in eerste hulp
2.1 Veiligheid
Eerst moet de veiligheid gegarandeerd worden, voor jezelf, het slachtoffer en de omgeving.
Let hierbij in het verkeer op een fluo-vest, gevarendriehoek, knipperlichten opzetten.
Slachtoffer
Probeer het slachtoffer altijd te laten liggen als de situatie dit toelaat. Er kan ernstigere
schade zijn dan met het oog te zien.
Als de situatie later toch een gevaar dreigt te worden, zul je de beslissing moeten maken om
toch een verplaatsing te onderemen, probeer deze zou klein mogelijk te houden en op de
juiste en veilige manier.
Hulpverlener
Je gaat jezelf niet in gevaar brengen, observeer en analyseer de omgeving voor veiligheid
voordat je je slachtoffer gaat toenaderen. Gebruik elke zintuig (ruiken: gas?) (zien: olie?)
(horen: water stromen?).
Probeer in te schatten wat je kunt doen voor je slachtoffer, als je het niet weet bel dan al de
hulpdiensten en volg hun instructies op.
Omgeving
Omgeving kan nuttig zijn (hulp inschakelen van anderen) maar ook zeer storend
(ramptoeristen).
Als de omgeving voor hinder zorgt ga je het beste kordaat reageren, geef aan dat je ruimte
nodig hebt met korte reacties als ‘ga aan de kant’.
Als er iets is gebeurd met een kind, kunnen de ouders een weerspiegeling zijn op het kind,
als hun onrustig zijn is het kind dat vaak ook.
2.2 Vitale functies beoordelen
Benader het slachtoffer, hierbij is het van belang om de toestand snel te beoordelen.
Bewustzijn
Is een zeer essentiële parameter, iemand die bewusteloos is, is in levensgevaar. De reflexen
werken niet meer (tong inslikken) en de spieren ontspannen.
2
, Het bewustzijn controleren doe je in eerste instantie zacht het slachtoffer bij zijn schouders
nemen en luid te vragen of hij je kan horen en zijn ogen open kan doen.
Als hij niet reageert ga bel je 112 (en laat je al een AED halen als je met 2 bent) en ga je over
op het controleren van de ademhaling.
Bellen van 112
- Wie je bent
- Waar je bent
- Wat is er gebeurt
- Hoeveel slachtoffers en wie
Ademhalingsweg
Maak de luchtweg vrij (sjaal, stropdas,…) controleer de mondholte en doe de headtilt-chinlift
Let op een nekletsel!!! Indien vermoeden van nekwervelletsel dan alleen chinlift. Dit kan bij
een verkeersongeval, val op hoofd, duik in het ondiepe, slachtoffer met tintelingen of
verlamd gevoel van de ledematen.
Ademhaling
Controleer de ademhaling door boven het slachtoffer te gaan hangen met je wang. Voel,
hoor en zie de ademhaling voor 10 seconden.
Bij een normale ademhaling leg je het slachtoffer in de stabiele zijligging.
Indien er geen ademhaling merkbaar is ga je over op reanimatie.
Als de ademhaling gasping is, begin je ook met een reanimatie.
Circulatie
Het aanvoelen van de hartslag kan soms niet juist geïnterpreteerd worden in een
stresssituatie.
Volg het ABC-stappenplan
Airways: vrije lucht weg
Breathing: ademt het slachtoffer
Circulations: enkel te controleren door gespecialiseerde hulpverleners
2.3 Reanimatie
Waarom reanimatie? De kans op herstel ligt op 49%-75% bij een vlugge interventie, elke
minuut dat je wacht daalt de overlevingskans met 10%. De cruciale tijd ligt op maximaal3
minuten, als er geen hartfunctie meer is komen de hersenen zonder zuurstof.
Bij slachtoffers die onderkoeld zijn, is er iets meer tijd vooraleer er definitieve schade
optreed.
Let op de veiligheid!
Bij baby’s
Begin met 5 beademingen
Geef 15 hartmassages met 2 vingers
Geef 2 beademingen -> plaats jouw mond over neus en mond van de baby.
Blaas gedurende 1 seconde.
Blijf verder gaan 15 + 2
3