Toegepaste Psychologie
Module 5: Denken over mens en samenleving
Academiejaar: 2024-2025
,Hoorcollege 1
Inleiding cultuur, cultural humility, cross-culturele psychologie
Superdiversiteit
Toegenomen diversiteit
We leven in een maatschappij met veel diversiteit, bv. in termen van
● etniciteit, religie, taal, seksuele oriëntatie, lichamelijke mogelijkheden,
socio-economische positie, gender, ...
Voorbeelden
➢ Het Vlaamse Gewest wordt steeds diverser.
Hoeveel % heeft een buitenlandse herkomst (2022)?
25 % = 1/4
➢ Stad Gent wordt steeds diverser
Uitdaging voor de psychologisch consulent
- Wij moeten de culturele eigenheid van cliënten en vooral van zij die behoren tot
gemarginaliseerde groepen moeten leren/kunnen begrijpen
- Het kunnen aanbieden van diensten die rekening houden met deze eigenheid
Cultuur
Wat betekent cultuur volgens experts?
Collectieve mentale De gemeenschappelijke wereld van Wat een bepaalde groep
programmering die de leden ervaringen, waarden, symbolen, mensen doet met die
van een groep onderscheidt praktijken en kennis die een bepaald menselijke natuur
van die van andere groepen sociaal systeem kenmerkt
(Hofstede, 1991) (Hoffman, 2002) (Claes & Gerritsen, 2007).
Samengevat is cultuur:
Een systeem van waarden, normen, opvattingen (ideeën en attitudes) en gedragingen die door een
groep gedeeld wordt.
1
, Waarden = Wat we belangrijk of goed vinden
➜ Ze bevatten vaak een oordeel over gedrag
(Wat vinden we goed? Wat streven we na?)
➜ Ze beïnvloeden vaak de normen
Voorbeelden:
vrijheid, respect, beleefdheid
Normen = Gedragsregels (regels over wat in een groep of samenleving als gepast gedrag wordt
gezien; over wat ‘normaal’ gedrag is)
➜ Krijgen vorm door waarden
➜ Zijn uitingen van de waarden
Voorbeeld:
In België is de norm dat we op tijd zijn voor onze afspraken. De waarde die hierachter
zit is respect. Stiptheid wordt beschouwd als een vorm van respect.
Opvattingen = Denkwijzen, overtuigingen
➜ Kan worden beïnvloed door de waarden die men heeft
(bv. Familie staat altijd op de eerste plaats)
Voorbeeld:
“Het is egoïstisch om enkel aan mezelf te denken. Ik moet altijd rekening houden
met de groep.”
Gedragingen = “Wat we doen, wat we zeggen, hoe we dingen doen, hoe we dingen zeggen”
➜ Worden beïnvloed door normen (en dus ook waarden)
2
, Conclusie:
Cultuur bepaalt de lens/bril waarmee we naar de werkelijkheid kijken
& de manier waarop we ermee omgaan.
Cultuur is dynamisch ⇒ Altijd in beweging nooit statisch
⇒ Cultuur wordt door mensen gecreëerd en doorgegeven (socialisatie)
⇒ Cultuur is iets dat continu evolueert en blijft veranderen
Voorbeelden
➢ Door feministische bewegingen is onze visie op de binaire genderrollen (dwz onze traditionele
verwachtingen voor mannen vs vrouwen) de laatste decennia sterk veranderd.
↪ Bv. In België vroeger => man = kostwinner en vrouw = huismoeder, nu oké indien
omgekeerd.
➢ Begroeting voor vs na COVID-19
↪ Voor corona was fysieke nabijheid veel normaler terwijl mensen op dit moment soms
wat meer terughoudend zijn (bv. begroeting naar vreemden)
Socialisatie processen kunnen op 3 verschillende niveaus gebeuren:
1. Primaire socialisatie
= Eerste vorm van socialisatie (opvoeding door het gezin)
Voorbeeld
Een kind dat thuis grootgebracht wordt door zijn/haar ouders.
↪ De ouders van dat kind geven vaak hun waarden en normen mee aan dat kind = PS
↪ dit is 1 van de eerste manieren waarbij je in aanraking kan komen met cultuur.
2. Secundaire socialisatie
= Tweede vorm van socialisatie (werk, school, jeugdbeweging, hobby’s)
3. Tertiaire socialisatie
= Socialisatie die vaak onbewust verloopt, via automatische processen en vaak op grotere schaal.
Voorbeelden
➢ Sociale media, reclame, beroemdheden,..
3