,Inhoudsopgave
FYSIO 8 : SPIJSVERTERINGSTELSEL..........................................................................................................1
DEEL : INLEIDING................................................................................................................................2
DEEL : WAND VAN SVS........................................................................................................................3
DEEL : REGULATIE SVS FUNCTIE..........................................................................................................4
DEEL : DE MONDHOLTE......................................................................................................................6
DEEL : FARYNX EN SLOKDARM............................................................................................................8
DEEL : DE MAAG...............................................................................................................................10
DEEL : PANCREAS..............................................................................................................................14
DEEL : LEVER.....................................................................................................................................15
DEEL : DUNNE DARM........................................................................................................................18
UITGEBALANCEERD DIEET BEVAT DE JUISTE VERHOUDINGEN NUTRIENTEN IN FUNCTIE VAN DE
BEHOEFTE.........................................................................................................................................20
DEEL : COLON....................................................................................................................................24
DEEL : METABOLISME VAN KOOLHYDRATEN, VETTEN EN EIWITTEN................................................29
FYSIO 8 : VOORMAGEN.........................................................................................................................31
HERKAUWERS/RUMINANTIA............................................................................................................31
ANATOMIE........................................................................................................................................31
HISTOLOGIE VOORMAGEN...............................................................................................................31
CAMELIDEN......................................................................................................................................32
GROEI................................................................................................................................................32
INHOUD............................................................................................................................................32
FERMENTATIE....................................................................................................................................33
WAAR VERTEERT HET VOEDSEL........................................................................................................33
SYMBIOSE RUND BACTERIEN EN PROTOZOA....................................................................................35
PENSVOCHT......................................................................................................................................35
FYSIO 8 : SPIJSVERTERINGSTELSEL
1
,DEEL : INLEIDING
SVS neemt alles op (los van de behoefte)
Het is een lange aaneengeschakelde buis van holle organen waarin ook klieren gaan uitmonden die
een connectie hebben met de buitenwereld (= exocrien)
HK hebben 3 voormagen en de lebmaag is hun eigenlijke maag (vergelijkbaar met monogastrica)
Carnivoren eten vlees
Omnivoren eten zowel vlees als plantaardig
Herbivoren eten planten => koolhydraten structuur opnemen = rhenine en dat is slecht verteerbaar
dus in de pens zit er een flora zodanig dat die koolhydraten alsnog opgenomen kunnen worden (bij HK
is dit dus in de pens aanwezig = vooraan dus kan later nog benut worden); een soortgelijk systeem
vindt ook plaats bij het paard alleen zit het daar in het caecum en colon dus achteraan in het stelsel
waardoor het allemaal in de mest komt = eiwitrijke mest => het proces van die flora = fermentatie = de
afbraak van m.o. in afwezigheid van zuurstof!!
Een carnivoor heeft een grote maag want bvb een kat die een muis eet dan komt die muis ineenkeer
terecht in de maag en daar moet het nog allemaal verkleind worden
HK heeft groot voormagencomplex
Paard : heeft grote dikke darm complex (caecum en colon)
Vogels maken gebruik van een krop (voedsel te verweken) en dan van een kliermaag (proventriculus =
enzymen worden gesecreteerd voor enzymatische vertering) en een spiermaag (gizzard = bevat
steentjes die mechanische het voedsel verkleinen)
Omnivoren zoals varken zit tussen de carnivoren en het paard : heeft een kleinere maag dan de hond
en kleiner caecum en colon dan het paard
Omnivoren zijn veel flexibeler in voedselkeuze en hebben daardoor een grotere variatie in anatomie en
fysiologie wat betreft SVS (= mens, varken, bruine beer)
4 stappen in de vertering :
1. Mechanisch deel van de vertering :
Fijnmalen van voedsel door tanden => vergemakkelijkt het doorslikken en vergroot de
opp voor enzymatische vertering
Bewegingen van (voormaag), maag en darmen => contracties helpen het mengen van het
voedsel en bevordert de absorptie
Voortbeweging van voedsel door SVS => bij HK is de retentie ook zeer belangrijk want het
voedsel moet lang genoeg ter plaatse blijven zodanig dat het voedsel afgebroken kan
worden in nuttige stofjes
Musculatuur : mond- en kauwspieren en aars zijn dwarsgestreept (= willekeurig we
hebben er controle over) en overige spieren = gladde (onwillekeur)
2. Secretie van enzymen :
Van exocriene klieren : in de maag wordt er HCl gesecreteerd en in de darmen moet het
neutraal zijn (ionaire samenstelling in aanwezigheid van Ca zal belangrijke rol spelen voor
de aanwezigheid van de pH)
Van epitheelcellen van darmwand : enterocyten die gaan bepaalde enzymen secreteren
om voedselbrij verder af te breken
Mucus producerende cellen => cellen van Goblet dus cellaag om voedselbrij makkelijker
te laten opschuiven van darmsegment tot darmsegment en beschermt epitheel
Recirculatie na activiteit => enzymen worden verderop opnieuw geabsorbeerd en
opgenomen
Het is zeer diersoort-afhankelijk !!
3. Enzymatische afbraak van organische voedingsstoffen :
Koolhydraten, eiwitten of vetten => stapsgewijze vertering als in vet wordt afgebroken
door pancreas en gal; eiwitten door de maag
Onverteerd materiaal wordt uitgescheiden via de anus
Bescherming nodig tegen autodigestie WANT vet en eiwitten zijn bouwstenen waaruit
ons lichaam is gebouwd dus de enzymen worden in een inactieve vorm vrijgesteld
4. Absorptie van voedingsstoffen :
2
, Kleine moleculen worden via passieve diffusie opgenomen; grotere moleculen via
transporteiwitten
Ook water, vitaminen en mineralen worden geabsorbeerd
Vanuit het lumen van de darm komt het terecht in de bloedbaan en lymfe (vooral vet
dan) om zo naar de lever te gaan (deze bepaalt welke stoffen gedetoxifieerd moeten
worden)
DEEL : WAND VAN SVS
DARMWAND : MUCOSA
Darmepitheel doet aan regeneratie dus je hebt veel epitheliale stamcellen die delen tot ze aan de top
van de darmvilli komen en gaan zo de oude cellen afstoten (om de 3 dagen wordt het darmepitheel
vervangen)
Tight junctions aan luminale zijde zodanig dat er geen m.o. binnen kunnen
Villi en crypten in de dunne darm (in de dikke darm enkel crypten)
Muscularis mucosae = gladde spiercellen voor beweging van de microvilli en zo voor secreties
Je hebt ook capillairen, zenuwen en lymfevaten
Cellen met specifieke functies zijn ook aanwezig :
Enterocyten kunnen zowel voor secretie zorgen als voor absorptie
Cellen van Goblet zorgen voor mucusproductie en voor micro-klimaat zodanig dat je aangepast
klimaat hebt voor membraneuze fase (zie dunne darm)
Ook heb je cellen voor de hormoonproductie die gaan lokaal gaat werken (paracrien)
DARMWAND : SUBMUCOSA
Bevat capillairen
En de nerveuze plexus van Meissner = ganglion van PS vezels en zorgt voor de vertering
Nerveuze plexus maakt deel van het Enterisch Nerveus Systeem = afdeling van ganse autonome ZS
(kan op zichzelf functioneren)
DARMWAND : MUSCULARIS
Bevat een interne circulaire spierlaag = gaat voedselbolus vooruitduwen en zorgt ervoor dat er geen
beweging naar achter mogelijk is
Externe longitudinale laag
Nerveuze plexus van Auerbach = ligt tussen interne en externe spierlaag en staat in connectie met
andere plexussen.
PLEXUSSEN
De 2 plexussen staan onder invloed van mechano- en chemosensoren
Mechanosensoren = streksensoren => wanneer de diameter van de darm verandert gaan de plexussen
beslissen of er actie moet ondernomen worden of niet
Chemosensoren reageren op wat de inhoud is in het darmlumen (vetten, eiwitten, pH)
Osmosensoren geven een input over osmotische activiteit
DUNNE DARM
Villi en crypten
Functie : digestie (afbreken tot kleine bouwstenen) en absorptie (opnemen van die kleine bouwstenen)
Celtypes :
Enterocyten met microvilli
Goblet cellen = mucus
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur morganedesamblanc. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.