Dit is een samenvatting voor het vak arbeids- & organisatiepsychologie. Het bevat alle hoorcolleges & extra notities.
Daarnaast zijn er vele examenvragen toegevoegd met oplossingen om het studeren te vergemakkelijken.
HOOFDSTUK 1: INLEIDING EN SITUERING
1. AFBAKENING
De A&O psychologie bestudeert:
• Hoe gedrag van mensen verandert onder invloed van verschillende activiteiten die de
werkgever, het bestuur of andere autoriteit in een organisatie ondernemen.
• De invloeden van het gedrag van werknemers op de organisatie
→ Twee richtingen: hoe de onderneming effect heeft op de werknemer EN hoe de
werknemer effect heeft op de onderneming.
Twee belangrijke elementen in de A&O psychologie:
1. De werknemer staat centraal in de A&O psychologie.
2. Een organisatie is een al dan niet geformaliseerde structuur waarbinnen mensen zich
begeven, al of niet bewust doelgericht.
A&O psychologie is een toegepaste psychologie en maakt gebruik van concepten,
theorieën en technieken die vanuit vier andere psychologische domeinen zijn ontleend:
1. Biologische psychologie: bv. erfelijkheid
2. Sociale psychologie: bv.de invloed van mensen op mensen (A&O)
3. Cognitieve psychologie: bv. waarneming en verwerking in de hersenen
4. Persoonlijkheidspsychologie: bv. matching binnen een groep of verschillende
persoonlijkheden
→ Toch zijn er een groot aantal specifieke theorieën en technieken in de A&O psychologie
deze zijn ontwikkelt door de praktische toepassingen. Deze zijn vaak directer toepasbaar
op “real-life” problemen.
De A&O psychologie kan impact hebben op het organisatiebeleid (bv.
topmanagers) maar ook op andere betrokken partijen (bv. werknemers) waarmee gewerkt
wordt.
2. SITUERING VAN DE A&O PSYCHOLOGIE
De verschillende onderdelen van de A&O psychologie kunnen schematisch worden
weergegeven:
→ CENTRAAL: interesse voor de mens
Ten eerste gebeurt de opsplitsing menselijk gedrag met
het oog op twee complementaire activiteiten:
1. Consument: de mens die het geproduceerde gaat
consumeren. (valt binnen de economische psychologie,
bv. de impact van reclame op de consument)
2. Producent: mens die werkt, produceert binnen een
organisatie.
1
, ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
lOMoARcPSD|2
Vanuit de producent kunnen er verder twee invalshoeken worden onderscheiden:
• Mens-mens relaties: onderwerpen die te maken hebben met inter-persoonlijke contacten.
(valt binnen de sociale psychologie, dus die onderwerpen zullen niet verder behandeld
worden in de a&o psychologie)
• Mens-arbeid relaties
De mens-arbeid relaties kunnen we onderscheiden in de volgende onderwerpen:
o Ergonomie: afstemmen van de arbeidsomgeving op de mens op basis van zijn zwaktes
en sterktes (fitting the job to the man).
Bijvoorbeeld: macro-ergonomie waarbij de organisatie wordt aangepast naar de noden van de
mens, iemand heeft last aan de ogen bij fel licht en dus gaat het licht worden aangepast.
o Arbeidspsychologie: aanpassing van de mens aan de arbeidssituatie (fitting the man to
the job).
Bijvoorbeeld: selectie, waarbij een functie als een gegeven wordt beschouwd en er gezocht moet
worden naar een persoon die binnen die functie past.
o Organisatiepsychologie: de studie van het gedrag bij het samenzijn van mensen in een
organisatie.
Bijvoorbeeld: studie naar groepsgedrag, leiderschap maar ook organisatiestructuren.
3. HISTORISCHE EN MAATSCHAPPELIJKE EVOLUTIES
De A&O psychologie is niet uit zichzelf ontstaan, maar is het gevolg van een aantal
historische en maatschappelijke evoluties:
1) FILOSOFIE
• Descartes, Bacon, Kant… hebben uitspraken gedaan over de mens en zijn handelen
• Deze ideeën staan aan de basis van de psychologie in het algemeen en dus ook van de
A&O psychologie
2 belangrijke figuren:
o Plato:
- Beschreef de ideale Staat als een plaats waar er aan personen taken moesten
worden toegewezen waarvoor zij het best geschikt waren.
- Was van mening dat er geen twee personen identiek zijn: mensen verschillen qua
natuurlijke begaafdheden.
- Eerste vorm van testing van mensen: stelde een een militaire geschiktheidstest op
om soldaten van de ideale Staat te selecteren.
o Juan de Dios Huarte y Navarro:
- Sprak over grote individuele verschillen tussen personen.
- Verschillende beroepen vereisen dus ook verschillende vaardigheidspatronen.
- Vond dat het belangrijk was dat de staat een goede beschrijving gaf van de
beroepen die ze aanbood, zodat de jongeren verplicht werden het kennisdomein te
bestuderen waarvoor ze het meest geschikt waren:
1) Voordeel voor de staat
2) Voordeel voor het individu: geen tijd en moeite verspillen
2) NATUURWETENSCHAPPELIJKE METHODE
Centraal staat hierbij de experimentele aanpak:
observatie → hypothese → toetsing → verwerping/aanvaarding hypothese
2
, ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
lOMoARcPSD|2
1) Bijvoorbeeld: experiment van Watson met Little Albert, waarbij duidelijk werd dat angs is
aangeleerd. Kind ziet eerst een ratje en heeft er geen angst van.
Wanneer er een luide knal wordt toegevoegd bij het zien van het ratje heeft
Albert angst. Later enkel bij het zien van het ratje gaat hij ook angst kennen.
De angst kan zelf veralgemenen naar de kleur wit, omdat de rat wit was.
2) Bijvoorbeeld: experiment van Milgram:
Observatie: hoe komt het dat mensen in staat waren tot zo een vreselijke dingen (WOII)
Hypothese van milgram: als mensen in contact komen met iemand met hogere status-> zijn ze
makkelijk geneigd om deze te persoon te volgen.
Toetsing: proefpersoon in labo moest op een stoel zitten en meedoen aan leer experiment waar
iemand dingen moest onthouden en als hij een fout maakte moest de proefpersoon een
elektrische schok geven aan hem. (begint met weinig steeds hoger) 65% van de mensen gingen
tot 450 volt (het maximum en dodelijk)
Aanvaarding hypothese Milgram: als iemand met status (begeleider van het experiment in labo-
jas) iets vraagt kijken mensen veel minder kritisch en aanvaarden ze wat er van hen verwacht
wordt.
3) MAATSCHAPPELIJKE ONTWIKKELING/SOCIALE INVLOEDEN
• In de Middeleeuwen was er een verstedelijking. Dit heeft voor industrie gezorgd,
waardoor er betere middelen kwamen om te werken zoals de technologie.
• Mensen traden toe tot structuren en organisaties. Hierdoor werd het sociale leven sterk
beïnvloed en ontstond er een nieuwe dynamiek → nood aan psychologie van de
werkende mens!
4) HUMANISME
• Hier treedt een hernieuwde aandacht voor de mens op.
• Men verdiepte zich in bijzondere groepen personen zoals kinderen en geesteszieken.
5) EERSTE ACADEMISCHE ONTWIKKELINGEN
• 1876: Het eerste psychologisch labo werd opgericht door Wundt in Leipzig.
→ vooral eenvoudige experimenten naar reacties op prikkels.
• In dit labo werden expermenten bestudeerd volgens een empirischnatuurwetenschappelijke
methode met 2 methodologische elementen centraal stonden:
1) Experimenteel onderzoek: adhv. Observatie, hypothese, toetsing en het al dan niet
aanvaarden van de hypothese.
Probleem: bepaalde variabelen die men wil onderzoeken in het arbeidsveld zijn moeilijk
te isoleren en dus niet direct apart te variëren.
2) Introspectie: proefpersonen vertellen wat ze gevoeld hebben, gedacht hebben bij de
uitvoering van de proeven, ze moeten dus in zichzelf kijken en dat onder woorden
brengen.
Probleem: validiteit is een minpunt aangezien de resultaten moeilijk te controleren zijn.
Deze aanpak heeft zich dan verspreid naar de VS en werden er op verschillende
plaatsen psychologische laboratoria opgericht.
6) ARBEIDSPSYCHOLOGIE/CONSUMENTENPSYCHOLOGIE
• Begin 20ste eeuw: begin van de A&O psychologie waarbij men psychologische
inzichten en de experimentele methode ging toepassen op bedrijfsfenomenen.
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur pn99. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,94. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.