Samenvatting van het hele vak ondernemingsrecht, afgerond met een 7. In deze samenvatting zijn alle casussen van het hele vak beantwoord en uitgewerkt, alle relevante literatuur is in deze samenvatting opgenomen.
Eenmanszaak: het vermogen dat je hebt is privé en zakelijk hetzelfde, er is geen sprake van
een afgescheiden vermogen, je bent met je gehele vermogen aansprakelijk voor alles wat er
gebeurt. De eenmanszaak is geen rechtspersoon, er gelden geen oprichtingsvereisten.
Maatschap: dit is een wederkerige overeenkomst tussen de vennoten, de maatschap is geen
rechtspersoon, de oprichting van de maatschap is vormvrij, bij aansprakelijkheid kun je
alleen de maat aanspreken die de handeling heeft verricht (hiervoor geldt dus een minder
strenge aansprakelijkheid in vergelijking met de Vof). Bij de maatschap is er sprake van een
zaaksvermogen en een eigen vermogen.
Nv en Bv: de rechtspersonen van boek 2, dit zijn kapitaalvennootschappen, bij
rechtspersonen staat het vermogen van de vennootschap los van het privévermogen
- Coöperatie: deze is opgericht als een vereniging maar mag geen winst uitkeren
Artikel 2:53 lid 1 BW bepaalt dat een coöperatie een bij notariële akte als
coöperatie opgerichte vereniging is.
Moet in de statuten een doel stellen
Moet de stoffelijke behoeften van haar leden voorzien door middel van
overeenkomsten
- Vereniging: mag geen winst uitkeren aan eigen leden
Artikel 2:26 lid 1 BW bepaalt dat een vereniging een rechtspersoon is met
leden die is gericht op een bepaald doel.
Op grond van lid 3 geen winst uitkeren aan leden
Rechtspersoon in de
- Stichting: organisatie zonder leden, alleen een bestuur dat de doelstellingen
realiseert
Artikel 2:285 lid en lid 3 BW bepalen dat de stichting geen leden kent en
geen uitkeringen mag doen aan bestuur tenzij deze een ideële of sociale
strekking hebben
De maatschap, Vof en Cv:
De maatschap is geregeld in artikel 7A:1655 BW.
- Overeenkomst: het gaat hier om een wederkerige overeenkomst, boek 3 en boek 6
zijn dus ook van toepassing, er wordt iets verwacht van beide kanten, de
overeenkomst is vormvrij (tenzij er intern iets anders geregeld is), de overeenkomst is
obligatoir en het is een duurovereenkomst (dus niet eenmalig)
- Samenwerking: de vennoten dienen samen te werken, ze staan niet boven elkaar en
er mag geen sprake zijn van een mate van ondergeschiktheid, de partijen moeten
gelijkwaardig zijn aan elkaar (dit hoeft niet 100% te zijn)
- De maatschap bestaat uit 2 of meer personen
- De maten delen het voordeel met elkaar, de maatschap strekt tot een actieve
samenwerking van de maten, het voordeel komt aan allen toe
- De inbreng in de maatschap: artikel 7A:1662 BW
De maatschap is de volledige naam waaronder de Cv en de Vof ook vallen, de regels die
voor de maatschap gelden, gelden dus ook voor de Cv en de Vof.
1
,Stel: er is sprake van een samenwerkingsverband, om te bepalen of er sprake is van een
maatschap, Vof of Cv volg je de volgende stappen:
1. Is er sprake van een maatschap op grond van artikel 7A:1655 BW?
- Overeenkomst
- 2 of meer personen
- Inbreng
- Voordelen verdelen
2. Er is sprake van een maatschap, maar welke vorm?
Is de maatschap stil of openbaar?
- Stille maatschap: geen gemeenschappelijke naam = maatschap
- Openbare maatschap: gemeenschappelijke naam beroep of bedrijf toetsen
3. Uitoefening van beroep of bedrijf?
- Uitoefening van bedrijf (bedrijf is meer gericht op het maken van winst (timmerman))
Alleen beherend vennoten = Vof
Beherende en stille vennoten = Cv
- Uitoefening van beroep (beroep is een bepaald ideaal dat je nastreeft (advocaat of
dokter)) = maatschap
Stille vennoten zijn niet geheel aansprakelijk, deze spelen intern een rol maar verrichten
geen externe bestuurshandelingen en kunnen alleen aansprakelijk gehouden worden voor
hetgeen zij inbrengen. Beherend vennoten spelen intern en extern en rol.
De inbreng in de personenvennootschap is geregeld in artikel 7A:1662 BW en kan voorzien
in de volgende vormen:
- Het leveren van een prestatie
- Het ter beschikking stellen van geld, goederen (in de zin van artikel 3:1 BW), genot
van zaken en vermogensrechten of arbeid
- Knowhow (bijvoorbeeld uitleggen op welke manier je iets het beste kunt aanpakken)
- Goodwill (bijvoorbeeld reputatie)
Er kan worden ingebracht op het moment van ontstaan van de personenvennootschap, maar
dit kan ook op een later moment wanneer dit wordt afgesproken, er kan bijvoorbeeld bepaald
worden dat iemand gaat inbrengen, maar dat dit over 3 maanden pas feitelijk gaat gebeuren.
Er kan op 3 manieren worden ingebracht:
1. Juridisch eigendom: dit is eigendom van de gezamenlijke vennoten, de risico’s zijn ook
voor de gezamenlijke vennoten
- Als de vennootschap wordt ontbonden op het moment dat iets juridisch is ingebracht
en je kunt het niet meer terugkrijgen, bijvoorbeeld een huis dat verkocht is, dan kun je
altijd nog de waarde ervan terugkrijgen
2. Economisch eigendom: dit is eigendom van de inbrengende vennoot, de risico’s zijn
voor de gezamenlijke vennoten
3. Genot: dit is eigendom van de inbrengende vennoot, de risico’s zijn ook alleen voor de
inbrengende vennoot
STAAT ER NIKS IN DE OVEREENKOMST, DAN IS ER SPRAKE VAN JURIDISCHE
INBRENG
2
, De gebonden gemeenschap houdt in dat de in een personenvennootschap ingebrachte
goederen een gebonden gemeenschap vormen, ze zijn bestemd om te worden aangewend
tot het bereiken van het doel van de vennootschap. Een vennoot kan tijdens de duur van de
vennootschap niet vrijelijk beschikken over zijn aandeel in die goederen. Ook vormen deze
goederen van de vennootschap een afgescheiden vermogen dat dient als verhaalsobject
voor de schuldeisers van de vennootschap.
Deze gebonden gemeenschap geldt alleen bij de juridische inbreng, bij economische
inbreng en genot kun je wel nog vrij over de goederen beschikken in de maatschap, Vof en
Cv.
Het afgescheiden vermogen van de vennootschap houdt in dat het vermogen van de entiteit
strikt gescheiden is van het privévermogen van de betrokken personen. Voor de
vennootschap betekent dit dat de bezittingen van de vennootschap apart worden gehouden
van de persoonlijke bezittingen van de vennoten.
Boeschoten/Besier-arrest: de Vof heeft een afgescheiden vermogen
Hovema/Spreeuwenberg-arrest: de Cv heeft een afgescheiden vermogen
Voor de maatschap geldt:
- De openbare maatschap heeft een afgescheiden vermogen
- De stille maatschap heeft een afgescheiden vermogen niet nodig TENZIJ er toch
naar buiten wordt getreden, in dat geval is er ten opzichte van de specifieke
schuldeiser een afgescheiden vermogen
De aansprakelijkheid van de Vof is geregeld in artikel 18 WvK. Hiervoor geldt een
hoofdelijke aansprakelijkheid, iedereen is voor het geheel aansprakelijk en de eiser zou dus
mogelijk kunnen kiezen welke vennoot hij aansprakelijk stelt, ook is er een keuze tussen het
afgescheiden vermogen en het privévermogen.
De aansprakelijkheid van de Cv is geregeld in artikel 18 WvK voor de beherend vennoten,
deze zijn hoofdelijk aansprakelijk. Stille vennoten zijn niet aansprakelijk krachtens artikel 20
WvK, tenzij er sprake is van een overtreding krachtens artikel 21 WvK.
Lunchroom de Katterug-arrest: als een stille vennoot zich gaat gedragen als een beherend
vennoot, dan staat daar een hoge sanctie op. Dit arrest bepaalt over deze sanctie dat deze
uitsluitend gerechtvaardigd is indien en voor zover zij in overeenstemming is met de
strekking ervan. Je moet dus kijken of de sanctie in overeenstemming is met wat er in artikel
21 WvK wordt bepaald, dit is een verlichting van de strenge sanctie van het artikel, het is
namelijk van belang dat er gebleven moet worden bij waar de sanctie voor bedoeld is.
De aansprakelijkheid van de maatschap is geregeld in artikel 7A:1680 BW, de vennoten van
de maatschap zijn aansprakelijk voor gelijke delen. De vennoten kunnen door de schuldeiser
met wie zij gehandeld hebben aangesproken worden, ieder voor gelijke som en gelijk
aandeel, tenzij bij het aangaan van de overeenkomst anders is bepaald.
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Bentephilippens. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,16. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.