Les 1 (15 februari)
Cultuur – Kramsch
Cultuur is
het lidmaatschap van een discoursgemeenschap
die een gemeenschappelijk sociale ruimte en geschiedenis deelt,
en gemeenschappelijke voorstellingen
“Zelfs wanneer zij die gemeenschap hebben verlaten, kunnen de leden ervan, waar zij zich ook
bevinden, een gemeenschappelijk stelsel van normen voor waarnemen, geloven, beoordelen en
handelen behouden. Deze normen zijn wat algemeen hun "cultuur" wordt genoemd.
Imagined Communities
Benedict Anderson is een politicoloog die het begrip "ingebeelde gemeenschappen" introduceerde in zijn boek
"Imagined Communities: Reflections on the Origin and Spread of Nationalism" (1983). Anderson stelt dat
naties geen objectieve entiteiten zijn die in de werkelijkheid bestaan, maar dat ze worden opgebouwd via
culturele, sociale en politieke processen. Deze processen omvatten de creatie van gedeelde symbolen, mythen
en waarden die mensen ondanks hun verschillen als gemeenschap samenbinden. Anderson stelt dat de natie
een ingebeelde gemeenschap is, omdat het onmogelijk is dat elk lid van een natie elk ander lid kent. In plaats
daarvan stellen mensen zich een gemeenschapsgevoel voor op basis van gedeelde ervaringen, geschiedenis en
cultuur. Deze gedeelde ervaringen creëren een gevoel van solidariteit en verbondenheid, ondanks het feit dat
de meeste leden van een natie elkaar nooit zullen ontmoeten of contact met elkaar zullen hebben.
Anderson wijst er ook op dat de ingebeelde gemeenschap van een natie zich voortdurend ontwikkelt en
verandert, omdat er nieuwe symbolen, mythen en waarden worden gecreëerd en gedeeld. In het algemeen
suggereert Andersons concept van "ingebeelde gemeenschappen" dat nationalisme geen natuurlijk of
onvermijdelijk onderdeel is van de menselijke samenleving, maar eerder een sociale constructie die wordt
gecreëerd en in stand gehouden door culturele en politieke praktijken.
Soft Power
Soft power is een concept in internationale betrekkingen en diplomatie dat verwijst naar het vermogen van
een land om anderen te beïnvloeden met niet-dwingende middelen, zoals cultuur, waarden en buitenlands
beleid. Soft power staat tegenover hard power, het vermogen van een land om anderen met militaire en
economische middelen te beïnvloeden. Soft power kan op verschillende manieren worden bereikt, zoals
culturele export (zoals muziek, films en literatuur), onderwijs- en uitwisselingsprogramma's, humanitaire hulp
en de bevordering van democratische waarden en mensenrechten. Soft power kan worden beschouwd als een
belangrijk instrument voor een land om zijn belangen en waarden in de wereld te bevorderen en positieve
relaties met andere landen op te bouwen. De term "soft power" werd begin jaren negentig bedacht door de
politicoloog Joseph Nye, en is sindsdien een veelgebruikt begrip geworden op het gebied van internationale
betrekkingen.
, Symbolisch kapitaal – Pierre Bourdieu
Pierre Bourdieu, een Franse socioloog, ontwikkelde het begrip "symbolisch kapitaal" om een vorm van sociaal
kapitaal te beschrijven dat eerder gebaseerd is op sociale en culturele erkenning dan op economische
middelen.
Symbolisch kapitaal verwijst naar de waarde en erkenning die een persoon of organisatie van de samenleving
krijgt vanwege zijn prestige, status en reputatie. Het houdt verband met attributen zoals opleiding, cultuur,
knowhow, professionele reputatie en sociale vaardigheden, die in een bepaalde samenleving worden
beschouwd als tekenen van onderscheid en verdienste.
Volgens Bourdieu kan symbolisch kapitaal worden omgezet in economisch, politiek of sociaal kapitaal, omdat
het vaak wordt geassocieerd met een hoge status in de samenleving. Individuen of groepen met een hoog
symbolisch kapitaal zijn in staat sociale normen, waarden en oordelen te beïnvloeden, waardoor zij macht en
gezag hebben in hun vakgebied. Volgens Bourdieu is symbolisch kapitaal vooral belangrijk op cultureel gebied,
zoals kunst, literatuur en muziek, waar prestige en sociale erkenning vaak belangrijker zijn dan materiële
rijkdom. Het is echter ook aanwezig op andere gebieden, zoals de politiek, het bedrijfsleven en sociale
betrekkingen in het algemeen.
Les 2 (22 februari)
Taalrelativiteit / Linguistic relativity
= de theorie dat talen de denkprocessen van hun gebruikers beïnvloeden.
In hoeverre worden de wereldbeelden en mentale activiteiten van leden van een sociale groep gevormd door,
en zijn ze afhankelijk van de taal die ze gebruiken?
De relatie tussen taal en cultuur – Edwin Sapir
Mensen leven niet alleen in de objectieve wereld, noch alleen in de wereld van de sociale activiteit
zoals die gewoonlijk wordt opgevat, maar zijn in hoge mate overgeleverd aan de specifieke taal die het
uitdrukkingsmiddel van hun samenleving is geworden.
Geen twee talen lijken ooit voldoende op elkaar om beschouwd te worden als representatief voor
dezelfde sociale werkelijkheid
De werelden waarin verschillende samenlevingen leven zijn verschillende werelden, niet slechts
dezelfde wereld met verschillende etiketten erop.
De relatie tussen taal en cultuur – Benjamin Lee Whorf
Het linguïstische achtergrondsysteem (de grammatica) van elke taal is niet een reproductie-instrument voor
het verwoorden van ideeën, maar is zelf de vormer van ideeën, het programma en de gids voor de mentale
activiteit van het individu, voor zijn analyse van indrukken, ....
Het formuleren van ideeën is geen zelfstandig proces, strikt rationeel in de oude zin, maar maakt deel uit van
een bepaalde grammatica, en verschilt, van licht tot sterk, tussen verschillende grammatica's. Wij ontleden de
natuur langs lijnen die door onze moedertaal zijn vastgelegd.
Steven Pinker & Psycholinguists Eric Lenneberg and Roger Brown