Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
Recherché précédemment par vous
Volledige samenvatting VOLKENRECHT - prof. De Feyter - AJ 23-24 WELL EXPLAINED BY EXPERTS AND 100% CORRECTLY VERIFIED AND GRADED A+ LATEST UPDATE 2024 100% GUARANTEED SUCCESS AFTER DOWNLOAD(ALL YOU NEED TO PASS YOUR EXAMS)ALREADY PASSED€8,29
Ajouter au panier
Volledige samenvatting VOLKENRECHT - prof. De Feyter - AJ 23-24 WELL EXPLAINED BY EXPERTS AND 100% CORRECTLY VERIFIED AND GRADED A+ LATEST UPDATE 2024 100% GUARANTEED SUCCESS AFTER DOWNLOAD(ALL YOU NEED TO PASS YOUR EXAMS)ALREADY PASSED
5 vues 0 fois vendu
Cours
Volledige samenvatting
Établissement
Volledige Samenvatting
Volledige samenvatting VOLKENRECHT - prof. De Feyter - AJ 23-24 WELL EXPLAINED BY EXPERTS AND 100% CORRECTLY VERIFIED AND GRADED A+ LATEST UPDATE 2024 100% GUARANTEED SUCCESS AFTER DOWNLOAD(ALL YOU NEED TO PASS YOUR EXAMS)ALREADY PASSED
1. Gereedschapskist van de economist
1.1 Denken in termen van keuze en schaarste
Economie = sociale wetenschap die individuele menselijke keuzes onder schaarste inclusief
de gevolgen voor de hele maatschappij bestudeert.
Economische behoeften = verlangens van de mens waaraan hij/zij slechts kan voldoen door
het inzetten van schaarse middelen
Schaarste: Mogelijke aanwendingen > Beschikbaarheid
-> iets is enkel schaars als het gewild is, ook dingen die niet zeldzaam zijn, kunnen dus
schaars zijn
Principe 1: Kiezen is verliezen
-there is no such thing as a free lunch (Milton Friedman)
niets is gratis: om iets te verkrijgen, moeten we iets anders opgeven
voorbeelden:
vrije tijd vs. inkomen
-> het nemen van beslissingen vereist dat mensen afwegingen doen, dus er gebeurt een
trade-off = afruil = iets verliezen door te kiezen voor iets anders
1.2 Denken in termen van opportuniteitskosten
Principe 2: De belangrijkste kost van iets, is datgene dat je moet opgeven om het te krijgen
-beslissingen vereisen een vergelijking tussen kosten & opbrengsten
bv. Werken vs. studeren -> belangrijkste kost van studeren = het geld dat je had kunnen
verdienen = OPPORTUNITEITSKOST (= alternatieve kost) = de niet gerealiseerde
opbrengst van het best mogelijke alternatief voor de gemaakte keuze. De opportuniteitskost
meet de gemiste opbrengst van een alternatief middelengebruik en is meestal de
belangrijkste kost van een afruil
! Het rendement op de best mogelijke alternatieve investering is voor de economist dus een
echte opportuniteitskost. Voor een boekouder valt dit niet onder kosten, maar Economische
winst = som van alle opbrengsten – som van alle kosten, incl. opportuniteitskosten
1.3 Denken in termen van economische prikkels
Principe 3: Rationele mensen denken marginaal
- rationele mensen vergelijken MO & MK
- Marginale veranderingen zijn kleine incrementele (= groeiende) veranderingen aan
een bestaand plan/ bestaande actie
- MK = kosten van een bijkomende eenheid output. Kan ook berekend worden als de
eerste afgeleide van de TK
- Marginale baten = baten van een bijkomede eenheid output. Kan ook berekend
worden als de afgeleide van de TB
- winstmaximalisatie: MO = MK
1
, - Bygones are bygones: kosten uit het verleden spelen niet mee
bv. fuif organiseren, met volgende gegevens:
Vaste kosten (al uitgegeven): 10 000,-
Variabel: 3p.p., gerekend op 1000 pers dus 3000,-
opbrengsten: 15p.p., gerekend op 1000 pers dus 15 000,-
MAAR: stel ineens 200 pers dan verlies,
maar toch laten doorgaan want MO (3000) > MK (600)
Principe 4: Mensen reageren op prikkels
- marginale veranderingen in K of O motiveren mensen om te reageren
- Een alternatief wordt boven een ander verkozen indien de marginale voordelen de
marginale nadelen overstijgen
Overige principes
Principe 5: Handel kan tot wederzijdse voordelen leiden
- mensen hebben er baat bij met elkaar te handelen
- Concurrentie leidt tot grotere voordelen van vrije handel
- Handel laat mensen toe zich te specialiseren in wat ze het best kunnen
Principe 6: Markten zijn een goede manier om activiteiten te organiseren
- In een markteconomie worden middelen toegewezen via gedecentraliseerde
beslissingen van vele bedrijven en huishoudens bij hun interacties op goederen- en
dienstenmarkten
- Adam Smith: theorie van de onzichtbare hand
- markteconomieën bestaan uit kleine planeconomieën
Principe 7: Overheden kunnen soms de marktuitkomst verbeteren
-> Marktfalingen kunnen worden veroorzaakt door:
- een externaliteit = de impact van iemands daden op de het welzijn van omstaanders
- marktmacht = de macht van een persoon of bedrijf om prijzen ongepast sterk te
beïnvloeden
- informatie - asymmetrieën = informatie is niet perfect, bv. kwaliteit van een product is
niet altijd gekend door consument
-> in geval van marktfalingen kan de overheid tussenkomen om de efficiëntie, eerlijkheid en
gelijkheid te bevorderen.
2
,1.4 De rol van aannames en modellen
De wetenschappelijke methode: inductie - deductie - inductie
Wetenschap:
1. Observeert de werkelijkheid
2. verklaart observaties a.d.h.v. abstracte modellen -> INDUCTIE
3. leidt uit die modellen hypotheses af -> DEDUCTIE
4. test hypotheses en stelt ze bij -> INDUCTIE
Deductie = vanuit een algemeen inzicht gevolgtrekkingen maken voor een specifiek
deelinzicht
Inductie = Op grond van specifieke waarnemingen komen tot een verband
è zo lang je de hypothese niet kan weerleggen, blijft het model voorlopig aanvaard.
Nieuwe inzichten kunnen model bijsturen en verbeteren.
De rol van aannames (=ergens vanuit gaan) = assumpties
economie = aannames maken om de wereld begrijpelijker te maken
wetenschappelijk denken = juiste aannames maken
economen gebruiken verschillende aannames om verschillende vragen te beantwoorden:
- ceteris paribus = het overige gelijk blijvend
- homo economicus = streeft haar/zijn eigenbelang na door rationeel de kosten en
baten van verschillende alternatieven te berekenen en tegen elkaar af te wegen en te
kiezen voor dat alternatief dat haar/hem het meeste nut oplevert.
- perfecte informatie = Consument & producent hebben de perfecte kennis over prijs,
nut, kwaliteit en productiekosten
1.5 Het eerste model: de productiemogelijkhedengrens (PMG)
(= productiemogelijkhedencurve)
= curve die voor elk mogelijk productieniveau van een bepaald goed aangeeft hoeveel er
maximaal van een ander goed kan worden geproduceerd, gegeven de productiefactoren en
de productiviteit.
Productiefactoren = De schaarse middelen die de producenten inzetten om tot een productie
te komen
Productiviteit = output/input
3
, Concepten die de productiemogelijkhedencurve illustreert
- Schaarste en keuze = je moet kiezen wat je opgeeft door schaarste
- Opportuniteitskost: ja kan de opportuniteitskost van 1 extra kokosnoot uitdrukken als
(verlies aan ananas)/(winst in kokosnoot) -> is op elk punt van de PMG uit te drukken
als de helling van de raaklijn aan dat punt
- Heterogeniteit productiefactoren: wordt weergegeven door de helling van de curve ->
niet elk stuk grond en elke arbeider is even geschikt voor ananas
- Pareto-efficiëntie: een allocatie van productiemiddelen is par-eff als je van geen
enkel goed meer kan produceren zonder van een ander goed minder te produceren.
Alle punten op de PMG zijn par-eff, alle punten eronder inefficiënt -> is typisch het
geval in economische recessie, waarbij veel beschikbare arbeid en
investeringsgoederen niet optimaal worden benut -> recessie daarom per definitie
niet par-eff
- !""#$#%&'#( * +(,#-./(#0 1 2($/'34420#+/(#0
- Effect van productiviteitstoename: door een productiviteitsverbetering in 1 sector, kan
men een toename van productie in beide sectoren bereiken ->
productiviteitstoename maakt productiefactoren vrij die ergens anders kunnen
worden ingezet
- Bronnen economische groei (eco groei = toename van niveau van economische
activiteit van bepaalde plaats over bepaalde periode) -> belangrijkste bron: toename
productiviteit (daarvan belangrijke bron: specialisatie en handel -> zie volgend hfst)
EXTRA
Effect van migratie op de productiemogelijkhedengrens:
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ESCALITothethinker. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,29. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.