Orthopedagogische Interventies 2e jaar orthopedagogie
Hoofdstuk 1: Universal Design for Learning (UDL)
1. Inleiding
Filmpje – Wat kinderen zien & ouders
- Kinderen zien geen verschil, ouders wel
o Ouders zien verschil tussen mensen met een beperking & ‘gewone’ mensen
o Kinderen zien dit niet (iedereen is hetzelfde voor hen)
Nog voorbeelden:
- Boekje anna: probeert diversiteit in haar boeken te steken
- 2 meisjes: hadden geen oog voor andere huidskleur, maar oog voor zelfde outfit
(kenden elkaar niet, maar op feestje waren ze steeds met elkaar bezig)
Het afwijkende valt op (op een wit vlak, gaat het zwart puntje opvallen)
1.1 Diversiteit als normaliteit
- Diversiteit = norm
-> Leren hoe we ermee moeten omgaan
Brede invulling, alle manieren waarop we van elkaar verschillen
Verschillen in:
- socio-economische status (SES),
- geslacht,
- leeftijd,
- etnisch-culturele achtergrond,
- beperkingen,
- anders- of meertaligheid,
- interesses,
- thuistaal,
- kledingstijl,
- leertempo,
- competenties,
Onveranderbaar, van bij de geboorte aanwezig <-> Veranderbaar, gedurende het leven
Zichtbaar <-> Onzichtbaar
-> We moeten diversiteit beschouwen als de norm ipv als een ‘abnormaal gegeven’
2. Relevantie
Wettelijk kader/regelgeving
België bekrachtigde het verdrag van de Verenigde Naties voor de rechten van personen met
een handicap op 2 juli 2009 (aanname 2006 en ratificatie 2009).
Om van inclusief onderwijs te spreken, moet de heersende diversiteit onder de
leerlingpopulatie geaccepteerd worden. Vervolgens is het de school die ondersteuning op
maat aanbiedt en zich schikt naar de noden van de leerling. Als laatste zet inclusief onderwijs
in op het verbreden van het zorgaanbod op school, waardoor aanpassingen voor alle
1
,Orthopedagogische Interventies 2e jaar orthopedagogie
leerlingen toegankelijk worden (Decreet Houdende Een Kader Voor Het Vlaams
Gelijkekansen-En Gelijkebehandelingsbeleid, 2008).
UDL - zorgcontinuüm
In de regelgeving vinden we UDL terug tussen de mogelijke handvaten om IO mogelijk te
maken
- Het is zo dat UDL de brede basiszorg voor alle ll in fase 0 van het zorgcontinuüm
versterkt
o Het UDL kader is een kader waardoor je die brede basiszorg NOG breder kunt
maken -> hoe kan je zoveel mogelijk leerlingen uit de klas ‘tot leven doen
komen?’
UDL kader kan grote rol spelen bij grote basiszorg
-> Wat de leerkracht zelf voor de lln dingen voorziet
-> Kan breder gemaakt worden id klas
Filmpje – potloodjes
Ze hebben een manier gezocht waar het witte potlood ook kan meedoen met de activiteit
van de andere potloodjes
-> V wit naar grijs blad
Inclusie -> Omgeving = aangepast
2.1 Inclusief onderwijs
Het normaliseren van diversiteit is zowel belangrijk in de samenleving als in de
schoolcontext.
- ‘Inclusief onderwijs’ = een onderwijssysteem dat de participatie van alle leerlingen
mogelijk maakt, ongeacht hun achtergrond of ondersteuningsnoden.
- België krijgt de stempel van de meest gesegregeerde setting
- Meer dan 5% gemiddeld aantal leerlingen die in het buitengewoon onderwijs zitten
Voordelen inclusief onderwijs:
- Op niveau van de leerlingen:
o Inclusie stimuleert positieve sociale contacten, interactie en vriendschappen
o Inclusie verplicht om na te denken over ‘redelijke aanpassingen’, waardoor
het recht op ondersteuning verzekerd is
- Op niveau van de leerkrachten:
o Inclusief onderwijs vraagt om onderwijs af te stemmen op de noden van een
klasgroep + de leerkracht wordt ontwerper van een uitdagende leeromgeving
o Inclusief onderwijs scherpt de competenties van leerkrachten aan, door hun
repertoire aan onderwijsstrategieën uit te breiden
2
,Orthopedagogische Interventies 2e jaar orthopedagogie
o Inclusie nodigt uit om samen te werken met verschillende partijen, wat
leerkrachten stimuleert om samen met anderen te leren
2.2 Wettelijk kader
België bekrachtigde het verdrag van de VN voor de rechten van personen met een handicap
op 2 juli 2009.
- Dit verdrag zegt dat het een basisrecht is om aan de samenleving deel te nemen en
er een deel van uit te maken
- Artikel 24: inclusief onderwijs op alle niveaus, redelijke aanpassingen
TOEGANG + PARTICIPATIE
o Dit houdt in dat landen redelijke aanpassingen moeten doen en doeltreffende
maatregelen moeten nemen opdat mensen met een handicap toegang krijgen
tot alle vormen van onderwijs + er ook effectief aan kunnen deelnemen
3. UDL
3.1 Oorsprong UDL
-> Afkomstig van architectuur
UD vertaalt naar onderwijscontext
- Pro-actief te werk gaan (en minder aanpassingen nadat het probleem zich reeds
stelt)
- Flexibel omspringen met doelen, methoden, lesmaterialen, evaluatie
- Breed (universeel) toegankelijk maken van onderwijs
- Vertrekpunt: erkenning dat verschil/diversiteit de realiteit/meerwaarde is
Universal Design
- Architectuur
- Gebouwen ontwerpen voor een zo divers mogelijke groep
- Winst: minder duur, mooier, efficiënter, groter bereik
Universal Design for Learning
- Onderwijs
- Les(materiaal) ontwerpen voor een zo divers mogelijke groep
- Vertrekpunt: diversiteit = meerwaarde!
- Winst?
UD = minder duur, want aanpassingen achteraf kosten meer
3.1.1 Winst UDL?
- Verschillende onderwijsbehoeften van individuele leerlingen
- Positief effect voor de groep
- Eerlijker, geen ‘label’ nodig
- Daagt uit om de lat hoog te blijven leggen
- Zelf leerproces in handen nemen
- Redelijke aanpassingen realiseren
3
, Orthopedagogische Interventies 2e jaar orthopedagogie
3.2 Neurologische achtergrond en principes
Voorbeeld affectieve netwerk:
- Win-wintafel:
o Kleuterjuf wou conflict oplossen tussen kinderen zonder een gevoelloze sorry
o Twee kindjes zitten recht tegenover elkaar en moeten zeggen hoe ze zich
voelen bij dit bepaalde feit en wat een mogelijke oplossing zou kunnen zijn..
Voorbeeld herkenningsnetwerk:
- Dagplanning elke ochtend overlopen met volledige klas
- Bewegend leren om leerstof te herhalen of te pre-teachen
Voorbeeld strategische netwerk:
4