WAT IS EEN ORGANISATIE?
1.1
Bv. Overheidsorganisatie, commerciële organisatie,…
Bv. Hotel, ziekenhuis, google, bakker, …
1.2 ORGANISATIESTRUCTUUR EN ORGANOGRAM (DIA 6,..)
Structuur: wie welke taken uitvoert
Organogram: schematische voorstelling vd structuur zie vb dia 8
1.3 MISSIE
= Waarvoor de mensen vd organisatie staan.
1.4 VISIE
Waar gaan we naartoe, wat willen we bereiken?
1.5 WAARDEN
Overtuiging dat een bepaald gedragspatroon goed is om volgens te handelen/zich gedragen.
Bv. Respect, eerlijkheid, openheid, zelfstandigheid,…
1.6 STAKEHOLDERS VD ORGANISATIE
Bv. Aandeelhouders, werknemers, klanten, samenleving, wij als studenten zijn stakeholders van thomas more,
…
,WAAROM ONDERZOEK EN HOE DOEN WE ONDERZOEK NAAR M&O?
Doel: kennis opbouwen, organisatiedoelen bereiken,
Hoe? Observeren, verklaren, voorspellen
WETENSCHAPPELIJKE KENNIS VS INTUITIE
Bv. Perfectionisme:
Iemand ziet dat mensen de werksfeer anders ervaren (intuitie) (omv perfectionisme) -> verder gaan
onderzoeken (wet kennis)
KWALITATIEF ONDERZOEK (MBV: TEKSTEN, OPEN ANTWOORDEN OP VRAGEN,..)
Bv interviews, historische documenten,
Ied krijgt ong dezelfde vragen
Verkregen antwoorden w geanalyseerd, zoeken patroenen (bv. Dalingen,..)
Moeilijker dan statistiek: niet eenduidig, sommige mensen antwoorden vaag, …
MOGELIJK RESULTAAT
Er worden meer verschillen ontdekt tussen werkenden en werkzoekenden (zie vb ppt slide 6-7)
KWANTITATIEF ONDERZOEK (MBV: STATISTIEK, CIJFERMATIFE DATA)
Bv. Experimenteel onderzoek, survey – onderzoek (= vragenlijsten,… )
EXPERIMENTEEL ONDERZOEK:
W gebruikt om de invloed van de ene variabele (bv slaaptekort) op een andere variabele
(concentratie) te onderzoeken. Slaaptekort (= onafhankelijke variabele) , (concentratie =afhankelijke
variabele av); causaal verband
Rest vh leven houden ze gelijk: bv aantal werk, sport,..
ZIE DIA 9-12
Dia 12: klopt niet, 3u slaap zou meer fouten enz moeten maken.
,SURVEY – ONDERZOEK (VRAGENLIJST OZ)
W gebruikt om verband tussen versch variabelen te onderzoeken ,geen causaal verband, om dingen te
onderzoeken die niet gemanipuleerd kunnen w.
Vragenlijst afnemen om verband te brengen met andere variabele
ZIE VB DIA 14 – 16
Niet: ene mensen meer laten werken, anderen minder; wel: kijken hoe ze zijn adhv vragen
Zie model vd resultaten p20 ppt (pijl = invloed op)
P21: ( + perfectionisme -> ) + high overwork ->+ workaholism
Factoren (moderatorvariabele) zoals bv perfectionisme verhogen het effect
P 23: vb contingentievariabele (= belang van geschreven taal in de job))
Taalfouten – hoe geschikt iem is vr bepaalde job (hangt af vd job: bv journalist, kassierster,..; bij journalist is het
verband veel sterker; ook of er veel teamwerk is of niet; hoe erg vind je baas taalfouten,..)
Meer taalfouten -> minder geschikt
UITDAGINGEN VOOR ORGANISATIES
Economisch zware tijden, corona,
ATTITUDES EN WERKTEVREDENHEID
2.1 ATTITUDES
= basishouding van iemand tegenover dingen, mensen, gedrag, gebeurtenissen,…
3 KENMERKEN:
- Attitudes zijn per persoon redelijk stabiel (verandert niet zo sterk)
- Attitudes kunnen onder specifieke omstandigheden toch wijzigen (bv. Influencers, nieuwe info,..)
- Attitudes zijn positief of negatief (of neutraal) ‘gekleurd’
2.1.1 DRIE COMPONENTEN VAN EEN ATTITUDE
, 2.1.2 ATTITUDES EN GEDRAG