Een overzicht van alle stoornissen met bijbehorende prevalentiecijfers, comorbiditeit, het verschil tussen jongens en meisjes, differentiaal diagnose en de risico -en beschermingsfactoren.
Behorend bij het vak psychopathologie AY & 7082S256AY
Universiteit van Amsterdam
Premaster forensische orthop...
Overzicht prevalentie, comorbiditeit, verschil tussen jongen/meisje,
differentiaaldiagnostiek en risico-/beschermingsfactoren van de stoornissen
(DSM-5)
★ Slaapstoornissen
Prevalentie:
● Insomnie (slaaptekort): 25 tot 50 % bij één tot driejarige kinderen.
○ Inslaapproblemen
○ Doorslaapproblemen
○ Te vroeg opstaan
Onset: vanaf 1 jaar oud
● Slaapapneu (stokken v/d ademhaling): 1-2 % bij kinderen. Piek tussen 2
en 6 jaar.
Piek: 2-6 jaar
● Hypersomnie (slaapaanvallen overdag): minder dan 1 % bij kinderen
en volwassenen.
● Narcolepsie ((slaapaanvallen, acute spierslapte (= kataplexie),
heldere hallucinaties & slaapverlamming bij ontwaken) : 1 op de 1500
mensen (erg zeldzaam).
● Stoornis gebonden aan de circadiane ritmiek (geen probleem met
slaapkwaliteit, maar er wordt op verkeerde tijdstippen geslapen) :
adolescenten: minder dan 1% in EU, 5-10% VS
Parasomnieën vreemd gedrag wat het slaapproces verstoord)
● Ritmisch gedrag in overgang waken naar slapen (hoofdbonken,
slaapschokken, heen en weer bewegen van het hele lichaam, praten
in de slaap, kramp in de benen): vaak bij jonge kinderen, eerder
normaal dan stoornis.
● Pavor nocturnus (nachtelijke paniekaanvallen tijdens de nrem fase): 3
% bij 18 maanden tot 6 jarige kinderen.
● Slaapwandelen speciale vorm van pavor nocturnus, ook in de nrem
fase): 40 % kinderen wel eens. 1-6 % één tot meerdere keren per week.
Onset: 4-12 jaar
● Nachtmerries: 2-11 % kinderen vaak, 15-31% af en toe.
Onset: vanaf 3 jaar kan het kind een droom na vertellen.
Slaapgebonden bewegingsstoornissen
1
, ● Restless legs syndrome: (rusteloze benen, daardoor onbedwingbare
behoefte om ze te bewegen)
● Bruxisme (tandenknarsen): 6% kinderen
Comorbiditeit:
Het zijn primaire stoornissen en niet het gevolg van andere stoornissen.
Insomnie en hypersomnie → andere stoornissen & middelengebruik
Astma, allergie, eczeem → slaapproblemen
obesitas → slaapproblemen
Bij de volgende groepen stoornissen is het lastig vast te stellen of er alleen
sprake is van die stoornis, alleen sprake van slaapproblemen, of allebei.
Internaliserende stoornissen (angst/depressie) → slaapproblemen.
Gedragsproblemen → slaapproblemen.
ADHD → slaapproblemen.
ASS → slaapproblemen.
Verschil jongens/meisjes
De verschillen lijken samen te hangen met de leeftijd.
Nachtmerries is bijv. in de adolescentie meer bij meisjes, terwijl op jonge
leeftijd is het gelijk.
Ritmisch in slaap wiegen 4x zo vaak bij jongens.
Insomnie vanaf de puberteit vaker bij meisjes
Differentiaaldiagnose:
Pavor nocturnus → nachtmerrie. Verschilt door: kind weet niets van een
pavor nocturnus en een nachtmerrie wel en er is bij pavor meer sprake van
lichamelijke beweging en het kind is meestal niet wakker te krijgen.
Risico- en beschermingsfactoren:
Risico: onvoldoende gerijpte hersenen om goede slaap te garanderen,
moeilijk temperament, ziekten/allergieën, angst, psychische stoornissen,
lichte slapers, vermoeide ouders (reageren minder sensitief), angst/depressie
moeder, onervaren ouders (maken zich eerder ongerust), gehorig huis,
geringe sociale steun.
2
,Bescherming: geen, er zijn geen factoren die de risicofactoren
compenseren.
3
, ★ Voedings- en eetstoornissen bij het jonge kind
Prevalentie:
● Voedselneofobie (angst voor nieuw/onbekend eten): Toename 1,5 tot
2 jaar. Afname na het 6e jaar.
● Picky eater (kieskeurig): 40 % een periode, 15% constant.
● Pica (oneetbare dingen eten): normaal tot 2e levensjaar, daarna
zeldzaam, behalve bij geestelijk gehandicapten (25%).
● Ruminatiestoornis (oprispen, herkauwen): zeldzaam, komt vaker voor
bij geestelijk gehandicapten.
Onset: jonger dan 3 jaar
● Vermijdende of restrictieve voedselinname stoornis/ ARFID (zeer
weinig/selectief eten):
○ Te weinig en geen belangstelling tonen voor voedsel
○ Alleen specifiek voedsel nuttigen met specifieke zintuiglijke
sensaties: bijv. enkel vloeibaar.
○ Weigeren van eten door eerdere gebeurtenissen bijv. bijna
gestikt
● Failure to thrive (verwant aan vermijdend, leidt tot ernstige
ondervoeding): 3.5 % van de kinderen.
● Totaal voorkomen: 25-45% bij normale kinderen; tot 80% bij
verstandelijk gehandicapten en ASS
Verschil jongens/meisjes
Ruminatiestoornis meer bij jongens (5:1), omdat jongens vaker ASS hebben.
Pica idem dito. Gedrag moeder veel effect op het kind.
Differentiaaldiagnose:
Rumineren en kokhalzen. Rumineren doet het kind vrijwillig en vinden het
prettig. Kokhalzen is niet vrijwillig en wordt ook niet als prettig ervaren.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur S8D8D. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.