Hierbij verkoop ik mijn lesnotities zoals genoteerd bij de lessen van Prof Taelman in 2024. De notities staan telkens onder de bijhorende dia. Ook de cursus is er in verwerkt, waardoor je bij het studeren enkel nog dit document nodig hebt. Ik heb het gebruikt in eerste zit, en ben geslaagd met 14/2...
VAKGROEP METAJURIDICA, PRIVAAT- EN ONDERNEMINGSRECH T
INSTITUUT VOOR PROCESRECHT
BURGERLIJK PROCESRECHT
1
, RECHTSMIDDELEN – HOGER BEROEP
Partijen in hoger beroep
- alleen wie partij was in eerste aanleg (voor derden die geschaad worden:
derdenverzet; uitzondering: art. 1052))
- alleen door hen die partij waren in eerste aanleg
- voorbeelden:
A B
- A vordert € 10.000: vordering wordt integraal ingewilligd/vordering wordt slechts
gedeeltelijk ingewilligd/vordering wordt afgewezen
A B HV: A vordert € 10.000
TV: B vordert teruggave boekhouding
2
Nu kijken we naar de partijen in hoger beroep. De derde toelaatbaarheidsvereiste is
namelijk dat er alleen hoger beroep kan worden ingesteld door iemand die partij was
door iemand die partij was in het geding in eerste aanleg. → Je kan dus alleen HB
instellen als je partij was bij de uitspraak, en je kan het alleen instellen tegen iemand
die partij was.
Derden die door de uitspraak geschaad kunnen worden → Het is denkbaar dat
derden schade ondervinden door een uitspraak waar ze niet bij betrokken waren.
Deze derden kunnen dan derdenverzet aantekenen.
Alleen wie partij was in eerste aanleg, kan dus HB aantekenen. → Vb: A heeft een
hoofdvordering ingesteld tegen B. A vordert hierbij 10K van B. De rechter kent hem
10K toe. Wie kan HB aantekenen tegen dit vonnis? Alleen B, want alleen hij heeft
belang. A heeft geen belang, want hij heeft alles gekregen wat hij wou. → Ander Vb:
De vordering van A wordt maar gedeeltelijk ingewilligd door de rechter. De rechter
kent A namelijk maar 6K toe. Wie kan HB instellen? Zowel A als B. B heeft belang bij
dit HB, want hij moet 6K betalen. A heeft belang want hij heeft niet alles gekregen
wat hij gevorderd heeft. → In de praktijk zullen beide partijen in zo een geval HB
2
,aantekenen.
Stel dat alleen A hoger beroep aantekent. B riskeert hierdoor dat hij in beroep
veroordeeld zal worden tot betaling van meer dan 6K. Daarom zal B, nadat A HB heeft
aangetekend, ook beroep aantekenen. We spreken dan van “incidenteel beroep”. Dit
is dus een beroep dat volgt op een hoofdberoep (= het beroep van A). → Door dit
incidenteel beroep wordt het conflict helemaal opengegooid voor de appelrechter.
Want als alleen A beroep instelt, dan is B sws de lul in beroep. De appelrechter kan
dan namelijk maar twee beslissingen nemen: (1) A krijgt nog steeds gwn 6K. Of (2) A
krijgt meer dan 6K. Als alleen A beroep aantekent, dan kan de positie van A alleen
maar verbeteren, en de positie van B kan dus alleen slechter worden. → Als B echter
incidenteel beroep aantekent, dan is alles terug mogelijk.
Complexere situatie: A is de boekhouder van B. A houdt de boekhouding van B bij,
maar B betaalt zijn factuur van 10K niet voor het werk van A. → A stelt een
hoofvordering in tegen B. A vordert hierbij 10K van B. B stelt dan een tegenvordering
in tegen A, waarbij hij de teruggave vordert van zijn boekhouding. → De rechter kan
dan veel dingen beslissen: A krijgt 5K, B krijgt zijn boekhouding terug,… Je moet dus
altijd goed nagaan wie mbt welke vordering ongelijk heeft gekregen.
2
, RECHTSMIDDELEN – HOGER BEROEP
Partijen in hoger beroep
- alleen tegen iemand die in eerste aanleg partij was en tegengestelde belangen
verdedigd heeft (vereist niet noodzakelijk dat er tussen de betrokken partijen een
vordering werd ingesteld; het volstaat dat de partijen tegen elkaar hebben
geconcludeerd → zie verder vereiste van “rechtsband”) – art. 1053 (onsplitsbare
geschillen)
B
A A B C
C
̶ uitzonderlijk kan/ hoger beroep worden ingesteld tegen iemand die geen partij was in
eerste aanleg (Cass. AR C.16.0506.N, 8 maart 2019: bv. voorlopig bewindvoerder over
maatschap, om hem te horen en de verdere procesgang aan hem tegenwerpelijk te
maken)
3
Je kan alleen maar hoger beroep aantekenen tegen iemand die in eerste aanleg partij
was. → Er is nog een bijkomende vereiste: Die tegenpartij moet tegengestelde
belangen hebben verdedigd in eerste aanleg. Je kan dus enkel HB aantekenen tegen
iemand die partij was in eerste aanleg, en die bovendien tegenstelde belangen heeft
verdedigd in eerste aanleg. Dit volgt uit de rechtspraak van het HvC.
LET OP: “Verdedigen van tegengestelde belangen” betekent niet noodzakelijk dat er
tussen de betrokken partijen een vordering werd ingesteld. Het volstaat namelijk dat
die tegenpartij geconcludeerd heeft. → Het kan dus gaan om volgende situatie:
Iemand tav wie geen vordering was ingesteld, heeft tegen iemand anders wel
verweer aangevoerd.
We noemen dit “de vereiste van rechtsband” of ook wel de “vereiste van
procesverhouding”. → Deze procesverhouding kan ontstaan door het instellen van
een vordering tegen een andere partij. Maar het kan dus ook ontstaan door het feit
dat een partij verweer heeft gevoerd, zonder dat er tav die partij een vordering werd
ingesteld.
Voorbeeld: Links op dia: Partij A stelt een vordering in tegen B en tegen C. Het gaat
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Pirah. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,16. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.