➔ Term wellicht voor het eerst gebruikt door Simon Bolivar (1819)
➔ Amerikaanse “Social security Act” (1935) en Nieuw-Zeelandse Act (1938)
➔ Internationale documenten zoals Verklaring van Philadelphia, IAO (1944), zie
overweging III f
Niet eenvoudig om te definiëren
➔ strikte betekenis van twee woorden - twee componenten:
◆ zekerheid
- streven eigen aan de mens
- link met veiligheid
- verschillende technieken
◆ sociaal
- tot stand gebracht / gewaarborgd door de gemeenschap (→ wel erg ruim!)
➔ Van Dale woordenboek
◆ sociale zekerheid =
1. toestand waarbij voor allen de bezorgdheid voor gebrek wordt uitgesloten
2. het geheel van instellingen en regelingen die dienen om deze toestand te
verzekeren
➔ meest klassieke omschrijving: verwijzing naar de (9) sociale risico’s
◆ Sociaal risico = een gebeurtenis die zich kan voordoen in het leven van een mens
waardoor er meer uitgaven zijn of de mogelijkheid ontneemt om te werken
waardoor het inkomen vermindert
◆ Conventie IAO nr. 102 over minimumnormen in sociale zekerheid (1952):
gezondheidsverzorging, loonvervanging bij ziekte, moederschap, invaliditeit,
ouderdom, vroegtijdig overlijden, arbeidsongeval of beroepsziekte, kinderlast en
werkloosheid: instrumentele definitie
◆ sociale risico’s te onderscheiden van particuliere risico’s: domein van private
verzekeringen
◆ verwijzing naar deze risico’s overgenomen in bv. EG-Verordening 883/2004
(vervangt vroegere Verordening 1408/71)
1
,Van Rompaey Britt-Fleur
- zeer ruime definitie, gedefinieerd vanuit risico’s en niet beperkt tot
“uitkeringen”, maar allerlei andere maatregelen van preventieve of curatieve
aard
◆ quid bv. verlies aan zelfredzaamheid
➔ sociale risico’s tasten bestaanszekerheid aan:
◆ door vermindering inkomen
◆ door vermeerdering uitgaven
➔ naar een Belgische positiefrechtelijke definitie:
◆ Wet Kruispuntbank Sociale Zekerheid (15 januari 1990)
→ enkel administratieve uitvoering
◆ 1994: opname “recht op sociale zekerheid“ als sociaal grondrecht (huidig art. 23
GW) - geen definitie (zie hierover verder in cursus)
◆ Wet Handvest Sociaal Verzekerde (11 april 1995)
- SZR bestaat uit 7 onderdelen:
1) regelingen WN’s
2) zelfstandigen
3) overheidspersoneel
4) stelsel sociale bijstand
5) aanvullende regelingen Fondsen voor bestaanszekerheid
6) overzeese SZ en “alle” regels betreffende de heffing
7) invordering van bijdragen en andere inkomsten (art. 2, 1°)
- welke “regelingen”: Verwijzing naar wetten, zoals Algemene Beginselenwet
Sociale Zekerheid (29 juni 1981): SZ WN’s omvat 7 regelingen:
1) uitkeringen in kader van ZIV
2) werkloosheid, rust- en overlevingspensioenen
3) uitkeringen AO en BZ
4) geneeskundige verstrekkingen ZIV
5) gezinsbijslag
6) jaarlijkse vakantie-uitkeringen
⇒ definitie beperkt tot regelingen bepaald door wettelijke uitkeringen
2
,Van Rompaey Britt-Fleur
- “Stelsel van sociale bijstand” (definitie in art. 2, 1°, e) Wet 11 april 1995)
1) tegemoetkomingen gehandicapten
2) recht op een bestaansminimum (thans recht op maatschappelijke
integratie)
3) maatschappelijk welzijn
4) gewaarborgde gezinsbijslag
5) gewaarborgd inkomen bejaarden (thans inkomensgarantie voor ouderen)
◆ verschillend van Europeesrechtelijke definitie van SZ
3
, Van Rompaey Britt-Fleur
Doel en opvattingen over sociale zekerheid
Klassieke opvattingen: Bismarck en Beveridge
(1) Bismarck-model (ontstaan 19e eeuw)
➔ algemene, verplichte sociale verzekering voor arbeiders en hun werkgevers
➔ doel: arbeidsinkomen beschermen tegen bepaalde sociale risico’s
➔ welke? ziekteverzekering, (arbeids)ongevallenverzekering, pensioenverzekering
➔ werkloosheid en kinderlast: later ingevoerd
➔ gefinancierd uit werkgevers- en werknemersbijdragen
(2) Social Security Act (Verenigde Staten 1935, Roosevelt)
(3) Beveridge-plan (Groot-Brittannië 1942)
➔ “Grote Depressie” – jaren 1930
➔ doel: minimumuitkeringen garanderen aan iedereen
➔ zonder verband met tevoren verdiend arbeidsinkomen
➔ als onderdeel van een ruimere sociale politiek
(4) Overzicht kenmerken van de klassieke opvattingen
Bismarck Beveridge
werknemers gehele bevolking
loongerelateerde uitkeringen uitkeringen tot beloop van
sociovitaal minimum
behoud levensstandaard bestaanszekerheid
werknemers- belastingen
en werkgeversbijdragen
Naar een “Europese opvatting”
➔ klassieke opvattingen naar elkaar toegegroeid
➔ eerste doelstelling: minimumbescherming bieden aan alle burgers
➔ tweede doelstelling: arbeidsinkomen beschermen van degenen die van hun arbeid
moeten leven → gelijkheid van kansen
➔ derde doelstelling: sociale integratie; strijd tegen uitsluiting
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur britt-fleurvanrompaey. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,40. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.