Dit document bevat de uitgetypte lessen van het financiële instellingen (FMPI). Dit is een zeer volledig document en ik heb in eerste zit 19/20 behaald voor het onderdeel financiële analyse. Dit vak wordt zowel gegeven in de bachelor als in het schakelprogramma van handelswetenschappen aan de Uni...
Banken / kredietinstellingen worden vaak door elkaar gebruikt. Maar wat is het verschil?
Kredietinstellingen is de juridische exacte termen. De wetgever kent geen bank, enkel
kredietinstellingen. Bank wordt gebruikt in courant taalgebruik.
In ontvangst nemen van gelddeposito’s - Het in ontvangst nemen van geld. Je ‘geeft’ geld
aan een bank voor op je spaarrekening. Je geeft het tijdelijk aan bv. ING, je vraagt een beetje
rente maar je wilt het geld terug. Dit is vooral voor zij die geld teveel hebben.
Het verlenen van kredieten - Een bank geeft ook leningen uit. Je kan terecht bij banken voor
leningen. Dit is vooral voor zij die geld te weinig hebben.
In de wettekst staan ook nog 3 heel belangrijke woorden (voor eigen rekening)!
Voor eigen rekening - Stel je hebt 50000 euro op je spaarboekje gezet bij ING. ING gaat dat
geld gebruiken, ze gaan dit geld gebruiken om bv. een lening te geven aan iemand anders.
Het kan zijn dat het verkeerd afloopt met de lening. Bv. lening aan bakker en bakker gaat
uiteindelijk toch failliet ondanks de goede zorgen… Een deel van de 50000 euro zal dan dus
weg zijn en is verloren. Wie gaat dan opdraaien voor het verlies? ING gaat kredieten verlenen
voor eigen rekening, dus voor eigen risico. Ofwel draag jij het verlies, ofwel de bank. De bank
gaat het verlies dus dragen, logisch. Jij bent enkel je geld kwijt als de bank failliet gaat, maar
zelfs dan is er een garantiesysteem dat je tot een bepaald plafond vergoed wordt (zien we
later nog).
En - Een bank doet dus de twee, altijd! Een bank dat bij eigen centen kredieten verstrekt is
geen bank! Een bank dat enkel inzamelt en geen kredieten verstrekt is ook geen bank. Je
moet dus de twee doen! Een bank dus doet aan intermediatie, dit is het optreden als
tussenpersoon. Je krijgt geld binnen en gaat ook geld gaan uitgeven. ING is dus
tussenpersoon tussen jou en de bakker die een lening aangaat. Een bank nestelt zich daar
tussen.
TAAK BANK (en ook de belangrijkste) = INTERMEDIATIE
,Dit is ook de belangrijkste taak van een bank…
Je ziet hier mooi de tussenpositie van een bank. Ze treedt op tussen links en rechts.
Links = kredietgevers. Dus zij die geld teveel hebben. Zij geven krediet aan de bank, je geeft
dan eigenlijk een lening aan ING. Dit zijn particulieren, gezinnen en bedrijven. Deposito’s is
het geld dat men teveel heeft en dat uitgeleend wordt aan een bank (spaarrekening).
Rechts = kredietnemers. Dus zij die geld te weinig hebben. Dit is de bakker die een lening
aangaat. Als je bv. een lening afsluit voor een woning te bouwen. Ook bedrijven gaan soms
wel krediet gaan nemen. Ook de overheid staat hierbij! Deze staat enkel rechts omdat de
overheid altijd geld te weinig heeft, en nooit geld teveel. Het geld dat zij nemen is zijn kredieten
of leningen.
(Richting van de pijlen is de richting van het geld.)
1
,Dit is hetzelfde verhaald. Richting pijl = richting geldstroom.
De kredietgevers en de kredietnemers kunnen ook op een andere manier hun geld laten
stromen namelijk: via de financiële markt dus via de beurs. Dit zijn 2 verschillende kanalen
langs waar kredietgevers en kredietnemers in contact kunnen komen. Je kan dus ook een
obligatie of aandeel gaan kopen… Als een bedrijf geld tekort heeft moeten ze ook kiezen
tussen een obligatie/ nieuwe aandelen uitgeven of een lening bij de bank.
Financiële markt - Voornamelijk het vak handels- en financiële verrichtingen.
Bank - Dit vak!
Bank doet ook een transformatie = omvorming/ omzetting. Dit zit in dezelfde categorie van
taken. Dit gaan we zien beneden in het schema (rode cirkel hieronder)…
Omzetting:
- Schaal
- Termijn
- Munt
2
, Een bank doet aan transformatie.
- Termijn KT → LT: dit is het belangrijkste. Jij zet bv. 50000 euro bij ING, ING geeft 50000
euro aan een bakker. Wat is de looptijd van een spaarboekje? 0! Dit is onmiddellijk
opvraagbaar. De bakker gaat een krediet afsluiten met een termijn van enkele jaren.
Je geld looptijd 0 wordt omgezet in krediet van bv. 5 of 10 jaar. KT wordt omgezet in
LT! De gemiddelde looptijd deposito’s (vb. spaarboekje, kasbon op 5 jaar) is
kleiner dan de gemiddelde looptijd kredieten (vb. hypotheeklening 10 of 20 jaar).
Gemiddeld, het geldt dus niet voor elke geldstroom. Je kasbon op 5 jaar kan gebruikt
worden voor een autolening op 3 jaar, dan geldt dit natuurlijk niet meer. Gemiddeld
gezien geldt dit wel… Jij wilt ten allen tijde je 50000 euro ter beschikking houden,
bakker wilt het 5 jaar. Hier zit je met een conflict als je rechtstreeks wilt lenen aan de
bakker. Hier komt de bank tussen.
Zij die geld teveel hebben, hebben de voorkeur om dit zo snel mogelijk weer
beschikbaar te houden. Voorkeur kredietgever = KT! Je wilt dus je geld wel afstaan,
maar niet te lang want je weet nooit wat er gebeurt. Voorkeur kredietnemer = LT! Zo
heeft de bakker tijd om te sparen om de lening terug te betalen.
→ Dit conflict gaat de bank gaan verzoenen.
- Schaal klein → groot: gemiddelde omvang van een deposito is niet zo groot (vb. 10000
euro). Dit is kleiner dan de gemiddelde omvang van een krediet (vb. 100000). Dit geldt
niet altijd, maar gemiddeld geldt dit wel. Een bank gaat vele kleine deposito’s
samennemen en daar 1 krediet met verstrekken. We zitten hier dus niet meer met het
voorbeeld van de 50000 euro, niet een 1 op 1 relatie! Men gaat vb. 10 deposito’s van
10000 samennemen om 1 krediet te verstrekken van 100000. Omzetting! Vele kleintjes
naar een groot… Voorkeur kredietgever = KO (kleine omvang). De gemiddelde Belg
heeft niet superveel spaarcenten. Voorkeur kredietnemer = GO (grote omvang).
Een bank verzoent die 2 voorkeuren…
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur bovijnstephanie. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.