GESCHIEDENIS VAN DE
INTERNATIONALE
POLITIEK
Samenvatting
LES 1 – INLEIDING EN HET CONGRES
VAN WENEN
1.1 Waarom dit vak?
• Begrijpen hoe het heden beïnvloed is door het verleden: inzicht in historische
wortels van huidige internationale situaties.
• Leren uit vergelijkbare historische situaties: analyseren van patronen en
parallellen om hedendaagse uitdagingen te begrijpen.
• Besef dat de huidige wereldorde niet vanzelfsprekend is: begrip van de
historische constructie van internationale systemen.
• Kennis van belangrijke feiten, ontwikkelingen en evoluties: opbouw van een
solide historisch referentiekader.
1.2 Inhoud
• Focus op internationale politiek van 1815 tot heden: overzicht van belangrijke
periodes en gebeurtenissen in de wereldpolitiek.
• Nadruk op grootmachten en hun invloed: analyse van de rol van dominante
staten in het vormgeven van de internationale orde.
• Rode draad - zoektocht naar veiligheidsarchitectuur: onderzoek naar
verschillende pogingen om vrede en stabiliteit te waarborgen.
• Vijf ordes: Weense, Berlijnse, Versailles, Jalta, en post-Koude Oorlog periodes
worden behandeld.
1.3 Enorme verschillen tussen 1815 en vandaag
• Economisch en technologisch: transformatie van agrarische naar post-
industriële samenlevingen, impact van technologische revoluties.
• Kolonisatie en dekolonisatie: opkomst en val van Europese imperia,
veranderende wereldkaart en machtsverhoudingen.
• Maatschappelijk: democratisering, opkomst van mensenrechten, veranderende
sociale structuren en normen.
,1.4 Het Congres van Wenen (1814-1815)
Deelnemers:
• Groot-Brittannië (Castlereagh): focus op machtsevenwicht en beperking van
Franse macht.
• Oostenrijk (Metternich): streven naar stabiliteit en behoud van multinationale
rijk.
• Pruisen (Hardenberg): ambitie voor territoriale uitbreiding en erkenning als
grootmacht.
• Rusland (Tsaar Alexander I): balanceren tussen expansionistische ambities en
Europese stabiliteit.
• Frankrijk (Talleyrand): poging tot herintegratie in Europees statensysteem na
Napoleontische nederlaag.
Uitgangspunten:
• Restauratie: herstel van monarchieën en pre-revolutionaire orde.
• Legitimiteit: erkenning van traditionele heersershuizen.
• Compensatie: territoriale herschikking als vergoeding voor verliezen.
• Machtsevenwicht: voorkomen van dominantie door één staat.
1.5 Belangrijkste besluiten
• Territoriale regelingen: Frankrijk teruggebracht naar grenzen van 1790,
bufferstaten gecreëerd, versterking van Pruisen en Oostenrijk.
• Oprichting Duitse Bond: losse federatie van Duitse staten onder Oostenrijks
voorzitterschap.
• Instelling Concert van Europa: systeem voor grootmachtoverleg en collectieve
veiligheid.
1.6 Concert van Europa
• Definitie: systeem van regelmatige bijeenkomsten en samenwerking tussen
Europese grootmachten.
• Doel: handhaven van vrede en stabiliteit door gezamenlijk oplossen van
problemen.
• Werking: ad-hoc bijeenkomsten, informele structuur, grootmachten met speciale
verantwoordelijkheden.
• Vergelijking met latere organisaties: voorloper van de VN-Veiligheidsraad, maar
informeler van aard.
1.7 Centrale Commissie voor de Rijnvaart
• Oudste internationale organisatie: opgericht om vrije doorvaart op de Rijn te
garanderen.
• Doel: gemeenschappelijk beheer van tol en onderhoud van de rivier.
2
,1.8 Evaluatie van de Weense regeling
Successen:
• Langdurige periode van relatieve vrede in Europa (tot Krimoorlog 1853).
Effectief systeem voor het beheer van internationale crises.
Beperkingen:
• Conservatieve aard botste met opkomend liberalisme en nationalisme.
• Kwetsbaarheid door gebrek aan formele structuren.
3
,LES 2 - HET CONCERT IN ACTIE
(1815-1830)
2.1 Nationalisme en Liberalisme
• Opkomst als politieke krachten: reactie op de conservatieve orde van het
Congres van Wenen.
• Nationalisme: streven naar eenheid of onafhankelijkheid van volkeren, vaak
gebaseerd op taal en cultuur.
• Liberalisme: verlangen naar constitutionele regeringen, burgerrechten en
politieke vrijheden.
• Spanning met conservatieve regimes: groeiende uitdaging voor de gevestigde
orde in Europa.
2.2 De Congresperiode (1815-1822)
• Regelmatige topbijeenkomsten: Aken (1818), Troppau (1820), Laibach (1821),
Verona (1822).
• Centrale vragen:
o Wanneer Weense principes toepassen? Discussie over interventie bij
binnenlandse opstanden.
o Waar Weense principes toepassen? Debat over toepasbaarheid buiten
Europa.
o Hoe sterk het concert organisatorisch uitbouwen? Spanning tussen ad-
hoc en gestructureerde aanpak.
• Verschillende visies van grootmachten:
o Rusland (Tsaar Alexander I): voorstander van sterke alliantie en
interventie.
o Oostenrijk (Metternich): focus op onderdrukking opstanden in
Duitsland en Italië.
o Groot-Brittannië (Castlereagh): terughoudend over interventie,
voorkeur voor ad-hoc aanpak.
2.3 Atlantische slavenhandel en piraterij
• Groeiende kritiek op slavenhandel: druk van abolitionistische bewegingen,
vooral in Groot-Brittannië.
• Britse pogingen tot internationaal verbod: unilaterale acties en diplomatieke
druk op andere mogendheden.
• Koppeling aan kwestie van Barbarijse piraterij: pogingen om beide problemen
gezamenlijk aan te pakken.
• Economische belangen vs. humanitaire overwegingen: spanningsveld in de
discussies tijdens congressen.
• Resultaat: principieel akkoord voor verbod, maar beperkte effectieve
uitvoering.
4
,2.4 Spaans-Amerika en de Monroe-doctrine
• Onafhankelijkheidsoorlogen in Spaans-Amerika (vanaf 1810): uitdaging voor
Europees koloniaal systeem.
• Europese reacties:
o Spanje: verzoek om interventie van het Concert om kolonies te
behouden.
o Frankrijk: interesse in interventie, zag kansen voor herstel invloed.
o Groot-Brittannië: tegen interventie, wilde handelsbelangen beschermen.
• Monroe-doctrine (1823):
o VS-president James Monroe verklaart Amerikaanse continenten
gesloten voor Europese kolonisatie.
o Markering van groeiende Amerikaanse invloed in de regio.
o Indirecte steun van Groot-Brittannië, die Europese interventie wilde
voorkomen.
2.5 Het revolutiejaar 1830
• Julirevolutie in Frankrijk:
o Val van Karel X, vervanging door "burgerkoning" Louis-Philippe.
o Beperkte liberale hervormingen, behoud van monarchie.
• Belgische Revolutie:
o Afscheiding van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.
o Oprichting van onafhankelijk België, gegarandeerd door grootmachten.
• Poolse Novemberopstand:
o Mislukte opstand tegen Russische heerschappij.
o Leidde tot verdere onderdrukking van Poolse autonomie.
• Reactie van het Concert:
o Pragmatische aanpak: erkenning van veranderingen in Frankrijk en
België.
o Handhaving van status quo in Polen, geen interventie tegen Rusland.
2.6 Gevolgen van 1830
• Verschuiving naar meer liberale regimes in West-Europa: vooral in Frankrijk en
België.
• Groeiende kloof tussen liberale westerse en conservatieve oostelijke
mogendheden.
• Toenemende spanning tussen behoud van orde en acceptatie van verandering.
• Test voor de flexibiliteit en effectiviteit van het Concert van Europa.
5
, LES 3 - REVOLUTIES VAN 1830 EN DE OOSTERSE KWESTIE
3.1 De Revoluties van 1830
Achtergrond:
• Groeiende ontevredenheid met de conservatieve orde van het Congres van
Wenen.
• Opkomst van liberale en nationalistische bewegingen in heel Europa.
De Julirevolutie in Frankrijk:
• Oorzaken: autoritair bewind van Karel X, economische problemen, censuur.
• Verloop: drie dagen van straatgevechten in Parijs ("Trois Glorieuses").
• Gevolgen: afzetting van Karel X, Louis-Philippe wordt "Burgerkoning".
• Betekenis: overgang naar constitutionele monarchie, inspiratie voor andere
liberale bewegingen.
De Belgische Revolutie:
• Oorzaken: onvrede over Nederlandse dominantie, taalkundige, religieuze en
economische grieven.
• Verloop: opstanden in Brussel, uitroeping van onafhankelijkheid, Nederlandse
interventie.
• Uitkomst: erkenning van Belgische onafhankelijkheid, Leopold I wordt koning.
• Internationaal belang: Verdrag van Londen (1839), garantie van Belgische
neutraliteit.
Opstanden in Polen:
• Achtergrond: Pools Congreskoninkrijk onder Russische heerschappij.
• Verloop: opstand in Warschau, initiële Poolse successen, Russische
onderdrukking.
• Gevolgen: afschaffing van Poolse autonomie, verhoogde Russische repressie.
Reactie van het Concert van Europa:
• Pragmatische benadering in West-Europa: acceptatie van veranderingen in
Frankrijk en België.
• Geen interventie in Polen: handhaving van Russische overheersing.
6