Friedrich Nietzsche
L-Filosofi sche grondslagen van de geesteswetenschappen
Einde van de Moderniteit
Revolutie, grenzen geloof in wetenschap & onttroning subject (19 de en 20ste
eeuw)
o Franse Revolutie wordt traditioneel aangehaald als het begin van
een nieuwe periode (zogenaamde ‘Nieuwste tijd’) en kan worden
gezien als het effect van een tendens die reeds van bij het begin
van de Moderniteit had gekenmerkt: toenemende rationalisering
die doordringt in het maatschappelijke leven
o Moderne mens wordt in toenemende mate met de grenzen van zijn
mogelijkheden geconfronteerd
Geldt in het bijzonder voor de positie van het subject, en voor
het vooruitgangsgeloof dat de ontwikkeling van de
wetenschap in het leven had geroepen
Hedendaagse continentale wijsbegeerte
o Nihilisme (Nietzsche)
o Fenomenologie (Husserl)
o Existentiële fenomenologie (Heidegger)
o Existentialisme (Sartre)
o Deconstructie (Derrida)
Hedendaagse analytische wijsbegeerte
o Wittgenstein I & II
Revolutie
Kennisexplosie
o Exploitatie van nieuwe kolonies brengt niet alleen nieuwe rijkdom,
maar leidt er ook toe dat de wereld nu volledig bekend is
o Studie van de variëteiten van levende wezens leidt tot de
evolutieleer van Charles Darwin en de erfelijkheidswetten van
Gregor Mendel
1
, o Men dringt door tot het extreem grote (de ruimte) en het extreem
kleine (de atoomsplitsing en de microbiologie), en de techniek
evolueert van de robuuste stoomlocomotief tot de microchip
Industriële revolutie
o Ongeveer gelijktijdig met politieke revolutie
o Door de technische vooruitgang kunnen oeroude productiemiddelen
(op de eerste plaats het weefgetouw) worden gemechaniseerd
o Neveneffect: dilemma van de overproductie
stille g g e n v a n
d e m a ch in e s ,
armoed w a t le id t to t
o p o n th o u d ,
w e rklo o sh e id e n
d a le n d e
in kom ste n
b lijv en p ro d u cere n ,
w a a rd o o r h e t a a n b o d
v ee l g ro te r w o rd t d a n
d e v ra a g , w a t
p rijsd a lin g en ,
d a le n d e lo n e n e n
e ve n g o e d
w e rklo o sh e id e n
d a le n d e in ko m s te n
m et zich m e e b re n g t
Typische economische conjunctuur leidt tot aanwezigheid van
verpauperd proletariaat in de steden
Revoluties gaan grotendeels aan deze volksmassa’s voorbij:
de idealen van vrijheid, gelijkheid en broederschap
gelden in de praktijk voornamelijk voor de burgerij die, nu ze
economisch machtig is geworden, zich ook op politiek vlak
opwerpt als de leidende klasse
Frustratie van gewekte verwachtingen laat zich steeds meer
voelen
Bewustwording van de ellende van de arbeiders leidt tot de
oprichting van socialistische partijen, die aan het begin van
de 20ste eeuw hun politieke doorbraak zullen beleven
o Radicaalste doorbraak is de Russische Revolutie van
1917
In de 20ste eeuw wordt, met de ‘welvaartstaat’ en later de
‘consumptiemaatschappij’, een oplossing gevonden voor het structurele
2