Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
samenvatting - Nederlands taalbeschouwing deel 1 €4,39   Ajouter au panier

Resume

samenvatting - Nederlands taalbeschouwing deel 1

 6 vues  0 achat

Deze samenvatting bevat notities van het vak taalbeschouwing (deel 1 grammatica), eerste semester. Het vak wordt gegeven door Hanne Kloots. De notities zijn een verkorte versie van het werkboek en bevat al de nodige leerstof. Ik heb met deze notities een 15/20 behaald.

Aperçu 3 sur 18  pages

  • 2 juillet 2024
  • 18
  • 2023/2024
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (2)
avatar-seller
lunaamolenberghs
NED grammatica

INLEIDING

Definitie taalbeschouwing:
= het systematisch nadenken over vorm en betekenis van taal. Dat kan het systematisch verband tss taalvormen en
betekenissen betreffen MAAR ook de invloed v individuele, sociaal-culturele en historische factoren in een gegeven
context, zowel op taalvormen, betekenissen als het verband daartussen (Coppen)

Perspectieven:
“taalbeschouwing doen” = reflecteren over taalsysteem en taalgebruik vanuit versch. perspectieven

Perspectief
Taalsysteem  WAT?  Taalvorm (o.a. uitspraak, woordstructuur,
(klassieke invulling) woordvolgorde, spelling)
 Betekenis
 Relatie tss taalvorm en betekenis
We maken gebruik van kennis versch. takken vd taalkunde
(fonetiek en fonologie; morfologie en syntaxis)
+ beroep op kennis over spelling

Taalvariatie  WIE? Taal w beïnvloed door:
 Bedoeling
 Voorkennis, beroep (jargon)
 WAAR? Taal w beïnvloed door:
 Situatie (formeel vs. niet-formeel)
 Locatie (regiolect, dialect)

Taalverandering  WANNEER? Taal verandert door de jaren heen
 Leeftijd
A. TAALBESCHRIJVING


LEXICON
= ruimer dan alleen woorden <-> grammatica: de regels van de taal

Bevat de elementen v/e taal:
1. Woorden en uitdrukkingen (= vaste combinaties van woorden)
2. Morfemen: kleinste betekenisdragende elementen v/e taal
 ≠ alleen woorden uit het wb MAAR ook elementen die puur een grammaticale betekenis hebben
 Bv. aap, loop, on-, -etje
 = bouwstenen van woorden
 Grondwoord = fiets  fiets-er (2 morfemen)
3. Fonemen: kleinste betekenisonderscheidende elementen v/e taal
 Notatie: tussen schuine strepen /…/ (= fonologie) <-> […] (= fonetiek)
 Een letter maakt het verschil, andere letter betekent automatisch ander woord
 Bv. /k/ ≠ /z/ WANT kat ≠ zat
 = kleinste eenheden in het klanksysteem v/e taal

 Een woord krijgt GEEN andere betekenis als je bv. een andere vorm van “R” gebruikt

Fonetiek: echte beschrijven wat je hoort

,GRAMMATICA
= systeem van regels om taalelementen te verbinden tot grotere gehelen

1. Syntaxis = verbinding v woorden  woordgroepen  zinnen
2. Morfologie = verbinding morfemen tot woorden
 Concrete focus op:
 Vervoeging (loop + t)
 Verbuiging (masker + s)
 Woordvorming (corona + crisis)
3. Fonologie = verbinding fonemen tot morfemen
4. Semantiek = de betekenis
 Lexicale semantiek: focus op betekenis v woorden & morfemen
 Grammaticale semantiek: focus op semantische beperkingen op grammaticale verbindingen

Bespreking woordsoorten: 3 kenmerken

1. Morfologische = kan het woord verbogen/ vervoegd worden?
2. Syntactische = met welke woordsoort kan het woord gecombineerd w?
3. Semantische = wat is de typische betekenis vd woordsoort? (grammaticaal correct ≠ semantisch correct)

 Het ZN uit de morfologie: je kan het in het mv zetten

“Zinnen die totaal geen logica hebben en waarvan je de betekenis niet begrijpt kunnen syntactisch correct zijn MAAR
de zin gaat wel in tegen de semantische regels vh NED

B. TRADITIONELE GRAMMATICA

 // schoolgrammatica  onderwezen op school
 Ontworpen voor het Latijn en het Grieks
 Varro 1eE v.C: grammatica geschreven voor het Latijn
 Donatus, 4eE: de auteur van een echte schoolgrammatica  de Ars Maior
 Later toegepast op volkstalen zoals het Nederlands
 Volkstaal: Tijd waarin bestuur van land en kerk volledig in het Latijn gebeurde, alles in een andere
taal was dus volkstaal, want het volk sprak geen Latijn
 Bestaat uit woord- en zinsleer
 Woordleer = woordontleding = taalkundige ontleding
 Zinsleer = zinsontleding = redekundige ontleding

 Grammatica vh latijn & Grieks focuste eerder op woordleer WANT functies in zin = uitgang van de woorden

WOORDLEER
= woordontleding  woordsoorten > ENG: parts of speech

 Traditioneel worden 10 woordsoorten onderscheiden: AAACINPPSV

ZINSLEER (FUNCTIES IN DE ZIN)

= zinsontleding  redekundige ontleding

 Zinsdelen w onderscheiden op basis van hun functie in de zin
 Overzicht van de zinsdelen:
 Gezegde: werkwoordelijk of naamwoordelijk
 Onderwerp, voorwerp (LV, MV, BV, VzV), bwb of andere bepalingen (bv. niet)

, “Waarom focussen we op traditionele grammatica?”

1. Schoolgrammatica’s van de meeste (Westerse) talen gebruiken dezelfde grammatica terminologie
 Als je de terminologie leert voor het NED kan je ze ook toepassen bij de studie van vreemde talen
2. Geconfronteerd met traditionele grammaticale terminologie als je taaladviezen raadpleegt
 Om te weten “hoe het hoort”
3. Voor taalprofessionals = traditionele grammaticale terminologie een deel van dagelijks gereedschap
 Dat ze nodig hebben om (zelf) op een accurate manier over taal te kunnen spreken en schrijven

HISTORISCHE NOOT

= vandaag de dag sterk onderscheid tss woord- en zinsleer voor het NED, echter nog maar sinds 19 e E

 Men had door dat NED geen soort Latijn was toen grammatica steeds belangrijker w in onderwijs
 Grammatica moest veranderen  niet langer woordsoortenleer met verbuigingen en vervoegingen
 Er werd gezocht naar redekundige ontleding: geheel v begrippen gegrond op logische onderscheidingen
 Leidde ook tot nieuwe terminologie: woorden die vroeger eerste naamval waren, heetten voortaan bv. o.b.v.
hun functie  het onderwerp vd zin

C. DE ALGEMENE NEDERLANDSE SPRAAKKUNST (ANS)

= de meeste uitgebreide beschrijvende grammatica vh NED

 Belgisch-Nederlandse samenwerking
 Het project is mee gefinancierd door o.a. de Nederlandse Taalunie
 = intergouvernementele organisatie
 Integratie v Ned. en Ned. gemeenschap in BEL op gebied v Ned. taal en letteren en in de ruimste zin
 KARAKTER: descriptief en ≠ prescriptief
 ANS schrijft niet voor  geeft beschrijving vd grammaticale aspecten vh Nederlands
 Beschrijft de standaardtaal (= ongemarkeerde taal)
 Spraakkunst = grammatica MAAR ≠ als spelling
 Spelling kan officieel vastgelegd worden MAAR de grammatica ≠ officiële spraakkunst

Drie edities van de ANS:
1. De eerste editie (1984)  1 deel
2. De tweede editie (1997)  2 delen
 Vanaf 2002: elektronisch beschikbaar; elektronische ANS of E-ANS
3. De derde editie  systematische herwerking vanaf 2021 tot op het heden aan bezig
 Enkel online te raadplegen

Waarom een nieuwe editie vd ANS?
 Taal verandert
 Normen over taal evolueren, o.a. de visie op Belgisch- en Surinaams-Nederlands
 Intussen al heel wat nieuw onderzoek gepubliceerd over de grammatica van het Nederlands
Welke labels in de nieuwe ANS?
 Geografische variatie:
 <in NN> <in BN> <in SN>  variant komt uitsluitend voor in die vormen
 Stilistische variatie:
 <-ST>  deze variant behoort niet tot de standaardtaal
 <ST?>  onduidelijk of deze variant behoort tot de standaardtaal
 <formeel> & <informeel>

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lunaamolenberghs. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72841 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,39
  • (0)
  Ajouter