Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting van alle drie de Historische Contexten (Britse Rijk, Duitsland en Nederland) €6,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting van alle drie de Historische Contexten (Britse Rijk, Duitsland en Nederland)

 5 vues  0 achat
  • Cours
  • Type

Op zoek naar extra hulp bij je toets of examen? Ontdek mijn samenvatting over alle Historische Contexten uit het vak geschiedenis. Deze gedetailleerde samenvatting biedt een uitgebreid overzicht van de belangrijkste gebeurtenissen binnen de contexten. Belangrijke begrippen zijn gemarkeerd, waardoor...

[Montrer plus]

Aperçu 3 sur 25  pages

  • 21 juin 2024
  • 25
  • 2023/2024
  • Resume
  • Lycée
  • 5
avatar-seller
Historische contexten
1 Historische context Britse Rijk 1585-1900
Amerikaanse koloniën (1585-1833)
Eind 16e eeuw gaan Britse ontdekkingsreizigers op zoek naar nieuwe overzeese
gebieden om zich daar te vestigen. Hun motieven hiervoor waren:

Militaire uitvalsbasis: ze zochten een uitvalsbasis voor hun strijd tegen het
Katholieke Spanje.
Economische gewin: ontdekkingsreizigers waren op zoek naar goedkope gronden,
nieuwe grondstoffen en hoopten er goud en zilver aan te treffen. Noord-Amerika
een afzetmarkt maken voor Engelse producten.
Onderdrukking door Anglicaanse kerk: veel religieuze minderheden (Calvinisten,
Lutheranen, Pilgrim Fathers) ontvluchten Engeland en gaan overzees op zoek
naar gebieden waar geen kerkelijke onderdrukking plaatsvindt.

Pas in de 17e eeuw boekten de Britten een succes met het plaatsen van
definitieve nederzettingen in Noord-Amerika, waarna meer kolonisten volgden. Dit
had een aantal gevolgen, ten eerste namen de kolonisten ziekten met zich mee
waar de inheemse bevolking niet tegen kon. Ten tweede raakten de kolonisten en
de inheemse volkeren geregeld in oorlog om een stuk land, waarbij de kolonisten
betere wapens bezaten dan de inheemse bevolking. Deze twee gevolgen leidden
tot massale sterfte onder dezen.

De Oostkust van Noord-Amerika werd door de Engelsen onderverdeeld in de
eerste dertien koloniën. De noordelijke koloniën werden gebruikt als
vestigingskolonie, met een economie die was gericht op landbouw, handel en
nijverheid. De zuidelijke koloniën ontwikkelden zich als plantage-economieën, met
de focus op het grootschalig verbouwen van gewassen, die daar groeiden
(katoen, bananen en tabak). Ook lagen ten zuiden van Noord-Amerika Engelse
plantagekoloniën, maar deze waren veel winstgevender dan de koloniën in Noord-
Amerika (Jamaica en Barbados). De kolonisten gebruikten tot slaaf gemaakten om
op de plantages te werken. De handel van deze slaven wordt de driehoekshandel
genoemd, de handel tussen Europa, Amerika en Afrika. Handelsschepen
vertrokken vanuit Europa met textiel, wapens en andere kostbaarheden en voeren
naar Afrika toe. In West-Afrika ruilden deze handelaren dit handelswaar voor tot
slaaf gemaakten, waarna ze vertrokken naar de Amerika’s en de Caraïbische
eilanden om deze slaven te verkopen. Ze voeren terug naar Europa met
producten van de plantages, zoals suiker en katoen. Hier is een afbeelding om dit
te illustreren. De Royal African Company werd door de Engelsen voor deze
driehoekshandel opgericht.

,Figuur 1:




De Britse koloniën in Noord-Amerika vielen onder het bewind van de Britse
overheid, hier kwam in de loop van de 18e eeuw veel verzet tegen. Met name
door de idealen van de Verlichting.

In de tweede helft van de 18e eeuw ontstaat een nieuwe filosofische stroming, de
Verlichting. Dit is een periode waar emotionele redeneringen plaatsmaken voor
rationele redeneringen (=verstand gebruiken). Met deze gedachte zou de wereld
beter kunnen worden gemaakt, er kwam kritiek op het ancien regime van koning
en adel. De gedachte dat alle mensen gelijke rechten hebben werd steeds
belangrijker. Dit leidt tot nieuwe inzichten, de Trias Politica (=scheiden der
machten), volkssoevereiniteit en het grondwettelijk vastleggen van natuurlijke
mensen- en grondrechten worden ingevoerd. Met deze nieuwe inzichten kregen
de kolonisten ook te maken. Met name de volkssoevereiniteit werd erg belangrijk,
vooral het feit dat de koloniën in eigendom waren van de Britse staat, indirect de
Britse vorst, tergde ze. Ze betaalden wel belasting aan de Britse staat, maar ze
werden niet vertegenwoordigd in het parlement van Groot-Brittannië, waar de
politieke besluiten werden genomen. Alsmede kregen ze de rechten van een
Britse staatsburger niet.

Geïnspireerd door deze Verlichtingsidealen kwamen ze in 1776 in opstand. Ze
verklaarden zich onafhankelijk van Groot-Brittannië en vormden een federale
staat, een samenwerkingsverband van de deelstaten met een eigen bestuur,
onder een gemeenschappelijke nationale overheid. Hieruit kwam de Amerikaanse

, onafhankelijkheidsoorlog voort. De Engelse staat erkent de Verenigde Staten van
Amerika eerst niet, maar na de oorlog verloren te hebben werd de staat officieel
erkend door het Britse staatshoofd.

Tegen het einde van de 18e eeuw aan begon het abolitionisme (to abolish) op te
komen, verlichte denkers vonden slavernij in strijd met de fundamentele
gelijkheid van mensen. Ook christenen vonden dat het hebben van menselijke
eigendommen strijdig was met naastenliefde. Er ontstond een beweging van
mensen uit verschillende maatschappelijke groepen met motieven voor de
afschaffing van de slavernij. Als eerste werd in het Britse rijk de slavenhandel
afgeschaft, wat zorgde voor een economische neergang voor Barbados en
Jamaica. Pas in 1833 werd de slavenhandel in het Britse Rijk afgeschaft. Wat ertoe
leidde dat Engeland zich meer ging richten op een andere kolonie: India. Echter
zijn de Verenigde Staten van Amerika geen onderdeel meer van het Britse rijk,
waar pas in 1865 de slavernij is afgeschaft.

India en het Britse Rijk (1765-1885)
Begin 17e eeuw hadden de Engelsen de East India Company opgericht, met als
doel handel te kunnen drijven met het “oosten”. Met name in India dreven ze
handel in de lokale producten, katoen en specerijen. Het huidige India was
toentertijd onderdeel van het Mogolrijk, dat een groot deel van Zuid-Azië omvatte.
In het begin vestigden ze factorijen aan de kust van India, maar naarmate de
handelsrelaties beter werden gingen ze ook in het binnenland factorijen vestigen.
Deze factorijen waren bewaakte handelsposten waar de Engelsen en Indiasen
zakendeden en waar handelswaar opgeslagen lag. Een ander motief van de
Engelsen om een handelscompagnie op te richten is de kaapvaart, hiermee
konden ze concurrerende landen overzees dwarsbomen. Lange tijd was het
hoofddoel van de compagnie economisch gewin, ze hadden geen interesse in
politieke macht in India, totdat de machtpositie van de inheemse Mogolvorsten
verslechterde. De Engelsen voelden zich ook bedreigd door de aanwezigheid van
andere Europese handelscompagnieën. Ze gaven daarop militaire steun aan de
lokale bevolking om zich tegen hun vijanden te werpen. In ruil hiervoor kregen de
Engelsen nieuw grondgebied, geleidelijk kregen ze zeggenschap over het hele
land. De Engelse betrokkenheid werd definitief in 1765 toen de regerende
Mogolvorst en de East India Company het Verdrag van Allahabad tekenden.
Hiermee mochten de Britten officieel belasting in sommige delen van India heffen
(Bengalen-regio). Ze kregen hierdoor voor het eerst een vorm van bestuur in
India. Dit verdrag wordt gezien als het begin van het Britse Rijk in India.

Om de machtpositie in India te behouden beschermde de East India Company
haar bezittingen met eigen legers, waarvan alleen de officieren Brits waren. Er
emigreerden namelijk maar weinig Britten naar India. Dit leger groeide uit tot het
Brits-Indiase leger. Ook op zee dreigde gevaar voor verlies van bezittingen, tegen
dit gevaar kreeg de compagnie steun van de koninklijke Britse marine, genaamd
de Royal Navy. Formeel gezien bestuurden de beambten van de compagnie
slechts kleine nederzettingen, maar in de werkelijkheid had de compagnie het

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur mrabouma. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72841 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,49
  • (0)
  Ajouter