De 20ste eeuw wordt gekenmerkt door muzikale revoluties. Vergelijkbaar met shockeffecten
van artistieke bewegingen zoals futurisme en dadaïsme.
Het begin van de 20ste eeuw in de muziek valt samen met het uitbreken van WOI. Veel
attitudes en stijlprincipes uit de 19e eeuw bleven weliswaar. Het was niet altijd even
revolutionair.
De technologische revolutie had grote impact. Het werd mogelijk muziek vast te leggen ‘in
haar klinkende vorm’ of ‘klank in de tijd’. Hierdoor kon muziek uitgroeien tot een
massakunst en konden de producten wereldwijd verspreid worden. Voordien werd het enkel
bewaard in geschreven vorm. Dit was indirect en onderhevig interpretatie.
De revolutie bracht nieuwe opnametechnieken met zich mee, muziek kon gemanipuleerd
worden, muziekmakers konden ook rechtstreeks scheppen in het muzikale materiaal zelf.
Dit betekende toch niet de doodsteek voor het traditionele, akoestische musiceren! De dag
van vandaag ook nog richtinggevend.
Het symfonieorkest bestaat nog steeds en ze gaan een dialoog aan tussen het akoestische
ideaal en digitale verspreiding of participatie. Jazz en Blues werden pas een wijd herkenbaar
fenomeen dankzij de opname-industrie. Zo wisten ze een groot publiek te bereiken.
Het ideaal van een individuele componist in klassieke traditie collectieve vormen van
creativiteit bij Pop en Rock.
De klassieke traditie schermde haar muziek af van het commerciële circuit. Zo tendens tot
elitarisme. Massacommunicatie is niet het doel. Hun muziek was enkel toegankelijk voor een
ingewijde intellectuele elite. Ze hielden zich aanvankelijk ver van technologische revolutie.
Na de WOII ging de avant-garde zich nog meer situeren in de voorhoede van de
technologische ontwikkelingen. Notie van individuele auteur bleef. Muzikaal elitisme
verbonden met sociaal elitisme – producties bedoelt voor nieuwe stedelijke financiële elite.
Afscherming van hun werk van de smaak van de massa was een manier om kunstmuziek te
vrijwaren van de democratisering. “…onbeteugelde kunstvorm, een nog niet in de
mainstream opgenomen underground.” Die ontoegankelijkheid van bv. Schönberg en
Webern zou de bedoeling kunnen zijn.
Na WOII, pas in 1960, ontstond toenadering tussen kunstmuziek en populaire cultuur. Dit
betekende het einde van het elitarisme en het begin van democratisering.
,MODERNISME OF MAXIMALISME
Het modernisme benadrukt een breuk met het verleden het maximalisme benadrukt een
continuïteit met het verleden. De muziek van de 20ste eeuw kan worden begrepen vanuit het
spanningsveld tussen de twee.
Modernisme
Het is een verzamelnaam voor de nieuwe esthetische bewegingen in de kunsten in de late
19e eeuw en vroege 20ste eeuw. Ze voeren allen een reactie tegen de esthetische normen van
classicisme, romantiek en realisme.
- Afwijzen van de traditie en de normaliteit
- Fascinatie voor nieuwe media, technologie en wetenschap
- Theoretisering van de praktijk
- Politieke retoriek – shockeffect wordt politiek geïnterpreteerd, niet altijd bedoeling;
wel missie om publiek in de nieuwe esthetiek van de toekomst te onderrichten
- Vermenging rationalisme en irrationalisme – nieuwe klemtoon op intuïtie en het
onbewuste
- Ambivalente relatie tot de populaire cultuur – willen hun werk ervan afschermen
Modernistische attitude kenmerkt zich in…
- Superioriteit van heden tegenover verleden
- Optimisme Malaise van het fin de siècle
- Exclusiviteit
- Attitude – hoog zelfbeeld
- Stedelijkheid
- Tegen kunstopvatting van romantiek
- Nadruk op spiritualiteit, filosofische ernst, natuurlijkheid
- Zin voor technische innovatie
Taruskin ziet geen significante breuk met het verleden. Technieken die al bestonden worden
doorgevoerd, geradicaliseerd of verdiept. Dit zorgt echter voor het probleem van
periodisering van de ontwikkelingen. Voorstel om een duidelijker onderscheid te maken
tussen de generaties. Dit kan door het fin de siècle te definiëren als een coherente
muziekhistorische fase. Zij waren met elkaar verbonden door…
(1) De beschikbaarheid van het muzikale apparaat in de meest complexe vorm van
organisatie en institutionalisering die voor het akoestische musiceren mogelijk is.
(2) De drang om het apparaat in zijn volle mogelijkheden te bespelen in functie van een
persoonlijk profiel of ideaal.
Muziek van Strauss of Mahler blijft begrijpbaar, de muziek van de volgende generatie wordt
wél ervaren als een shock en als een totale afwijzing van wat men in de muziek waardeerde.
Het doorbreken van traditionele evenwichten (Schönberg of Stravinski). Emancipatie.
Wagner zette eerste stap voor wat Schönberg zou voltooien: atonaliteit en de emancipatie
van de dissonant. Sluit opera af met andere toon waarin hij begon.
, Tristan-akkoord is een dissonant akkoord dat door zijn functie in het drama iconisch werd.
Wagner wijkt af van de regel om een bijzonder effect te bereiken. Verlangen en oplossing
wordt uitgedrukt door dissonant en consonant. Effect op toehoorder. Het is geen negatie
van de traditie.
Schönberg doorbreekt de norm. Negatie van de standaardpraktijk. Andere doelstellingen.
Het was een negatie van de ‘natuurlijke expressiviteit’.
MODERNISME IN DE MUZIEKGESCHIEDSCHRIJVING
De aandacht ging naar esthetische autonomie en technische vernieuwing. De criteria van
autonomie en technische vernieuwing worden als historische criteria gezien, maar omvatten
niet het hele verhaal. Dit zorgde voor een grondige herziening van de 20 ste-eeuwse
muziekgeschiedenis vanuit criteria doe vandaag als betekenisvol worden aanzien:
sociale context en functie, ideologische beïnvloeding, het functioneren van muzikale
instellingen, relatie tussen elitaire kunstmuziek en de vele vormen van populaire
massacultuur.
VAN FIN DE SIÈCLE TOT MODERNISTISCHE REVOLTE
Fin de siècle (tot WOI in muziek) is de periode waarin het instituut kunstmuziek, gevormd in
de 19e eeuw, voltooid was. Het symfonisch orkest stond voor de high tech. Componisten
moesten hun plaats veroveren door dit apparaat perfect te beheersen en het tegelijk een
instrument van persoonlijke expressie maken. De creativiteit van deze generatie viel
langzaamaan grotendeels stil. Componisten die toch verder werkten werden ofwel
conservatief of pasten zich licht aan aan nieuwe verwachtingen.
Bij componisten van de van de volgende generatie merk je een overgangsmoment van de fin
de siècle esthetiek naar een meer uitgesproken modernistisch profiel. 1910-1940: Stravinski,
Bartok en Schönberg.
IGOR STRAVINSKI
Hij wordt gezien als eerste doorbraak in modernisme in muziek door: extreme dissonantie,
geweld van het onderwerp en de muziek, rol van ritme in het opwekken van een effect van
roes en dionysische vervoering.
Le Sacre du Printemps werd als revolutionair gezien. Vooral de aan de choreografie nam het
publiek aanstoot. In plaats van een revolutie, was Le Sacre du Printemps de synthese van
Stravinski’s verwerking van de creatieve impulsen die hij had opgedaan vanuit de cultuur van
het Russisch fin de siècle. Het gaat om het offer van een meisje.
Achtergrond: Mir Iskoesstva. Het was een tijdschrift rond Diaghilev en Russische
kunstenaars, betekent “De Wereld van de Kunst”. Hun ideaal was heropleving van het
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur pauliend12. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.