Het is een samenvatting van college 4 waar de powerpoint in verwerkt wordt samen met de lesnotities. De artikelen worden ook steeds duidelijk aangeduid in kleur.
Sanctie voor geldigheidsgebrek na sluiten contract: verval
Verval wegens verdwijnen van voorwerp
- Oud recht: door rechtspraak ontwikkeld
- Wettelijke verklaring in art. 5.265 BW -> ‘verdwijning van het voorwerp’
“De verbintenis die onmogelijk nog kan worden nagekomen in natura om welke reden ook, zelfs al is de niet-nakoming
toerekenbaar aan de schuldenaar, is van rechtswege vervallen, onverminderd de sancties die openstaan voor de
schuldeiser”
- Geen verval bij verdwijnen van andere geldigheidsvereisten dan voorwerp
Toepassingsvereisten verval
- Toepassingsvereisten 1: verdwijnen van het voorwerp na het sluiten van het conctract
- Toepassingsvereisten 2: definitief onmogelijk om verbintenis in natura uit te voeren
a: definitieve onmogelijkheid
b: relatieve onmogelijkheid
c: materiële, juridische en morele onmogelijkheid
- Irrelevantie van de toerekenbaarheid van de onmogelijkheid
Gevolgen verval
- Automatische uitwerking
- Verval treft de verbintenis
- Werking ex nunc?
- Verval sluit een wanprestatie van een partij niet uit
- Contractualisering
Gevolgen verval voor de rest van de overeenkomst
- Verval van de verbintenis geeft op zich geen aanleiding tot het tenietgaan van het contract zelf (art. 5.113 BW)
- Contract gaat alleen teniet op basis van de gemeenschappelijke gronden van tenietgaan (art. 5.112 BW)
- Onderscheid tssn:
Niet toerekenbare onmogelijkheid tot nakoming -> beëindiging wegens overmacht
Toerekenbare onmogelijkheid tot nakoming -> ontbinding wegens wanprestatie
Vertegenwoordiging
- Belang van vertegenwoordiging:
Voor natuurlijke personen: vb bij gebrek aan handelingsbekwaamheid
Voor rechtsperonen: vb organieke vertegenwoordiging
- Onmiddellijke vs middelijke vertegenwoordiging (art. 1.8 §1 BW)
“Er is sprake van vertegenwoordiging wanneer een persoon de bevoegdheid heeft om voor rekening van een ander een
rechtshandeling met een derde te verrichten. De vertegenwoordiging is onmiddellijk of volkomen wanneer de
vertegenwoordiger de rechtshandeling verricht in naam en voor rekening van de vertegenwoordigde persoon.
Zij is middellijk of onvolkomen wanneer de vertegenwoordiger die handeling in eigen naam verricht, maar voor rekening van
de vertegenwoordigde persoon”
Vertegenwoordigingsbevoegdheid
Art. 1.8 §2 BW: “Vertegenwoordiging vindt haar oorsprong in een rechtshandeling, een gerechtelijke beslissing of de wet”
- Kenbaar maken van hoedanigheid
A: Onmiddelijke vertegenwoordiging
- In naam en voor rekening van
- Vertegenwoordiging binnen bevoegdheid
Art. 1.8 §3 lid 1 BW: “In geval van onmiddellijke vertegenwoordiging brengt de door de vertegenwoordiger verrichte
rechtshandeling rechtsgevolgen teweeg tussen de vertegenwoordigde en de derde”
- Ook toerekening van contractuele en bepaalde precontractuele fouten van de vertegenwoordiger
- Vertegenwoordiging buiten de bevoegdheid:
Vertegenwoordigde noch vertegenwoordiger zijn gebonden
2 nuanceringen: bekrachtiging en schijnvertegenwoordiging
- Gehoudenheid van vertegenwoordiger die binnen zijn bevoegdheid handelde
In principe geen gebondenheid
Uitzonderlijk toch gebonden:
Zich persoonlijk en hoofdelijk met vertegenwoordigde verbonden ten aanzien van derde
Zich verbonden tot vergoeding vertegenwoordigde als derde niet uitvoert
- Aansprakelijkheid van vertegenwoordiger die buiten zijn bevoegdheid handelde
Vertegenwoordiger is evenmin gebonden
Buitencontractuele aansprakelijkheid ten aanzien van derde
Contractuele aansprakelijkheid ten aanzien van vertegenwoordigde
, B: Middelijke vertegenwoordiging
- Voor andermans rekening maar in eigen naam
- 2 types:
1: Ofwel maakt hij aan de derde-medecontractant bekend dat hij voor andermans rekening handelt, maar maakt
hij de identiteit van de opdrachtgever niet bekend = commissieovereenkomst, waarbij een committent de
opdracht geeft aan de commissionair om in eigen naam maar voor rekening van de committent een
overeenkomst te sluiten (bv. aankoop- of verkoopcommissie)
2: Ofwel maakt hij (de naamlener) aan de derde-medecontractant niet eens bekend dat hij voor andermans rekening werkt.
—> In dat geval is er sprake van een naamleningsovereenkomst
- Gevolgen:
Art. 1.8 §3 lid 2 BW: “In geval van middellijke vertegenwoordiging brengt de door de vertegenwoordiger verrichte
rechtshandeling rechtsgevolgen teweeg tussen de laatstgenoemde en de derde”
Goedenrechtelijke gevolgen bij de commissie
C: Schijnvertegenwoordiging
- Schijnvertegenwoordigingg -> toepassing van vertrouwensleer
- Vereisten (art. 1.8 §5 BW)
1: de schijn stemt niet met de werkelijkheid overeen —> een persoon is schijnbaar vertegenwoordigingsbevoegd terwijl hij
dat in werkelijkheid niet is
2: de derde kon er rechtmatig of gerechtvaardigd vertrouwen dat de schijnvertegenwoordiger werkelijke
vertegenwoordigingsbevoegdheid had
3: de schijn is toerekenbaar aan de schijnvertegenwoordigde
Belangenconflict
Art. 1.8 §6 BW: “Wie voor rekening van een ander rechtshandelingen moet verrichten, mag niet optreden als tegenpartij
van die andere noch in geval van een belangenconflict. Een dergelijke rechtshandeling is nietig, tenzij de vertegenwoordigde
hiermee uitdrukkelijk of stilzwijgend heeft ingestemd”
- Twee luiken
1: verbod voor vertegenwoordiger om als tegenpartij van de vertegenwoordigde op te treden
Vb je geeft aan iemand het mandaat om een fiets te gaan kopen maar meneer verkoopt zelf fietsen dus hij zal als
vertegenwoordiger bij zichzelf een fiets gaan kopen -> hier is een belangenconflict want hij gaat niet de goedkopste fiets
gaan kiezen
2: ruimer belangenconflict -> spreekt in het algemeen van een belangenconflict
de vertegenwoordiger gaat optreden in situaties waarbij de belangen en de vertegenwoordiger nauw verbonden zijn
- Sanctie:
Relatieve nietigheid van de rechtshandeling TENZIJ de vertegenwoordigde heeft ingestemd met dat belangen conflict (vb je
wist dat die meneer een fietsenwinkel had en zei dat het geen probleem was dat hij die fiets bij zichzelf ging aankopen)
Verbindende kracht van de overeenkomst
- Gevolg van een contract = de verbindende kracht -> ‘pacta sunt servanda’
Een contract is juridisch afdwingbaar tssn contractspartijen en dus is een derde niet verbonden aan het contract maar het
kan wel gevolgen hebben voor derde (tegenwerpelijk aan derde)
Art. 5.69 BW :“Een contract dat geldig tot stand is gekomen, strekt degenen die het hebben gesloten tot wet”
- De verbindende kracht is in rechte afdwingbaar
Als men een contract sluit en de andere partij komt het contract niet na dan kan men naar de rechtbank en kan men dit
contract afdwingen
In bepaalde landen is het rechtsysteem niet zo geregeld waardoor men contracten niet kan afdwingen
- De bindende kracht geldt ‘ook voor de rechter’
De rechter moet de verbintenissen in het contract niet gaan uitvoeren MAAR als partijen naar hem komen met een contract
is dat een geheel en kan men dit niet aan de kant schuiven -> als de rechter het contract of een deel aan de kant wil
schuiven zal die hiervoor een juridische grondslag voor moeten hebben (vb nietigheidsgrond – als het nietig is kan hij er
geen rekening mee houden)
- Verbindende kracht is in principe geen eenzijdige wijziging of beëindiging van het contract
Een partij kan niet zomaar eenzijdig het contract stoppen -> er zijn opzegmogelijkheden maar deze zijn in de wet of in het
contract bepaald
Ook een contract eenzijdig wijzigen is niet zomaar mogelijk -> eens men zaken is overeengekomen tssn partijen is dat het
kader dus kan men dit niet zomaar wijzigen
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur EmmaRose18. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,66. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.