Uitgebreide samenvatting van de 9 hoorcolleges over onderwijs en ethiek. Het boek is hier niet aan gekoppeld, maar de hoorcolleges zelf waren wel gebaseerd op het boek, dus je kan het makkelijk met het boek ernaast leren!
De gouden regel à ‘behandel de ander zoals jezelf behandeld wil worden’ à deze eenvoudige,
krachtige richtlijn wordt aangetroffen in veel culturen over de hele wereld. Het benadrukt dat
men de plicht heeft om rekening te houden met de belangen en waardigheid van anderen,
zoals men dat ook van zichzelf zou verwachten.
- Je hoeft alleen niet ver in de geschiedenis te zoeken om te weten dat de menselijke geest
makkelijk bereid is om iets anders te geloven dan de gouden regel, en dus bestaat er ook
een kwade
- Het kwaad wordt meestal gezien als gedrag dat anderen schade toebrengt en opzettelijk
wordt uitgevoerd, vaak wordt er gebruik gemaakt van macht om deze schade te
veroorzaken.
Over slecht gedrag: het kwaad
- Experimenten en geschiedenis laten zien dat de grote meerderheid, als de
omstandigheden hiernaar zijn, in staat is om kwade dingen te doen
- Deze 7 sociale processen spelen een rol bij het ontstaan van slecht gedrag:
o Gedachteloos, de eerste kleine stap nemen (maakt de volgende makkelijker,
wennen aan iets waar je niet aan moet wennen)
o Ontmenselijken van anderen (onder andere stigmatiseren)
o Afstand nemen van jezelf als individu (anonimiteit i.p.v. identiteit, jezelf in een groep
verliezen)
o Afstand nemen van persoonlijke verantwoordelijkheid (sociale norm)
o Blind gehoorzamen aan autoriteit
o Conformeren aan groepsnormen (niet de moed hebben om je mond open te
trekken)
o Passieve tolerantie van slecht gedrag (meelopen)
- We zeggen: oh het zijn een paar rotte appels, maar zo bezien zijn de verantwoordelijken in
belangrijke mate degenen die verantwoordelijk zijn voor het systeem waar het
handelende individu in gevangen zit (gaat dus om macht), moed is nodig om ergens
tegenin te gaan en op te komen voor soms kwetsbare mensen.
Waarom is normatieve professionaliteit belangrijk voor pedagogen?
Deze informatie is belangrijk voor pedagogen omdat zoals onder andere de experimenten laten
zien, een mens gemakkelijk kan geïndoctrineerd worden als je je hier niet bewust van bent; je kunt
letterlijk jezelf verliezen.
Dus naast het ontwikkelen van je kunde (ook wel technisch-instrumentele professionaliteit
genoemd) moet een pedagoog ook kunnen oordelen over de vraag in hoeverre het streven
naar effectiviteit aansluit op de ruimere bedoeling van opvoeden namelijk, de oriëntatie op de
eigenstandigheid van kind.
Kortom, de pedagoog reflecteert ook op de waartoe vraag en is daarmee normatief
professioneel
- Elke relatie is uniek à je integreert steeds je technisch-instrumentele professionaliteit met je
normatieve professionaliteit en met je persoonlijke competenties (persoonlijke
professionaliteit). De overstijgende deugd is professionele wijsheid (het nemen van de juiste
praktische beslissingen), maar er zijn meer redenen waarom het van belang is om je
normatief persoonlijk te ontwikkelen. Je hebt onder andere te maken met:
o Kwetsbare mensen, met onvermogens het eigen leven vorm te geven of in een
situatie zitten dat het vormgeven van het leven belemmert
o Werken met gevoelige informatie
o De machtspositie die je als hulpverlener hebt: gegeven de positie van de
pedagoog ten opzichte van de kwetsbaren en ook gegeven zijn deskundigheid
, o het krachtenveld van verschillende belangen van de cliënt en van de organisatie
en van de overheid
- Om je normatieve professionaliteit te ontwikkelen is het verder relevant te weten dat
morele problemen op verschillende niveaus plaatsvinden (micro, meso, macro)
o Micro niveau: bijvoorbeeld een therapeut staat voor de keuze om vertrouwelijkheid
te behouden of de autoriteiten te waarschuwen bij zelfmoordgedachten van een
cliënt (veiligheid van de cliënt is in het geding)
o Meso niveau: bijvoorbeeld hulpverleners in een verslavingskliniek overwegen de
behandeling van een cliënt te stoppen wegens het negeren van regels (autonomie
van de cliënt) wat de veiligheid in gevaar kan brengen.
o Macro niveau: bijvoorbeeld beleidsmakers moeten geestelijke gezondheidszorg
betaalbaar houden (kostenbeheersing) met de juiste balans tussen kosten en
kwaliteit van de zorg.
- De professional kan gezien worden als hoeder van waarden (=idealen), omdat men onder
andere zich kan beroepen op de ‘universele verklaring van de rechten van de mens’, dus
iets wat op macro niveau besloten is, kan op micro niveau toegepast worden.
Signaleren van morele problemen
Omdat je als hulpverlener zoveel invloed kunt hebben op het leven van anderen, moet je je
kunnen verantwoorden
Maar het is aanlokkelijk om je eigen verantwoordelijkheid (en geweten) te ontlopen:
- ‘ik deed iets slechts wat mij werd opgedragen’
- ‘iedereen deed het’
- ‘ik wist nergens vanaf’
Volgens filosofe Hannah Arendt houden we ons liever met banale dingen bezig dan dat we ons
druk maken om de moraal à de banaliteit van het kwaad. Zelfreflectie is heel erg van belang.
Kritische vragen stellen aan jezelf helpt.
- Dus wie niet wil nadenken, kan zich aan het kwade overgeven (bijvoorbeeld omdat hij
simpel doet wat de rest ook doet)
- Om dit te voorkomen, is het van belang om wel verantwoordelijkheid te nemen, ook
omdat morele problemen complex kunnen zijn.
Moraal & waarden, normen en deugden
Belangrijke definities, wat bedoelen we met moraal, deugd of ethiek?
Moraal à het woord moraal is afgeleid van het Latijnse ‘mos’ dat regel of gewoonte betekent.
Moraal is het geheel van handelingen die als sociaal wenselijk of maatschappelijk als gewenst
worden gezien.
- Waarden: abstracte begrippen van wat we waardevol vinden en waarnaar we streven,
idealen.
- Normen: handelingsvoorschriften, hoe je moet handelen (waarden worden vertaald naar
normen)
- Normen en waarden (en dus de moraal) zijn niet statisch. Ze zijn door mensen bedacht, en
kunnen dus veranderen. We vinden bijvoorbeeld nu iets heel bizar wat vroeger normaal
was.
Deugd à een min of meer goede eigenschap (door het verinnerlijken van waarden) die ertoe
leidt dat de persoon goed handelt.
Ethiek à de systematische reflectie op morele vragen, op basis van rationele argumenten
- Moreel probleem: als waarden botsen is sprake van een moreel probleem (bijvoorbeeld
een app die informatie opslaat over de gezondheid van de gebruiker, maar kan ook een
inbreuk betekenen op de privacy)
- De meest gecompliceerde morele problemen noemen we ethische dilemma’s, waarbij
welke keus je ook maakt, er geen perfecte oplossing is.
Intuïtieve moraal
Mensen kunnen rationeel nadenken over morele vragen. Maar mensen kunnen ook moreel
handelen op basis van intuïtie en emotie – men spreekt dan over de intuïtieve moraal.
, - Hechtingsmoraal: het is goed om voor je naasten te zorgen, mensen zijn vanaf de
geboorte geneigd om zich te hechten.
- Geweldsmoraal: het is goed om jezelf en naasten te beschermen tegen
levensbedreigingen (overlevingsinstinct)
- Reinigingsmoraal: het is goed om je wereld zuiver te houden (zondebok)
- Samenwerkingsmoraal: het is goed om constructief samen te werken (vertrouwen)
Ethiek
Ethiek à ‘ethos’, zede, gewoonte, gemeenplaats
Als mensen afstand nemen van hun instinctieve gedrag en op een redelijke manier het verschil
tussen goed en kwaad beargumenteren, komen we op het terrein van de ethiek. De normatieve
pedagoog is hiertoe in staat.
Drie soorten ethiek:
- Descriptieve (beschrijvende) ethiek: hoe mensen zich gedragen (feiten)
- Prescriptieve of normatieve (voorschrijvende) ethiek: hoe mensen zich zouden moeten
gedragen (waarden), bijvoorbeeld beroepscode, normatieve theorieën zoals onder
andere utilisme, zorgethiek.
- Meta-ethiek (bestudeert fundamentele morele vraagstukken) zoals: kunnen waarden
universeel zijn? Wat verstaan we onder vrijheid? Wat verstaan we onder sociale
rechtvaardigheid?
Morele ontwikkeling
Normen en waarden zijn begrippen die buiten de individuele mens bestaan. Pas als de mensen
zich die normen en waarden eigen maken, als ze die internaliseren, is er sprake van een geweten.
Daarbij helpen de volgende twee sociale (en cultureel bepaalde) emoties, namelijk:
- Schaamte – tussen 18 mnd. en 2 jaar: de emotie die hoort bij de neiging dat mensen liever
niet door de gemeenschap veroordeeld willen worden.
- Schuld – vanaf ca. 3-4 jaar: als iemand normen en waarden geïnternaliseerd heeft. Dan
kan hij van zichzelf vinden dat hij een norm verbroken heeft. Iemand probeert in
overeenstemming met zijn geweten te handelen, anders ontstaan er schuldgevoelens.
Aan zowel schuld (het veroordelen van jezelf) als schaamte (het veroordelen van anderen) zitten
schaduwkanten.
Freud als kind van zijn tijd. Eind 19e eeuw begin 20e eeuw werden onderzoeken opgezet van het
onderbewuste om hysterie, obsessies en neurosen te genezen. Verschillende wetenschappers
experimenteerde met hypnose en drugs.
Freud was de eerste die een min of meer sluitende, zeer uitgebreide theorie bood om afwijkend
gedrag te verklaren en te behandelen. Hij openbaarde de onzichtbare dynamiek van de
menselijke psyche. Seks en agressie waren volgens hem de drijvende krachten van de
beschaafde mens.
Freud over goed en slecht:
- Super ego (uber-ich): hoe het hoort te zijn, controle, stemmetje van je ouders, ego ideaal
- Ego (ich): regulerende functie, bewuste.
- Id (es): instincten en onbewuste wensen, het gedeelte van jezelf dat je nog niet in bezit
hebt.
De behavioristen wilde de exacte wetenschappelijke benadering die werd toegepast in de
natuurwetenschappen gebruiken in de psychologie. Behavioristen stellen dat de mens objectief
bestudeerd kan worden door zijn waarneembare gedrag te onderzoeken. Al het niet-
waarneembare gedrag viel volgens hen buiten de wetenschap. Het behaviorisme was een
beweging tegen Freud. De morele ontwikkeling kwam volgens de behavioristen door:
- Straf en beloning (conditionering)
- Observeren (van rolmodellen)
Andere psychologen verzette zich weer tegen dit idee dat morele ontwikkeling tot stand komt
door uitwendige prikkels (het is altijd actie – reactie)
,Kohlberg ’s theorie van morele ontwikkeling
Niveau 1: pre conventionele moraal (stadia 1 & 2) (whats in it for me, egoistisch principe)
- Goed is wat niet bestraft wordt (1)
- Voor wat, hoort wat principe (alleen iets doen als je er iets voor terug krijgt) (2)
Niveau 2: conventionele moraal (stadia 3 & 4)
- Goed is wat het systeem/de groep van je vraagt (3)
- Goed is gehoorzaamheid aan de wet (4)
Niveau 3: post conventioneel moraal (stadia 5 & 6)
- Oriëntatie op het sociale contract/mensenrechten (5)
- Universele ethische principes & het eigen geweten (6)
Carol Gilligan (leerling van Kohlberg, vond misstanden in de theorie van Kohlberg)
- Alleen jongens deden mee aan het onderzoek van Kohlberg, resultaten gelden dus niet
voor ‘mensen’ in het algemeen.
- Jongens (meer gefocust op abstracte principes) kijken anders tegen ethiek aan dan
meisjes (meer gericht op zorg verlenen in een concrete situatie)
- De overgangen tussen de stadia worden niet zoals bij Kohlberg bepaald door cognitieve
ontwikkeling, maar door de ontwikkeling van het zelf en eigen identiteit
- Gilligan gaat uit van de verbondenheid tussen mensen en staat hiermee aan de basis van
de zorgethiek.
De normatieve professional
Wat zegt dit alles over de houding die de normatieve professional zou moeten hebben?
- Zowel internationaal als nationaal hebben beroepsverenigingen van sociaal werkers
beroepscodes ontwikkeld. We vinden als we dit vergelijken met elkaar steeds de volgende
elementen in terug:
o Motivatie: zich laten leiden door respect voor de mens. Gericht op het belang en
welzijn van de ander.
o Integriteit: zorgvuldig handelen volgens de beroepswaarden. Een balans vinden
tussen relevante waarden.
o Legitimatie: verantwoordelijkheid nemen
o Deskundigheid: beschikken over professionele competenties, zowel wat betreft
kennis als het vermogen tot empathie en assertiviteit.
- Afkorting: MILD, dat is de juiste houding
, Hoorcollege 2, basisbeginselen van de ethiek
3 verschillende vormen van ethiek
- Descriptieve ethiek à de ethiek waarmee je beschrijft hoe er over goed en slecht wordt
nagedacht. Objectieve, feitelijke manier om na te denken over hoe, in welke tijd, cultuur
etc. wordt nagedacht over slaan in opvoeden bijvoorbeeld. Dit is nog geen oordeel, dit is
gewoon hoe het is.
- Normatieve ethiek à voorschrijvende ethiek. Gaat over dat je bepaalde normen hebt en
dat je bepaalde meningen hebt over goed en slecht. Beroepscode, normatieve theorieën.
- Meta ethiek à universele waarden als het gaat over goed en slecht. Bestudeert
fundamentele morele vraagstukken.
3 niveaus
- Micro niveau à individuen, relaties, huishoudens
- Meso niveau à groepen, wijken, gemeenschappen
- Macro niveau à samenleving, beleid
4 normatieve theorieën
Vragen die hierbij relevant zijn:
- Wat voor mens of professional wil ik eigenlijk zijn?
- Wat zijn de gevolgen van mijn mogelijke handelingen?
- Wat behoor ik te doen?
- Hoe kan ik in de relatie met de ander vanuit zorgzaamheid het juiste doen?
Normatieve theorie
- Deugdethiek à beoordeelt: karakter en motieven van de handelende persoon, streeft
naar: handelen vanuit goede eigenschappen.
o Belangrijke filosoof: Aristoteles
- Teleologische of gevolgenethiek à beoordeelt: gevolgen (doel) van de handeling, streeft
naar: handelen om gewaardeerde doelen te bereiken, handelen zodat genot
maximaliseert voor zoveel mogelijk mensen (utilisme). Het grootste geluk voor het grootste
aantal mensen.
o Belangrijke filosofen: Hume, Bentham, Stuart Mill, Singer
- Deontologische of beginselethiek à beoordeelt: handeling zelf, intentie, streeft naar:
handelen op basis van redelijke morele regels, vanuit juiste waarden en normen. Immanuel
kant zegt: handelen vanuit de categorische imperatief: ‘handel alsof de grondregel van je
handeling door jouw wil tot een algemene natuurwet wordt.’
o Belangrijke filosoof: Immanuel Kant
o Andere bronnen van beginselethiek: religies en beroepsverenigingen
- Zorgethiek à beoordeelt: handelen in specifieke relaties, streeft naar: handelen vanuit
zorgzaamheid en de relatie met de ander.
o Schema: je zorgen maken à zorg op je nemen à zorg verlenen à nagaan of de
ontvangen zorg aansluit bij de behoefte. (cirkel)
o Zorgethiek gaat uit van relaties, de andere theorieën zijn meer gericht op het
individu.
o Belangrijke filosofen: Gilligan, Tronto
Wat is eigenlijk een deugd? (deugdethiek)
‘een karakterhouding die ons in staat stelt een keuze te maken en die het midden houdt met
betrekking tot ons, een midden dat bepaald wordt door de rede; dat wil zeggen, zoals een
verstandig mens het zou bepalen. Je kijkt hierbij naar het juiste midden.’
Het juiste midden (deugdethiek)
- Te weinig: rigide à strak vasthouden aan protocollen en regels
- Professionele deugd: professionele wijsheid in complexe situaties à rekening houden met
alle verschillende aspecten in deze unieke situatie en voortdurende reflectie.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ilsevanwaalwijk. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.