In dit document worden de 12 lessen van Samenleving Feiten en Problemen overzichtelijk weergegeven. Er wordt bij elke grafiek uitgelegd wat de grafiek inhoud en de structuur van de lessen word gevolgd. De titels van de hoofdstukken zijn:
- Les 1: Inleiding, een conceptueel kader
- Les 2: Als mark...
Samenleving: feiten en
problemen
Les 1: Vooraf
Positief VS. Normatief
Positieve (beschrijvende) analyse richt zich op Normatieve (prescriptieve) analyse richt zich op
feitelijke vragen waardeoordelen
Hoe ziet de wereld eruit? Hoe zou de wereld eruit moeten zien? hoe
Bv: Wat is het effect op de willen we dat de wereld eruit moet zien?
werkgelegenheid als we het minimumloon Bv: Is de samenleving beter af met een hoger
verhogen? minimumloon?
Belangrijk onderscheidt om uitspraken te begrijpen die gedaan worden
Correlatie vs. Oorzakelijk verband
Correlatie: statistische associatie tussen variabelen (die samen bewegen)
Oorzakelijk verband: Verandering in één variabele veroorzaakt een verandering in de andere
variabele
Belangrijk: correlatie impliceert geen causaal oorzakelijk verband Waarom niet?
Een derde variable kan beide variabelen beïnvloeden
vb. verkoop van ijsjes en zweten: mensen die ijsje eten zweten meer klopt niet want
warme temperaturen veroorzaken beide variabelen apart
Beleid mag niet gebaseerd worden op correlaties omdat je je beleid baseert op basis van iets
dat niet per se klopt veel geld verspilt
Omgekeerd oorzakelijk verband
vb. armoede en laag zelfbeeld zijn gecorreleerd (Veroorzaakt armoede een laag zelfbeeld of
vice versa?)
Praten over beleid
Het formuleren van beleidsaanbevelingen en beleidsadvies:
Een goed begrip van de samenleving is noodzakelijk (positieve analyse)
In het bijzonder over de oorzakelijke verbanden tussen de variabelen waarin we geïnteresseerd
zijn (dat kan complex zijn, bv. in een web van oorzakelijke verbanden)
Zijn steeds conditioneel op een normatieve positie (in welke samenleving willen we leven?) en
daarover zijn we het misschien niet eens
Voorzichtigheid is geboden!
,Les 1: Inleiding, een conceptueel kader
Samenlevingen
Samenlevingen = meerlagige structuur: je kan een samenleving definiëren op verschillende niveaus
en een individu behoort tot verschillende samenlevingen vb:
Lokale samenleving: bv. Antwerpen
Regionale samenleving: bv. Vlaanderen
Nationale samenleving (natiestaat): bv. België
Supranationale samenleving: bv. Europese Unie
Wereldwijde samenleving: de wereld
Het woord “De samenleving” is toepasbaar op al deze lagen (in deze cursus vaak de nationale
samenleving)
Leden van een samenleving
Een samenleving bestaat uit individuen (haar leden) Het lidmaatschap van een samenleving (of
burgerschap) geeft recht op bepaalde rechten, dit bestaat uit 3 delen (T.H. Marshall, 1950):
Burgerrechten: rechten die nodig zijn voor individuele vrijheid
Bv. vrijheid van meningsuiting, gedachte en geloof (18e eeuw)
Politieke rechten: recht op deelname aan de uitoefening van de politieke macht
Bv. algemeen kiesrecht (19e eeuw)
Sociale rechten: recht om een waardig leven te leiden
Bv. bescherming tegen armoede (20e eeuw)
Tot stand gekomen in verschillende golven
Sociale rechten in de Belgische grondwet
In de grondwet is artikel 23 een belangrijk artikel. Dit artikel zegt dat Burgers van België sociale
rechten hebben (recht op arbeid, gezond leefmilieu, culturele ontwikkeling, goede huisvesting,…)
Europese pijler van sociale rechten
Geratificeerd in 2017 door EU-landen met 20
kernbeginselen (3 categorieën):
Sociale bescherming en inclusie
Gelijke kansen en toegang tot de arbeidsmarkt
Rechtvaardige arbeidsvoorwaarden
(Concreet) actieplan in 2021 idee van sociale
grondrechten pas dan doorgedrongen in Europa
,Drie Basis instituties
De leden van een samenleving zijn geen geïsoleerde atomen
Ze leven, werken, spelen, studeren samen
Ze vormen (sociale) basisinstituties
Wij concentreren ons op drie basisinstituties:
Het gezin
Het bedrijf
De overheid
Deze basisinstituties zijn de belangrijkste actoren van deze cursus. Als een gezin werkt behoren
ze tot een bepaald bedrijf en ze verhouden zich op een manier tov de overheid
Geschiedenis van de homo sapiens
Kijken naar het fysieke verschil tussen het begin van de
mens en de ontwikkelde Homo sapiens. We zijn cognitief
ontwikkelt waardoor we een groter hoofd hebben
gekregen.
Als mens moeten we intenser zorgen voor onze
pasgeborenen omdat ze zo vroeg geboren worden en ze
hulpeloos zijn. Dit kunnen we doen als gezin.
Basisinstitutie 1. het gezin
Waarom vormen mensen gezinnen?
Nieuwe mensen voortbrengen
Deze nieuwe leden verzorgen
Wederzijdse hulp bieden
Samenwerken
Middelen samen gebruiken
...
Gezinnen zijn informeel georganiseerd: ze planten zich samen voort, maar dragen ook zorg voor
de kleintjes en ook op het einde van het leven wordt er zorg gedragen voor ouderen. Dit moet
georganiseerd worden door de samenleving hoe doen we dit = rol van basisinstituties
Cognitieve revolutie
Ongeveer 70.000 jaar geleden Homo Sapiens ontwikkelt stelselmatig taal opent nieuwe
mogelijkheden:
Samenwerken in (grotere) groepen: conflicten uitpraten, praktischer dingen aanpakken,…
Door samenwerking ontstaan er grotere clusters/ kleinere samenlevingen
Creatie van een verbeelde werkelijkheid (mythes, legendes, religie, …)
Ontwikkeling van cultuur, religies, “Wij” VS “Zij”
Ruil en handel: talenten gebruiken om te kunnen ruilen
Praten met elkaar en complexe gedachten/ nieuwe ontdekkingen met elkaar delen
, De markt
De leden van een samenleving doen aan ruil op de markt. De meeste markten zijn gebaseerd op
verkopers die hun goederen of diensten aanbieden aan kopers in ruil voor geld.
Let op:
Ruil is het essentiële kenmerk van een markt, niet geld.
Je kan alles ruilen wat je wil ruilen (als er een afgesproken waarde is)
Ik (= docent) beschouw de markt op zich niet als een basisinstitutie (gezinnen, bedrijven,
overheid zijn de basisinstituties)
De markt zelf doet geen acties: op de markt gaan mensen acties doen
Er zijn verschillende markten: de klassiek economische markt, maar ook ruilsystemen in
gevangenissen, vroeger in concentratiekampen met tabak of papierbloemen tov schelpen
Prehistorische zorg
Geval van Romito 2 (vroegst bekende geval van dwerggroei)
Gevonden in "Grotta del Romito" (Italië) en Stierf ongeveer 11.000 jaar geleden
Man, 17-20 jaar oud 120 cm
Leed aan verminderde mobiliteit, beperkte strekking van de onderarm
Kon niet voldoen aan de normatieve eisen van zijn samenleving
Kreeg zorg in verschillende levensfasen = kon alleen zolang geleefd hebben als hij zorg kreeg van
anderen = oudste voorbeeld van zorgdragen voor iemand in een samenleving
Agrarische revolutie
Ongeveer 10.000 jaar geleden (na proces van duizenden jaren)
Homo sapiens ontwikkelt landbouw
In het begin: soort bloempotten met oogsten telkens meenemen
Uiteindelijk vestigden sommige groepen zich op een vaste plek waar vruchtbare grond was
Landbouw = belangrijk verhoogt de voedselproductie per m²
Niet langer afhankelijk van toevalligheden: mammoet dat voorbijkomt,…
Grotere samenlevingen kunnen in stand worden gehouden
Sommige leden kunnen andere dingen doen dan jagen en voedsel verzamelen
Sociale hiërarchieën (en ongelijkheid) ontstaan (slaven,…)
Homo sapiens ontwikkelt schrift
Maakt organisatie van grotere samenleving mogelijk = ontstaan overheid
Basisinstitutie 2: de overheid
Grotere samenlevingen vereisen een meer formele organisatie Sommige leden van de
samenleving krijgen de macht (of dwingen deze af) om over anderen te heersen: de overheid.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur willemfrankie. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.