BEWEGINGSACTIVITEITEN IN EEN KINESITHERAPEUTISCHE CONTEXT: PRAKTIJK
INLEIDENDE LES:
WAT IS ABA?
ABA = Aangepaste BewegingsActiviteiten
- bewegingsactiv vr mensen met een beperking
- aangepast materiaal, spelregels, doelstelling
⇒ creativiteit
LESGEVEN IN ABA:
sleutelprincipes
principes vs recepten ⇒ niet echt een recept, elke les is wat verschillend
1) terminologie aanpassen: person first language (niet “de autist id groep”, maar “de
persoon met autisme”)
2) fun, but no entertainment: plezier is belangrijk ⇒ motivatie stijgt, veel
mogelijke redenen om te sporten (vermageren, bewegen,...) ook G-dans
3) relevantie: kies relevante activiteiten (bv. geen kinderspelletjes bij volwassenen)
4) progressie: moeilijker maken ve bep oefening ⇒ vs. regressie: haalbare en
realistische doelstellingen
5) aanpassing: behoud de kern/eigenheid vd sport
6) blijvend vs tijdelijk: bv steuntjes naast een fiets
- ifv functionele mogelijkheden: bv. driewieler voor evenwichtsstoornis
- ifv fase: kindjes met zijwieltjes
7) communicatie
- ifv doelgroep: handalfabet
- ifv leeftijd
- ifv individu
doelstellingen
→ worden bepaald door lesgever
→ vertrek vanuit doelstellingen
→ kies vr je doel een geschikte activiteit
⇒ eerst doelen dan pas actie
- basismotorische doelstellingen: kracht, evenwicht, snelheid,...
- cognititeve doelstellingen
- tactisch: weten waar je een screen kan zetten in basketbal
- niet tactisch: kennis v spelregels
- perceptuele doelstellingen
- ruimteperceptie: oriënteren id ruimte
- tijdsperceptie: ritmegevoel
- ruimte-tijd-perceptie: verplaatsen met een snelheid waarbij je elkaar niet raakt id
ruimte
- proprioceptie (psychomotorisch): houding van lichaamsdelen tov mekaar =
lichaamsbesef
- socio-affectieve doelstellingen: fairplay
1
, 5 didactische principes
1) demo en instructie: voordoen, op korte tijd veel meegeven, korte uitleg
2) veiligheid: juist schoeisel, juwelen uit, geen rondslingerend materiaal, oefeningen
uitvoeren aan de rand ve mat
3) actieve leertijd = de tijd die daadwerkelijk w besteed aan betekenisvolle
en productieve leertaken waarbij de leerling actief participeert en zich
bezighoudt met het leerproces: demostratie en instructie en vragen
stellen ⇒ estafette, materiaal opzetten,.. ≠ actieve leertijd
4) organisatie en management: ifv actieve leertijd en veiligheid + op
voorhand (lesvoorbereiding) ⇒ actieve leertijd is hoger
5) lesgeefstijl en stemgebruik: stijl = betrokkenheid, enthousiasme, spelleiding, feedback,
dynamiek (==> persoonsafhankelijkheid), stemgebruik = luid en duidelijk
BIJZONDERE DOELGROEPEN
fysieke (FYS): rolstoelrugby, rolstoelbasketbal, zitvolleybal,...
verstandelijke (VE): special olympics (deelnemen is belangrijker dan winnen), paralympics
(selectie en prestaties)
visuele (VI): goalball (bal met belletje in en proberen rollen in groot doel van tegenstander),
blindenvoetbal
anderen: auditieve beperkingen, chronische aandoeningen, psychische kwetsbaarheid
BEWEGINGSACTIVITEITEN IN EEN KINESITHERAPEUTISCHE CONTEXT: DROGE
LES 1: INLEIDEND SEMINARIE
“aangepaste bewegingsactiviteiten is een beweegactiviteit die zo aangepast of gewijzigd is dat ze
net zo geschikt is voor een persoon met als voor een persoon zonder beperking.”
waarom?
spelen
- bruikbaar middel in: educatie, recreatie, revalidatie
- ganse persoon w betrokken
- zeer groot gamma aan menselijke vermogens (mentale en motorische functies) w
aangesproken
hoofddoelstellingen:
- indeling v BA kennen en kunnen toepassen
- moeilijkheidsgraad en doelstelling ve activiteit kunnen aanpassen ae specifieke doelgroep
- BA nr waarde kunnen schatten
nevendoelstellingen:
- meerwaarde vh samenwerken met peers ondervinden
- respectvolle en veilige manier samen bewegen, rekening houdens met ieders kwaliteiten
en beperkingen
- samenwerken en groepsdynamiek kunnen hanteren
standpunt:
= bewegingsspelen aanpassen ad mogelijkheden vh individu is belangrijk voor:
- positieve invloed op zelfbeeld
2