Politicologie
A. Politiek
Politiek = ordenen & besturen van een territoriaal afgebakende SL
‘Politica’
Polis: mensen in de SL
Ontstaan: oud-Grieks
Onderscheid ‘territoriaal’ en ‘niet-territoriaal’:
Territoriaal Niet-territoriaal
Omvattend en dwingend Functioneel en vrijblijvender
Vb. gemeenten, regio’s, landen, EU, NAVO, Vb. vrijetijdsverenigingen, bedrijven, scholen
Verenigde Naties
Hoe ordenen & besturen van een territoriaal afgebakende SL?
Staatsinrichting & instellingen
Gedrag: strategie & conflict/samenwerking (doelbewust optreden)
Beleid
Evolutie?
Nachtwakersstaat: staat die zich eerder beperkt tot enkel bescherming vd burger, moeit
niet echt met de burger. Politie/justitie worden ingezet
Sociale welvaartsstaat (verzorgingsstaat): staat is meer meelevend met de mens, er is
meer sociale bescherming (werkloosheidsuitkeringen etc.)
Regulerende staat: politiek veel impact op het leven
, B. Macht
Machtsuitoefening
a) Wat is macht?
Bindende regels
o Politieke regelgeving kan alleen functioneren (effectief sturen) als ze ook
opgelegd worden ad leden vd SL
o Gevolgen van niet-naleving regels: sancties, dwangmiddelen burgerlijke
ongehoorzaamheid
Burgerlijke ongehoorzaamheid = publieke, niet-gewelddadige en
bewuste daad die ingaat tegen de wet en die tot het doel heeft
en wijziging in beleid of de wetgeving te realiseren.
Bv. spijbelen, onaangekondigde staking
-> Gebruikt wnr men een fundamenteel onrecht wil aanklagen
Kenmerken:
1) Vorm van protest
2) Vreedzaam
3) Aanvaarden van gevolgen nietnaleving bindende regels
o We volgen de regels zonder na te denken (geïnternaliseerd)
Regels opleggen en afdwingen door middel van machtsuitoefening
Macht versus gezag (burgers stellen zich weinig of geen vragen bij de uitoefening van macht)
Robert Dahl:
o Macht = actor A heeft de mogelijkheid om ervoor te zorgen dat actor B een
handeling verricht die B anders niet zou verrichten
Handeling B is niet noodzakelijk in overeenstemming met wat
A wil (onbedoelde effecten)
Max Weber:
o mogelijkheid van actor om wil op te leggen aan anderen, ook tegen
eventuele weerstand in
Gezag als legitiem aanvaarde machtsuitoefening
Deze definities: gaat over een vermogen, veronderstellen & conflict (vindt dus plaats in
sociale relaties, want als we ons niet tov elkaar verhouden is er ook geen
machtsverhouding)
, 3 vormen van gezag:
o Traditioneel gezag: traditie & gewoonte (meer in vroegere SL)
o Charismatisch gezag: persoonlijke eigenschappen van een machthebber
zorgen ervoor da we da willen volgen & da we ons eraan gaan houden.
o Rationeel-legalistisch gezag: uit respect voor de regels (meer nu)
Legitieme machtsuitoefening ut respect voor de regels
o Input: met welke signalen uit de SL wordt allemaal rekening gehouden? (Bv.
burgerpanel)
o Troughput: hoe regels gemaakt? Hoe transparant is het maken vd regels
verlopen? Kwaliteit voldoende? (Acceptatie, meer respect vr de regels)
kwaliteit onvoldoende? (Geen acceptatie, geen respect naar regels) (bv.
burgerparticipatie)
o Output: zijn de regels efficiënt & effectief? Vinden we dat de regel
geaccepteerd moet worden? Hoe probleemoplossend is de uitkomst?
Macht omdenken
3 faces of power – Steven Lukes:
o Power of decision-making / beslissen en bevelen
‘naakte machtsuitvoering’ (iem met macht kan beslissen, bevelen
dat beslissing wordt uitgevoerd en evt straf opleggen bij het niet-
volgen)
Meest zichtbare vorm van macht
o Non-decision-making power / agenda setting (Bachrach & Baratz)
Prioriteit van thema’s op politieke agenda (≠ richting van beleid)
Positief: aandacht generen, zichtbaar
Negatief: verhinderen dat bepaalde thea’s worden behandeld,
onzichtbaar
Bv. reguleren luchtverontreiniging versus vrijwaren van werkgelegenheid
o Ideological power / ideologische hegemonie (Lukes)
Bepalen wat er gedacht wordt, bestaande orde niet ter discussie
stellen, onzichtbaar
Culturele hegemonie: de bestaande orde wordt niet ter discussie
gesteld, maar als vanzelfsprekend gezien
Bv. neoliberatie, kapitalistische marktlogica
Amartya Sen
o Ongelijkheid = macht (onderdrukking) waardoor mensen niet al hun
mogelijkheden ontwikkelen DUS geen ‘echte’ vrijhei
Bv. ontwikkelingslanden vs rijke landen
, b) Macht meten – mission impossible?
Macht aantonen & bewijzen = moeilijk
Veel machtsuitoefening is onzichtbaar
o Anticipatie op gevolgen van acties, non-decision making, diffuus (de
oorsprong vd machtuitoefening is vaak niet makkelijk te achterhalen of terug
te brengen tot specifieke actoren)
Macht zit in een machtsstrijd tss actoren, wisselwerking – wederzijds
o Causaliteit van macht vasstellen is bijzonder lastig (bv. pol agenda setting
o Macht van één actor isoleren is problematosch (bv. partijen in een
coalitieregering)
Macht is vaak negatief
o Maakt het moeilijker om iets vast te stellen
Bv. veto
c) Macht vd staat
Staat concentreert veel macht
Natiestaat is langzaam gegroeid doorheen de tijd (proces van staatsvorming
geleidelijk verlopen)
o Steeds grotere concentratie van machtsmiddelen (geld, expertise).
Concurrenten (Kerk, adel…) zijn machtsmiddelen verloren -> politiek systeem
heeft vrij spel gekregen
o Verwerven van legitimiteit: overheid dient aanvaard te worden als geldige
gezaghebber: Weber over gezag (legitiem aanvaarde machtsuitoefening)