Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Volledige samenvatting van de literatuur arresten week 4 (WSNP / Schuldsanering ). €6,89   Ajouter au panier

Resume

Volledige samenvatting van de literatuur arresten week 4 (WSNP / Schuldsanering ).

 7 vues  0 achat
  • Cours
  • Établissement

Deze samenvatting is volledig en van goede kwaliteit. Met zorg opgesteld. Het betreft de stof van de schuldsanering (Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen). In de samenvattingen zijn telkens het voorgeschreven boek samengevat, alsmede de voorgeschreven arresten en indien van toepassing ook de ext...

[Montrer plus]

Aperçu 2 sur 7  pages

  • 22 mai 2024
  • 7
  • 2023/2024
  • Resume
avatar-seller
Inleidend: einde faillissement

Art. 193 lid 1 Fw: het faillissement eindigt zodra de geverifieerde schuldeisers volledig zijn betaald, of de
slotuitdelingslijst verbindend is geworden. De schuldenaar herkrijgt dan in beginsel het beheer en de
beschikking over zijn vermogen. (Herstel beschikkingsbevoegdheid).

De door de curator verrichte handelingen blijven wel verbindend voor de voormalige failliet.

Bij rechtspersonen is dat wat gecompliceerd, zij overleven een faillissement zelden. Art. 2:19 lid 1 sub c BW:
rechtspersonen worden ontbonden als het faillissement wordt opgeheven wegens de toestand van de boedel
of door de staat van insolventie. (Ze overleven het dus alleen als het faillissement eindigt met een akkoord).

Na het einde van het faillissement geeft de curator de administratie terug aan de failliet.

Achtste afdeling: rechtstoestand van de failliet

Art. 195 Fw. De vorderingen van de schuldeisers gaan teniet voor zover zij zijn voldaan. Het onbetaald
gebleven deel bestaat, en de schuldeisers behouden hun vorderingsrecht zoals bij een gewoon executoriaal
beslag.

Tot de herkregen rechten op de goederen van de schuldenaar behoort ook het recht om wederom zijn
faillissement aan te vragen. Behoudens art. 3:13 BW.

Art. 196 Fw. Het proces-verbaal van de verificatievergadering levert een executoriale titel op voor de
vorderingen die daar erkend zijn. Het heeft kracht van gewijsde tegen de schuldenaar. De verjaring ervan is
op lijn te stellen met die van een rechterlijk vonnis.

Art. 197 Fw. De erkenning van een vordering heeft geen kracht van gewijsde zaak tegen de gefailleerde als
die de vordering ex art. 126 Fw heeft betwist. Het proces verbaal van de verificatievergadering levert tegen
hem dan niet een voor tenuitvoerlegging vatbare titel op.

Schuldeisers die niet in het faillissement zijn opgekomen, moeten via een vonnis een executoriale titel
bemachtigen.

Titel I afd. 11: rehabilitatie

Rehabilitatie heeft geen rechtsgevolgen. Leidt het echt tot eerherstel? Het faillissement betreft niet het
persoon, maar het vermogen van de gefailleerde. Het brengt niks oneervols aan de persoon. Dus geen
eerverlies, dus juridisch gezien is het niet nodig. Maar eerherstel heeft meer dimensies dan formeel juridisch,
dus toch kan het van belang zijn.

De artikelen spreken voor zich. Sommige licht ik nader uit in deze samenvatting.

Art. 207 Fw: de schuldeisers hoeven niet volledig voldaan te zijn. Voldoende is dat verklaringen worden
overlegd dat zij te hunnen genoegen zijn voldaan. Dat zij de schuldenaar volledig kwijtschelden. Rb Alkmaar
verklaarde een verzoek niet-ontvankelijk, omdat uit de nakoming van een akkoord niet valt af te leiden dat
iedere erkende schuldeiser tot zijn genoegen is voldaan.

Als het in art. 207 Fw aangeduide bewijs is geleverd, moet de rechtbank de rehabilitatie toewijzen. Gedrag,
goede of kwade trouw van de schuldenaar hebben geen invloed.




Hoofdstuk 20 - Bepalingen voor betalingen en effectentransacties en insolventie van banken en
verzekeraars Titel I

Afd. 11A: het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties en betalings- en
afwikkelingssystemen.

, Afd. 11A is van toepassing bij faillissementen van de instellingen genoemd in art. 212a Fw. Banken,
beleggingsondernemingen e.d. die onder toezicht van de DNB of AFM staan ex de Wft. De kern van de
regeling staat in 212b Fw. De faillietverklaring werkt niet terug tot 0.00 uur. In die periode uitgevoegde
overboekingen, opdrachten tot verrekening e.d. blijven in stand. Afwijking van art. 23 en 35 Fw.
Lid 2 en 3 beperken de afkoelingsperiode om de faillietverklaring bedoelde opdrachten tegen te werpen aan
derden.

Tip: jo. art. 281g Fw. Dit geldt ook bij surséance.

Faillissementen van banken en verzekeraars

• Afd. 11AA: van het faillissement van een bank.
• Afd. 11AB: van het faillissement van een beleggingsonderneming
• Afd. 11B: van het faillissement van een verzekeraar

Ingevoerd op grond van EU-Richtlijn. Hoofdlijnen zijn als volgt.

Bank of verzekeraar die met één rechtspersoon werkzaam is in meerdere EU-landen wordt insolvent. Dan
wordt de insolventieprocedure van het land die de vergunning verstrekte gevolgd. Home State Control
principe. Daarom bepalen art. 212 lid 2 en 213a lid 1 dat banken en verzekeraars gevestigd in een andere
lidstaat dan NL, die een vergunning daar hebben gekregen, en hun Nederlandse bijkantoren in Nederland niet
failliet kunnen worden verklaard.

Hoofdstuk 21 - Surséance van betaling, inleiding en aanvraag Titel II

De surséance is uitstel van betaling in het belang van de schuldenaar en schuldeisers. Tijdelijke situatie ter
overbrugging van een tijdelijk liquiditeitsprobleem. Adempauze. De rechtbank benoemt een bewindvoerder,
die de belangen van de schuldeisers behartigt.

De. bewindvoerder en de schuldenaar zijn tezamen beheers- en beschikkingsbevoegd over de boedel. Dat
komt omdat het oog hier meer ligt op de instandhouding (i.t.t. liquidatie bij faillissement).

De surséance wordt direct na de aanvraag voorlopig verleend. Vervolgens stemmen de schuldeisers over de
wenselijkheid van de surséance, waarna de rechtbank beslist over de definitieve verlening.

Preferente schuldeisers zijn uitgezonderd van de werking van de surséance. Daardoor vaak voorportaal van
faillissement. Vaak alleen goed resultaat bij ondernemingen met voornamelijk concurrente schuldeisers.

Art. 214 Fw: schuldenaar kan het verzoeken als hij met het betalen van zijn opeisbare schulden niet zal
kunnen voortgaan. Lees voor alle eisen het artikel. In het bijzonder lid 4: natuurlijke personen die geen
zelfstandig beroep of bedrijf uitoefent, banken en verzekeraars zoals hierboven kunnen geen surséance
krijgen.

Hoofdstuk 22 - Hoofdlijnen van de surséance Titel II, afd. 2.

Art. 214 lid 3 en 252 FW: de schuldenaar is bevoegd een akkoord aan te bieden ten aanzien van die
vorderingen waartegen de surséance werkt.

Art. 268 Fw: de eisen (meerderheid stemmen en minstens 1/2e waarde van de vorderingen) voor aanneming.
Art. 272 Fw: homologatie door de rechtbank.
Art. 273 Fw: bindend voor alle schuldeisers (dwangakkoord met alleen concurrente schuldeisers).
Art. 276 Fw: wordt het akkoord aangenomen en is de homologatie in kracht van gewijsde gegaan, dan
eindigt de voorlopig verleende surséance.

Hoofdstuk 23 - Inleiding van de WSNP Titel III, afd. 1.

Bij faillissement geen schone lei, art. 195 Fw. Daarom WSNP, een schuldenaar die het schuldsaneringstraject
succesvol doorloopt wordt van zijn schulden bevrijd. Ander doel is het terugdringen van faillissementen van
natuurlijke personen. Het bevordert ook de bereidheid van schuldeisers tot het treffen van regelingen.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur NOTARIEELcumlaude. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,89. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,89
  • (0)
  Ajouter