Volledige samenvatting van hoofdstuk 4 van het boek Biogenie 5.2/6.2. Gemaakt om direct alles te kunnen studeren zonder het boek nog nodig te hebben. Inclusief tekeningen/fotos uit het boek.
5.2-6.2: Thema 4: voortplanting bij de mens
1. Primaire en secundaire geslachtskenmerken
→ In de eerste 5 weken: indeferent: je hebt aanleg van kanalen/klieren: wordt bepaald door Y-chromosoom met
testosteron
→ Wanneer er te veel testosteron, niet afkomstig van het embryo, aanwezig is bij de moeder kan er iets fout lopen,
ook wanneer het Y-chromosoom niet goed/deftig werkt.
→ Man of vrouw?
- Bepaald voor de geboorte
Zaadcel bepaald geslacht [cel met X = meisje & cel met Y = jongen]
Elk embryo is in aanleg vrouwelijk
SRY-gen op Y-chromosoom codeert voor de TDF-factor en bepaalt dat het embryo zich als
jongen ontwikkelt!
1.1. Primaire geslachtskenmerken
- Geslachtskenmerken die al van voor de geboorte aanwezig zijn
- Mannelijk - Vrouwelijk
- Penis - Ovaria
- Testis - Uterus
- Scrotum - Eileiders
- Bijballen - Vagina
- Zaadblaasjes - Schaamlippen
- Zaadleiders - Clitoris
- Prostaat
1.2. Secundaire geslachtskenmerken
- Geslachtskenmerken die vanaf de puberteit tot uiting komen
- Verhoogde productie van geslachtshormonen
- Mannen:
Groter, meer beharing, spiermassa, sterker, diepere stem, zaadlozing
- Vrouwen:
Borsten, meer onderhuids vet, breder bekken, hogere stem, menstruatiecyclus
1.3. Tertiaire geslachtskenmerken
- Verschillen ontstaan o.i.v. opvoeding en cultuurpatroon
- Tijd en plaatsgebonden
2. Functionele bouw van de vrouwelijke voortplantingsorganen
2.1. Eierstokken [ovaria]
- Schors met follikels waarin eicellen rijpen, omgeven door follikelcellen
- Merg rijk aan bloedvaten voor de afvoer van vrouwelijke geslachtshormoon,
geproduceerd door de follikelcellen
- Foto: doorsnede eierstok
- Eierstok is een zeer sterk doorbloede klier en produceert hormonen. Hangt met
vetweefsel vast aan buikwand maar heeft voor puberteit geen verbinding met de
baarmoeder. Waaier die je ziet tast af om te zien of er een rijpe eicel aanwezig is.
- Eicel wordt bevrucht hoog in de eileider. Eicel leeft 24-48h. 5 dagen nodig om van eileider
in baarmoeder te gaan.
- Eicel die niet bevrucht wordt: komt nooit naar buiten, verschrompelt hoog in eileider en
wordt opgenomen door de wanden van de eileider.
- Sterilisatie vrouw: ter hoogte van eileider afknelling: zaadcellen kunnen er niet meer bij.
- ±900 zaadcellen komen bij de eicel toe, de allereerste heeft toegang.
, - Tweeling: na de bevruchting: deling: klompjes vallen in 2 OF dubbele eisprong [1 uit beide
eierstokken]
2.2. Eileiders [tubae uterinae]
- Trechter om de eicel bij de eisprong op te vangen
- Ampulla waar de plaats van bevruchting is
- Spierwand + trilhaarepitheel door peristaltiek + trilhaarbeweging zorgen voor
vloeistofstroom richting baarmoeder
2.3. Baarmoeder [uterus]
- Baarmoederwand die kring- en lengtespieren bevat om bij de bevalling door contracties de baby uit te drijven
- Baarmoederslijmvlies dat tijdens menstruele cyclus verandert in bouw & dikte voor eventuele innesteling van embryo
- Baarmoederhals die slijmprop met beschermende functie bevat
2.4. Vagina [of schede]
- Gespierd kanaal dat fungeert als vrouwelijk paringsorgaan en met elastische wand die rol speelt bij bevalling
- Slijmvlies waarom melkzuurbacteriën leven, die zuur milieu handhaven als bescherming tegen infecties
2.5. Uitwendige geslachtsorganen
- Grote schaamlippen om opening van vagina tegen verwondingen te beschermen
- Kleine schaamlippen met slijmklieren voor slijmafscheiding bij seksuele prikkeling: penetratie makkelijker
- Clitoris: genotorgaan bij orgasme
3. Gametogenese
❖ Gametogenese [puberteit]
➢ Gameten: eicel, zaadcel
▪ Worden in de puberteit gevormd
➢ Wordt hormonaal geïnduceerd door Gonadotrofine Releasing Factor [GRF, hormoon in de hypothalamus],
activeert de hypofyse waar FSH [Folikkel Stimulerend Hormoon] aangemaakt wordt en daarna worden de
gonaden gestimuleerd om het mannelijk/vrouwelijk hormoon aan te maken.
➢ Oogenese [rijping van een eicel] bij vrouw
▪ Biologisch materiaal bij vrouw veroudert mee: afwijkingen ontstaan hoe ouder de vrouw is
▪ Gonaden maken hormoon aan
Oesterogeen
Progesteron
Follikelcellen zijn hormoon producerend
▪ Oogoniëen: kunnen een meiotische deling ondergaan [diploïd]
Oocyt I [diploïd]: geblokkeerd in profase I in de eierstok
➢ maandelijks zal 1 rijpen
➢ Oocyt II, via meiose I geblokkeerd in metafase II
▪ Na bevruchting
▪ Ootide [met mannelijke (zaadcel zit al binnen) en vrouwelijke kern], via meiose II
[grootste menselijke cel]
▪ 3 poollichaampjes [afvalcellen]
Na shaking [2 kernen worden tot 1 gevormd]
Zygote
➢ Spermatogenese bij man
▪ Gonaden maken hormoon aan
Testosteron
Cellen van Leydig zijn hormoon producerend
▪ Spermatogoniën [diploïd]
Controleert steeds de cellen op gezondheid
Blijven niet vast zitten in de mitose
Spermatocyt I [diploïd]: start aan de meiose
Spermatocyt II [haploïd] via meiose I
4 spermatiden via meiose II [ronde cellen]
4 spermatozoïden via spermiogenese [cellen met kop en staart] [kleinste menselijke cel]
, 4. Oögenese of eicelvorming
Primair follikel
4.1. Vorming van primaire follikels voor de geboorte
- Oögoniën starten de meiose reeds voor de geboorte
- Meioseproces stopt in profase 1 vorming van primaire oöcyt (2n) met daarrond follikelcellen
primair follikel
4.2. Rijping van primaire follikels tijdens de puberteit = oögenese
4.2.1. Groei van de primaire follikel
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lpsummaries. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.