SOCIOLOGIE
EXAMEN: theorie kunnen toepassen + voorbeelden kunnen geven; sociale en ruimtelijke kaders belangrijk! Open
boek examen! Meer inzichtvragen → Soortgelijk aan de verwerkingsvragen bij elke les! Open en gesloten vragen:
open vragen → één casusgericht vraag: er is een casus van een bepaalde omgeving, situatie, tekst (krant) en hier
worden dan open vragen over gesteld en ga je zelf een antwoord over moeten formuleren. Open theorievraag:
zal overeenkomen met de vragen die in de lessen aan bod kwamen in leerpad of zoals de 7 vragen bij de WTC-
documentaire. Bijvoorbeeld Field Theory toepassen op een situatie! 5 begrippen definiëren. Definieer: cultureel
kapitaal. 10 multiple-choice-vragen.
EEN SOCIOLOGIE VAN DE RUIMTE
Vraag: “Waar denken jullie dat ‘sociologie’ binnen landschapsarchitectuur over gaat of moet gaan?”
→ PSYCHOLOGIE:
o Één mens
o Hoe je jou gedraagt
o Hoe dat mensen beslissingen maken
→ SOCIOLOGIE
o De mens in bredere context
o Sociale positie innemen (bepaalde manieren van handelen)
o Interacties tussen menselijk gedrag en omgeving
o Jan Geel: omgevingspsycholoog
DE STAD ALS MAATSCHAPPELIJK EN RUIMTELIJK PROJECT
❖ Piero Dela Francesca, “La città ideale”
o Geometrie
▪ = afmetingen van figuren
▪ Architectuur: symmetrie, geometrie
o Schoonheid
o Structuur
o Ideale vormen, verhoudingen, patronen
o
▪ Naam van het schilderij: “Ideale stand”
o Geen mensen
▪ Wat we denken dat zou werken in een stad. → Mens is hier weggelaten.
❖ F.L. Wright, “The living City”
o Utopische stad
▪ = wordt gezien als de ideale stad
o Gezonde, menselijke, schone stad
o Hoe kunnen wij bovenstaand ontwerpen? → De menselijke maat inbouwen.
1
, o
❖ California Forever
o = project van enkele grote techbedrijven. Ze gaan steden van 0 opbouwen, kopen massaal
grond op en gaan binnen 2-3 jaar nieuwe steden beginnen bouwen.
▪ Alles afbreken en vanaf 0 beginnen werd ook hier in België overwogen.
o Nieuwe steden van nul af opbouwen
o Duurzaam, leefbaar, veilig
▪ Zogezegd is dit de enige duurzame manier.
▪ Bestaande structuur is vaak niet structureel in orde en kost dus veel om opnieuw te
beginnen vanaf 0. → Is niet gemakkelijk.
o
❖ Le Corbusier, maquette Linkeroever-plan 1933
o CIAM
▪ = Congrès Internationaux d'Architecture Moderne
▪ Corbusier wilde ook via de CIAM-principes een andere manier van leven en
samenleven creëren. Ongezonde steden terug levend maken. Smalle steegjes
tussen rijhuizen waar geen lucht, geen adem, geen licht was. Hij wilde dit
veranderen met zijn ontwerpen. Hij was precies meer socioloog dan architect.
o Schoonheid op papier
▪ Lucht, licht en zicht
▪ Groen tussen gebouwen
o
▪ Plan van linkeroever is ongeveer volgens de CIAM-principes voltooid.
VAN GEPLANDE NAAR GELEEFDE STAD
❖ Europark Linkeroever
o ‘Klein Chicago’
▪ Chicago is een zeer grauwe stad met veel hoogbouw, criminaliteit en problemen. →
Als men hiernaar verwijst dan is het niet positief.
▪ Spanning tussen geplande stad vanuit experten in top-down view met ideeën van
sociale evenementen, buurtfeesten, … en dan de realiteit dat het toch niet allemaal
zo is als we gedacht hadden.
• Het is soms veel levendiger en leuker dan we kunnen bedenken, maar soms
ook totaal niet.
2
, o Criminaliteit in Chicago
▪ In Antwerpen, op de linkeroever van de Schelde, is er een flatgebouw dat bekend staat
als ‘het Chicagoblok’ en dat bekend staat als een plek waar je beter niet komt.
▪ Er leeft een veelkleurige bevolking in het Chicagoblok.
▪ De lift is de enige plaats waar de bewoners elkaar iedere dag zien. De lift is vaak een
onderwerp van gesprek en frustratie.
▪ De documentaire Chicagoblok geeft verhalen van mensen in de marge van de
samenleving weer, in een flat met een slechte reputatie, maar met een hoopgevend
brede toekomst.
❖ Ana Aragao
o Het stedelijk leven
o Onvoorspelbaarheid
o Complexiteit
o
▪ Portugese tekenaar
• Zij plant echt toekomstgericht.
▪ Tekening gaat over de stad Porto
❖ Fotoboek Lijn 3
o Mensen maken de stad
▪ Wij maken de stad door onze ontwerpen top-down, maar mensen maken zelf ook de
stad bottom-down. Wij plannen voor hen, maar zij creëren wat ze zelf willen en dit
kan verschillen.
o
▪ Stadzoneringsplan was net gedaan. Men dacht (planners, gemeente, …) dat de
problemen verdwenen, dat jongere gezinnen zich mengden met andere gezinnen,
leven terugbracht. Straathoekmedewerkers kregen te horen dat er echt goed werk
gedaan werd van bovenaf, maar in het echt zagen ze de drugsproblematiek,
middeleeuwse toestanden in huizenkwaliteit, overbevolking door huisjesmelkers, …
o Voorbeeld: Buren druk in gesprek over het slecht onderhouden voortuintje van een van de
mensen in de buurt. Deze buur houdt zich niet aan de ongeschreven regels van ‘netheid’ en
wordt daarvoor afgestraft.
▪ Als je iets naleeft dat in de wet staat, word je in onze maatschappij gestraft.
o Voorbeeld: Graslei Gent in de zomer: ruimte voor ontspanning en ontmoeting, maar ook voor
circulatie. Onderscheid tussen formele en informele zitplaatsen.
▪ Zeer dure terrasjes voor het toerisme en dan studenten en omwonenden die gewoon
rustig kunnen rondhangen op de kade terwijl de toeristen in de dure bootjes passeren.
De contrasten zijn groot en de mensen creëren deze.
3
, o Ontwerpers zullen altijd moeten werken met wat er al aanwezig is, maar je moet het dan wel
kunnen begrijpen en zien.
SOCIOLOGIE ALS VAKGEBIED
Sociale wetenschappen (meerdere definities) (EXAMEN: definitie van sociologie wordt nooit gevraagd)
= wetenschappelijke studie van samenlevingen, sociaal handelen, en de interacties tussen mens en samenleving.
→ Sociologie
→ Psychologie
→ Anthropologie
o = studie of wetenschap van de mens
→ Economie
→ Politieke wetenschappen
→ Sociale geografie
o = sociale wetenschap die maatschappelijke verschijnselen van vandaag en vroeger bestudeert
vanuit een geografische invalshoek.
→ Sociaal werk
→ Pedagogiek
o = wetenschappelijke studie van de manier hoe volwassenen minderjarigen grootbrengen.
= wetenschappelijke studie van maatschappij en interne verhoudingen, processen en structuren
→ Sociologie
SOCIOLOGISCHE VERBEELDING
Gebeurtenissen in het leven van mensen worden gezien vanuit het ruimer geheel waarbinnen mensen
samenleven
➢ Sociale structuren
➢ Historische processen
➢ Voorbeelden: actuele loonkloof tussen vrouw en man; actueel mentaal onwelzijn bij jongeren; opkomst
van populistische en rechtse politieke partijen in Europa…
➢ Je probeert te begrijpen en te kijken waarom de dingen zo zijn. Niet enkel vaststellen, maar ook
begrijpen.
De gelaagdheid van een concrete gebeurtenis hier-en-nu in tijd, ruimte en sociale verhoudingen.
→ Voorbeeld: boerenprotest
o Historisch gegroeide verhouding tussen stad en platteland
o Biografische gebeurtenissen
▪ Generatiebedrijven die stoppen, gezinsdrama’s, …
o Neoliberaal landbouwmodel
o Generationeel conflict
▪ Risicosamenleving), sociale ongelijkheid (elitaire natuurbeweging vs. ‘hardwerkende’
landbouwers
o Democratisch probleem
▪ Model van representatieve democratie in hyper geïndividualiseerde samenleving,
particratie)
o De plek doet er ook toe: haven, distributiecentra, plaatsen waar de minister komt, …
4