DEEL 1: WE LEVEN IN TIJDEN VAN ANGST
“Fear is the main source of superstition, and one of the main sources of cruelty. To conquer fear is the
beginning of wisdom.” (Russell)
Hobbes: de mens wordt gedreven door angst (de mens is van nature uit slecht, overleven)
- Mens is van nature slecht WANT we leven uit angst waardoor we onder permanente bedreiging van
aanval staan
- Angst inperken door sociaal conctract af te sluiten => staat met permanente leider
<-> Rousseau: de mens wordt gedreven door het goede (de mens is van nature uit goed en leeft op hoop,
goede willen voor de medemens, maatschappij zorgt ervoor dat we soms slechte dingen doen)
- Mens is van naturge goed + wilt het beste
- PROBLEEM: maatschappij/ manier waarop maatschappij is opgebouwd zorg ervoor dat we slechte
dingen doen
maatschappij zorgt ervoor dat het goede dat in ons zit niet altijd tot uiting kan komen
Russel: angst overwinnen is het begin van wijsheid
Werkelijkheid niet alleen proberen verklaren, maar ook leren waarderen
Cultuur speelt in op oerangst
H1: ANGST VOEDT DE
VERSCHILLEN…
Angst zorgt ervoor dat we Dualistische denkers (zwart-wit denken) worden
= we zijn angstig OF vrijvan angst
Past rustig als in onze eigen omgeving zijn
Bv. Snel genoeg door het groen gaan, …
lijden aan mixofobie = angst dan andere dingen/ anders denkende ons denken gaan beinvloeden
Bv. Wat is er mis met typische Belgische kost? Vlaams Belang, Eigen volk eerst, …
- Bewegingen in naam van eigen volk + beschermen tegen bedreigingen die gevoed worden door
angsten voor inmening
(leidt tot) Nativisme= politieke systeem waarbij vooral inheemse gedachten/ systemen gaat beschermen
- Beschermen tegen alles dat vreemd is
Om politiek systeem binnen te krijgen 2 bewegingen
1. Behoudsgezinde burgerbeweging (conservatief)
= wereld veranderd maar we moeten niet springen voor veranderen
Willen dat alles blijft zoals het is + alles wat vreemd is vernietigen
Geen politieke invloed
Bv. Nazisme, combat 18 (p.11)
2. Conservatieve gezinsbeweging
Inspelen op angst van mensen WANT angst is verbindende factor tussen kiezer en partij => krijgen
stemmen
Kiezers denken niet kritisch na over inhoud van partijprogramma
Migranten zijn bedreigen voor Vlaamse gezinnen
Bv. Vlaams Belang, voorbeelden p13, …
=>angst leidt tot wij-zij groepen
1
,H2: … OF LEIDT TOT
SAMENWERKING
MOHAMMED BOUAZIZI
- angst voor zijn toekomst
- Hij moest hard werken en had pech dat hij in een land leefde waarin de bevolking hard steeg.
- Politie had zijn weegschaal afgepakt + wilde deze niet terug geven, als gevolg had hij benzine over zijn
hoofd gegoten en zichzelf in brandt gestoken
=>angst voor toekomst + geen vooruitzichten => ondenkbare acties
- Zelfverbranding leidt tot massale protesten en rellen
Gemeenschappelijke angst = voedingsbodem voor samenwering
SERGEI KRIKALEV
- Koude Oorlog (kap. Amerika vs. com. Rusland: raketten snel aan de andere kant van de wereld te
krijgen. Moscow -> Washington (Witte Huis).
- Angst heeft hun iemand uit de gevangenis laten halen.
= Angst -> internationaal spaceonderzoek
H3: MAAR IS STEEDS EEN AS VAN
KWAAD
MARTHA NUSSBAUM:
As van het kwaad= principe dat in alle maatschappijen aanwezig is
- Botsing der beschavingen: wereld aanduiden als plek meet onderlinge tegenstellingen
Bv. goede vs. slechte, as tussensteken (zelf behoren tot een groep = goed, niet tot een groep behoren =
niet goed), slechte Russen vallen goede Oekraïners aan
- Populaire cultuur: ‘botsing der beschavingen’ wordt bevestigd door de wereld
Bv. gelukkig of ongelukkig in liedjes, films: goede held vs. kwade vijand
- Terroristische aanslagen: we denken vaak “dat zijn religieuze aanslagen”
As van het kwaad leidt tot een botsing.
H4: COLLECTIEVE ANGST MAG
MEN NIET CULTIVEREN
- Angst= oudste emotie die organismen hebben
Individuele instinctmatige oerangst kan je niet wegnemen of uitroeien: een grote knal = angst.
Het is de angst opgelegd door culturen die we moeten wegnemen.
- Angst is de dirigent van het brein: nodig om wezen in leven te houden.
2
, ALS leven op spel staat -> dirigent neemt brein over: lopen of vluchten, …
Dirigeert ook cultureel maatschappelijke angst. Angst kan worden aangepast als we weten
vanwaar het komt.
- Collectieve bedreiging= heersende orden is dooreengeschud
nieuwe dirigent nodig WANT oude kan dit niet aan
- Mensen zijn niet bang voor wat is, maar voor wat ze verwachten dat er zal komen.
De grenzen tussen vermoeden van wat kan gebeuren en vooroordelen worden in tijden van angst uitgedund.
gevaarlijk ALS superioriteit van eigen groep wordt benadrukt + andere de schuld krijgen
+ ALS as van het kwaad geïnstitutionaliseerd wordt
- Communiceren en kritisch denken is moeilijk, anderen beschuldigen en bang zijn is gemakkelijk.
- Tolereren (ik zie wat ik zie maar het is niet mijn ding) is niet hetzelfde als aanvaarden (akkoord met
wat je ziet).
5 UITDAGINGEN VOOR DE TOEKOMST:
- Een intelligente omgang met informatie op basis van feiten. We moeten eerst zien dat de info die we
hebben ook klopt. Kritisch mee omgaan.
- Principieel consistent: iedereen hetzelfde behandelen.
- Verbeelding cultiveren
- Samenwerken: bewustzijn dat je het niet alleen kan.
- Morele plicht hebben hoop te koesteren
is de weg uit de tijden van angst + leidraad om rechtvaardige samenleving te bouwen
DEEL 2: WEG UIT DE ONWETENDHEID
H5: HEB IK EEN
LEVENSBESCHOUWING?
5.1: OVER DE DODEN NIETS DAN GOED
Epicurus = levensfilosofie
- Centraal: atarxia= staat van verlangenloosheid, kalme rust en onverstoorbaarheid + toestand van vrij
zijn van nutteloze zorgen
- Angst voor goden en dood = overbodig
Dood= gewoon uiteengaan van atomen waaruit lichaam bestaat + geen leven na dood
West- Europa beïnvloedt door visie Epicuris onafwendbare negeren (dood) door kerkhof achter een grote
muur of bomen te zetten.
We schermen de dood af, we zien het niet.
5.2: ER BESTAAN GEEN DOMME VRAGEN
Teshie: mensen begraven in fantasy coffin= doodskist in verschillende vormen + vorm toont beroep van
overledene en materiaal toont status
Levensvraag:
- Er is geen juist, vast of standaard antwoord
Bv. Wat is schoonheid – symmetrisch gezicht
- Persoonlijk antwoord kan tijdelijk zijn
Bv. Definitie van liefde is anders toen we kinderen waren VS nu
- Een levensvraag gaat steeds over mensen + persoonlijk antwoord op kunnen geven
- Een levensvraag gaat over het groter geheel, leven in al zijn complexiteit
Houdt mens groot deel van leven bezig
3
, 5.3: DE RUST VAN VANDAAG IS DE CHAOS VAN MORGEN
- Alle antwoorden op een levensvraag zorgen voor wereldbeeld, mensbeeld, godsbeeld =
levensbeschouwing
Wereldbeeld: hoe je omgaat met alles wat zichtbaar/niet menselijk is
Mensbeeld: manier waarop je met jezelf en anderen omgaat
Godsbeeld: niet-empirisch waarneembaar (niet zichtbaar)
- Spanning tussen mens-, wereld- en godsbeeld is mogelijk
Bv. Geloven in liefdevolle God dus afvragen waarom slavernij bestaat
- Ongelijktijdige gelijktijdigheid= verandering van mens-, wereld-, en godsbeelden gebeurt in bepaalde
volgorde MAAR niet op hetzelfde moment
wereldbeeld verandert eerst -> mensbeeld -> godsbeeld
Aangepast wereldbeeld: kosmos/juweel: op te delen mechanisme
Aangepast mensbeeld: richting gegeven door goden en natuur -> autonomie via waarnemingen
en experimenten
Aangepast godsbeeld: mens naar goden geschapen -> abstracter geworden (abstracte God)
5.3.1: HET JUWEEL WORDT EN MECHANISME (WERELDBEELD)
Grieken: noemde de wereld ‘kosmos’= juweel
- Wereld was kostbaar, dierbaar, harmonisch
- Optimistisch wereldbeeld
- Juweel houdt van harmonie + chaos duidt op het feit dat wereld levend organisme is
Joods-christelijke scheppingsverhalen:
- God bracht orde in chaos
16e eeuw: definitieve scheiding tussen verklaren en waarderen van werkelijkheid
- Zagen wereld niet meer als organisme, maar wel als mechanisme dat uit elkaar gehaald kan worden
om elk onderdeel apart te bestuderen
- Pessimistisch wereldbeeld
5.3.2: DE ZOEKTOCHT NAAR AUTONOMIE (MENSBEELD)
Mythe tantalus zie p.32-33 (tantaluskwelling)
Klassiek mensbeeld: de mens was niet autonoom
- Alles werd bepaald door goden en natuur
- ijdelheid + hoogmoed werd afgestraft
moderniteit: mens wordt autonoom
- eigen verstand staat centraal
5.3.3: WAT OVERSTIJGT MIJ? (GODSBEELD)
Oude gemeenschappen + Grieken: mensen zijn geschapen naar hun goden + goden hebben menselijke trekjes
5e eeuw v. Chr (Plato + Aristoteles): goddelijke wordt abstracter idee van het goede
16e-17e eeuw (Copernicus, Descartes): diepgelovig + wilde connectie vinden tussen hun theorie en goddelijk
plan
18e eeuw (Feuerbach, Freud, Marx): God wird doodverklaard + kritiek op mensbeeld
5.4: IK DENK DUS IK HEB EEN LEVENSBESCHOUWING
Verschil agnos en atheïsten
- Atheïst: het goddelijke bestaat niet, het geloof in de wetenschap is er wel
4