Een oefentoets voor blok 7! (leerjaar 2 fysiotherapie Zuyd Hogeschool). Helemaal zelfgemaakt! Hopelijk kan het jou ook helpen bij de voorbereiding. De oefentoets bevat 30 vragen voor elke taak (taak 1 het kleinkind, taak 2 de oudere patient, taak 3 osteoporose, taak 4&5 diabetes, taak 6 parkinson, ...
Elena Goebel (2200841)
Fysiotherapie Zuyd Hogeschool, leerjaar 2
2023/2024
Oefentoets Blok 7
Taak 1: Het kleinkind
Vraag 1:
De samenwerking tussen de spieren en gewrichten wordt aangeduid met de term psychomotoriek.
Vraag 2:
Aan iemand zijn houding en beweging kun je zien dat diegene verdrietig is. Dit is een voorbeeld van
de sensomotoriek.
Vraag 3:
Binnen de psychomotorische ontwikkeling vinden drie belangrijke processen plaats: rijping, leren en
groei. De verandering van gedrag, gevoelens en gedachten wordt aangeduid met ‘leren’.
Vraag 4:
Binnen de psychomotorische ontwikkeling wordt onderscheid gemaakt tussen ontwikkeling en leren.
De gedragsverandering die samenhangt met de leeftijd wordt aangeduid met de term ontwikkeling.
Vraag 5:
De neurale rijpingstheorie stelt dat de ontwikkeling plaatsvindt op basis van de rijping van de
hersenen en het zenuwstelsel.
Vraag 6:
Binnen het hiërarchisch model worden verschillende aannames benoemd. Er wordt o.a. gesteld dat
een pasgeborene eerst controle zal krijgen over zijn/haar hoofd en daarna over schouders, romp,
bekken en benen.
Vraag 7:
Binnen de dynamische systeemtheorie wordt gesteld dat de omgeving van het kind een minimale
invloed heeft op zijn/haar ontwikkeling.
Vraag 8:
De cognitieve ontwikkelingstheorie van Piaget stelt dat kinderen niet extrinsiek gemotiveerd hoeven
te worden om te leren, leren op zich is al motiverend genoeg.
Vraag 9:
Binnen de cognitieve ontwikkelingstheorie van Piaget worden verschillende ontwikkelingsstadia
onderscheiden. Binnen het sensomotorisch stadium staat het ontdekken van de omgeving door
beweging en waarneming centraal.
Vraag 10:
Binnen de cognitieve ontwikkelingstheorie van Piaget worden verschillende ontwikkelingsstadia
onderscheiden. De ontwikkeling van het logisch redeneren en logisch denken vindt plaats vanaf het
pre-operationele stadium.
, Elena Goebel (2200841)
Fysiotherapie Zuyd Hogeschool, leerjaar 2
2023/2024
Vraag 11:
Gegeven: Motorprogramma theorie van Schmidt.
Stelling:
Er worden drie fases van motorisch leren onderscheiden. In de autonome fase gebeurt de handeling
snel, consistent en zonder veel aandacht en feedback.
Vraag 12:
Gegeven:
Bij iemand wordt onderzoek gedaan naar de motorische ontwikkeling. Er wordt gekeken naar de
hoeveelheid kracht die wordt geleverd tijdens het traplopen.
Stelling:
Dit is een voorbeeld van een motoscopie onderzoek.
Stelling:
De kinderfysiotherapeut behandelt kinderen tot 18 jaar met een achterstand in hun
bewegingsontwikkeling of met problemen van bewegingsvaardigheden. De kinderfysiotherapeut kan
o.a. worden ingeschakeld wanneer er sprake is van een vertraging in de ontwikkeling van de grove
en/of fijne motoriek.
Stelling:
Binnen de kinderfysiotherapie wordt zo veel mogelijk aangesloten bij de belevingswereld van het
kind en wordt er gebruik gemaakt van kindvriendelijke materialen.
Vraag 15:
Gegeven:
Cognitieve ontwikkeling van kind van 0 t/m 12 jaar.
Stelling:
De ontwikkeling van objectpermanentie vindt plaats vanaf gemiddeld het vijfde levensjaar.
Vraag 16:
Gegeven:
Cognitieve ontwikkeling van kind van 0 t/m 12 jaar.
Stelling:
Als gevolg van de verdere rijping van de prefrontale cortex vindt er een verdere ontwikkeling van de
executieve functies plaats. Deze ontwikkeling past binnen het formeel-operationele stadium.
, Elena Goebel (2200841)
Fysiotherapie Zuyd Hogeschool, leerjaar 2
2023/2024
Vraag 17:
Gegeven:
Er worden vijf basis motorische vaardigheden onderscheiden: coordinatie, lenigheid,
uithoudingsvermogen, kracht en snelheid. Dit zijn de bouwstenen voor een gezonde ontwikkeling.
Vraag 18:
Gegeven:
Motorische ontwikkeling van het kind.
Stelling:
Al voor de geboorte vinden er vormingen van neurale netwerken plaats bij de ongeborene, deze
neurale netwerken vormen na de geboorte de basis voor de ontwikkeling van de motoriek.
Vraag 19:
Gegeven:
Motorische ontwikkeling van het kind.
Stelling:
De ontwikkeling van de fijne pincetgreep vindt plaats voorafgaand aan de ontwikkeling van de grove
grijpfunctie.
Vraag 20:
Gegeven:
Motorische ontwikkeling van het kind
Stelling:
De fundamentele vaardigheden vormen de basis om contextspecifieke en specifieke sport- en
spelvaardigheden effectief te gebruiken en in te zetten bij bewegingsactiviteiten.
Vraag 21:
Gegeven:
Motorische ontwikkeling van het kind en de fundamentele vaardigheden.
Stelling:
Er worden vijf fundamentele vaardigheden onderscheiden: lopen, rennen, springen, werpen en
vangen.
, Elena Goebel (2200841)
Fysiotherapie Zuyd Hogeschool, leerjaar 2
2023/2024
Vraag 22:
Gegeven:
Motorische ontwikkeling van het kind en de fundamentele vaardigheden.
Stelling:
Binnen de ontwikkeling van de fundamentele vaardigheden worden drie stadia onderscheiden. Het
stadia waarin de bewegingspatronen worden ontwikkeld die sportgerelateerd zijn, wordt aangeduid
met ‘Elementary’.
Vraag 23:
Gegeven: Pre-operationeel stadium uit de cognitieve ontwikkelingstheorie
Stelling:
Dit stadium kenmerkt zich door magisch denken, egocentrische denkwijze, eenvoudige relaties
leggen en niet realistisch nadenken.
Vraag 24:
Gegeven: Dynamisch systeem theorie
Stelling:
Bij deze theorie staat fysiotherapeut, kind en omgeving centraal
Vraag 25:
Gegeven: je wilt een kind leren gooien en vangen van een bal.
Stelling: tot en met 6 jaar is expliciet leren bij een kind een goede leerstrategie.
Stelling: Een kenmerk van de elementary fase is dat er naar voren wordt gestapt met het
homolaterale been van de arm waarmee de bal wordt gegooid.
Vraag 27:
Een kind van 13 maanden kan lopen aan één hand, of kan lopen door het vasthouden van objecten.
Vraag 28:
Volgens de motorische ontwikkeling kan een kind zelfstandig staan rond de leeftijd van 8 maanden.
Vraag 29:
Het genotype bepaalt hoe je eruit ziet, dit zijn de waarneembare eigenschappen of kenmerken van
een organisme.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur elenagoebel. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,66. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.